Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 19 juli 2022 in de zaak tussen
[eiser 1] en [eiser 2], uit [woonplaats], eisers
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen (het college)
[derde belanghebbende]uit [woonplaats] (vergunninghouder) (gemachtigde: [naam 2]).
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
Overwegingen
Om deze opzet te behouden, zijn alleen vrijstaande woningen toegestaan en is door de ligging van het bouwvlak de afstand van het hoofdgebouw tot de zijdelingse perceelsgrenzen vastgelegd (minimaal 3 m, tenzij deze afstand nu reeds minder is). Zo blijven de open ruimten tussen de hoofdgebouwen gewaarborgd.”
Conclusie
Beslissing
Informatie over hoger beroep
Bijlage: voor deze uitspraak belangrijke wet- en regelgeving
(…)
(…)
1. Voor zover de aanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, kan de omgevingsvergunning slechts worden verleend indien de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en:
(…)
Artikel 22 Wonen-2 (W-2)
Bestemmingsomschrijving
(…)
Bouwregels (…)4. Voor het bouwen gelden de aanduidingen op de plankaart, de bepalingen in hoofdstuk III en de volgende bepalingen:(…)c. hoofdgebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak; (…)Wijzigingsbevoegdheid13. Burgemeester en wethouders zijn – met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening – bevoegd om het plan te wijzigen ten behoeve van het projecteren van nieuwe bouwvlakken en het verplaatsen, aanpassen of vergroten van bestaande bouwvlakken, met inachtneming van de volgende bepalingen:
(…)
i. toepassing van de wijzigingsbevoegdheid mag niet leiden tot onevenredige aantasting van