Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 24 juni 2022 in de zaken tussen
Bewonersvereniging Hart van Alkmaar, eiseres 1,
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alkmaar, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
29 januari 2020. Uit dit advies komt met name naar voren dat consequente handhaving niet reëel is en dat het min of meer gebruikelijk is dat (brom)fietsers worden uitgesloten van éénrichtingsverkeer. (Brom)fietsverkeer vanuit beide richtingen toestaan zou de situatie duidelijker en werkbaar maken voor weggebruikers en handhavers. In het advies wordt niet gesproken over de verkeersveiligheid en de bescherming van weggebruikers. Uit dit advies blijkt evenmin dat de verkeersdeskundige rekening heeft gehouden met de specifieke (verkeers)omstandigheden op de Oudegracht en het Verdronkenoord, zoals het ontbreken van een trottoir voor voetgangers en de breedte van de weg. Deze omstandigheden zijn in het advies in ieder geval niet inzichtelijk gemaakt. In het advies is daarnaast geen onderscheid gemaakt tussen beide straten, terwijl eisers gemotiveerd hebben aangegeven dat de verkeerssituatie in beide straten verschillend is. Verweerder heeft dit advies naar het oordeel van de rechtbank dan ook niet aan zijn besluitvorming ten grondslag kunnen leggen, nu het naar wijze van totstandkoming niet (kenbaar) zorgvuldig en naar inhoud onvoldoende inzichtelijk en concludent is.
Beslissing
mr. M. Schaap-Huijsmans, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op
24 juni 2022.