Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[bedrijf]
1.[gedaagde 1] wonende te [woonplaats]
Bewindvoering aan Zee B.V., gevestigd te [plaats] , in haar hoedanigheid van bewindvoerder van [gedaagde 1] voornoemd
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft [eiseres], een maatschap gevestigd te [vestigingsplaats], een vordering ingesteld tegen [gedaagde 1], die onder bewind is gesteld. De vordering betreft de ontbinding van een huurovereenkomst en ontruiming van de gehuurde woonruimte vanwege een huurachterstand van € 1.730,00. De huurder, [gedaagde 1], heeft de vordering niet weersproken, maar verzocht om een betalingsregeling vanwege zijn financiële situatie. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [gedaagde 1] niet meer bevoegd is om zelf te procederen, aangezien hij onder bewind is gesteld. Hierdoor is [eiseres] niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering tegen [gedaagde 1].
De kantonrechter heeft echter de ontbinding van de huurovereenkomst toegewezen, maar onder de voorwaarde dat de bewindvoering over [gedaagde 1] wordt opgeheven voordat de volledige huurachterstand is ingelopen. Dit betekent dat de huurovereenkomst alleen kan eindigen als de bewindvoering wordt opgeheven voordat de achterstand is ingelopen. De kantonrechter heeft ook bepaald dat de proceskosten voor rekening komen van Bewindvoering aan Zee q.q., die ongelijk heeft gekregen in deze procedure. De vordering van [eiseres] is voor het overige afgewezen.