Op 28 juli 2022 heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Zaanstad, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de instelling van een mentorschap voor een betrokkene met een licht verstandelijke beperking. De vader van de betrokkene, verzoeker, heeft het verzoek ingediend omdat hij zich zorgen maakt over de verzorging van zijn kind door de moeder, die momenteel als verzorger optreedt. Verzoeker stelt dat de moeder, verweerder, niet in staat is om de zorg adequaat te regelen, wat leidt tot een loyaliteitsconflict voor de betrokkene. De moeder daarentegen betwist de zorgen van de vader en stelt dat het goed gaat met de betrokkene en dat hij in staat is om zijn eigen belangen te behartigen.
De kantonrechter heeft de stukken en verklaringen in overweging genomen en vastgesteld dat er een noodzaak is voor de instelling van een mentorschap. De rechter oordeelt dat de betrokkene, gezien zijn geestelijke toestand, niet in staat is om zijn belangen zelf te behartigen. Er is echter discussie over wie als mentor moet worden benoemd. De rechter concludeert dat de verstoorde communicatie en de conflicten tussen de ouders een benoeming van een van hen als mentor niet in het belang van de betrokkene zou zijn.
Daarom heeft de kantonrechter besloten om een professionele mentor te benoemen. Stichting Humanitas Inkomensbeheer is bereid gevonden om deze rol op zich te nemen. De beschikking is gegeven door de kantonrechter en in het openbaar uitgesproken op 28 juli 2022.