Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
De vordering en het verweer
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft eiser, [eiser], een vordering ingesteld tegen gedaagde, [gedaagde], wegens de terugbetaling van een bedrag van € 15.339,00. Eiser stelt dat hij dit bedrag heeft betaald voor de gezamenlijke aankoop van een appartement in Turkije, maar dat gedaagde het appartement nooit heeft gekocht. Gedaagde is niet verschenen op de zitting en heeft zijn verweer onvoldoende toegelicht. De kantonrechter heeft het standpunt van eiser voor juist gehouden, omdat gedaagde niet op de zitting is verschenen en heeft erkend dat hij moet terugbetalen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de vordering van eiser toewijsbaar is op basis van een tekortkoming, onrechtmatige daad of verplichting tot terugbetaling na ontbinding van de overeenkomst. Gedaagde's verweer dat hij kosten heeft gemaakt en geen ingebrekestelling heeft ontvangen, werd verworpen, omdat deze stellingen niet onderbouwd waren. De proceskosten zijn voor rekening van gedaagde, die ongelijk heeft gekregen. De kantonrechter heeft gedaagde veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten.