ECLI:NL:RBNHO:2022:7696

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
22 augustus 2022
Publicatiedatum
25 augustus 2022
Zaaknummer
C/15/331183 / FA RK 22-3918
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voortzetting van een crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 22 augustus 2022 een beschikking gegeven inzake de voortzetting van een crisismaatregel voor een betrokkene, geboren op [geboortedatum], die thans verblijft in [verblijfplaats]. De officier van justitie had op 19 augustus 2022 een verzoek ingediend tot voortzetting van de crisismaatregel, die eerder door de burgemeester van Haarlem was opgelegd op 18 augustus 2022. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling op 22 augustus 2022 gehouden, waarbij de betrokkene, zijn advocaat mr. N.H. Fridsma, en verschillende getuigen, waaronder een psychiater en de ouders van de betrokkene, zijn gehoord.

De rechtbank heeft vastgesteld dat er een onmiddellijke dreiging van ernstig nadeel voor de betrokkene bestaat, waaronder levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel, veroorzaakt door een psychische stoornis. De rechtbank oordeelt dat de situatie zo ernstig is dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht. De rechtbank heeft de noodzaak van verplichte zorg vastgesteld, waaronder het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid van de betrokkene.

De rechtbank heeft ook de argumenten van de raadsvrouw van de betrokkene overwogen, die twijfels uitte over de betrouwbaarheid van het onderzoek door de psychiater. De rechtbank concludeert echter dat er geen reden is om aan de betrouwbaarheid van het onderzoek te twijfelen. Uiteindelijk heeft de rechtbank besloten om de machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel te verlenen, met een geldigheidsduur van drie weken, en heeft zij de beschikking openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Familie en Jeugd
locatie Haarlem
Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel
zaak-/rekestnr.: C/15/331183 / FA RK 22-3918
beschikking van de enkelvoudige kamer van 22 augustus 2022,
naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot voortzetting van een crisismaatregel als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg, ten aanzien van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] ,
wonende te [plaats] ,
thans verblijvende in [verblijfplaats] ,
hierna: betrokkene,
advocaat mr. N.H. Fridsma, gevestigd te Heemskerk.

1.Procedure

1.1.
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 19 augustus 2022, heeft de officier van justitie voortzetting verzocht van de door de burgemeester van de gemeente Haarlem op 18 augustus 2022 aan betrokkene opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • een afschrift van de beslissing tot het nemen van de crisismaatregel;
  • de medische verklaring van 18 augustus 2022;
- een informatierapport Wvggz.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 22 augustus 2022, in voornoemde accommodatie.
1.3.
Ter zitting heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat;
- [psychiater] , psychiater;
- [vader] , vader van betrokkene;
- [moeder] , moeder van betrokkene.
Tevens was ter zitting aanwezig een coassistent en [verpleegkundige] , verpleegkundige.
1.4.
De officier van justitie heeft aangegeven niet ter zitting te zullen verschijnen.

2.Beoordeling

2.1.
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat er een onmiddellijke dreiging van ernstig nadeel voor hemzelf is, te weten:
  • levensgevaar;
  • ernstig lichamelijk letsel;
  • maatschappelijke teloorgang.
2.2.
Het ernstige vermoeden bestaat dat dit nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis, te weten een psychotische stoornis met mogelijk manische kenmerken. De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
2.3.
De rechtbank is van oordeel dat de volgende vormen van verplichte zorg nodig zijn om het nadeel af te wenden, te weten:
  • het toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
  • het beperken van bewegingsvrijheid;
  • het insluiten van betrokkene;
  • het uitoefenen van toezicht op betrokkene;
  • onderzoek aan kleding of lichaam;
  • onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
  • het controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
  • het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
  • opnemen in een accommodatie.
2.4.
De raadsvrouw voert aan dat uit de medische verklaring niet blijkt waarom de onafhankelijk psychiater niet fysiek bij betrokkene aanwezig is geweest en het onderzoek betrouwbaar is. Zij vindt dat de psychiater dit moet aangeven. De rechtbank stelt vast dat dit niet is vermeld, maar verbindt hieraan geen gevolgen. Uit de medische verklaring blijkt dat de psychater betrokkene via videobellen zelf heeft beoordeeld, terwijl betrokkene (tezelfdertijd) face-to-face door [ANIOS] (ANIOS) en [verpleegkundige] (verpleegkundige) is gezien. Dit laatste draagt bij aan het waarborgen dat het onderzoek door de psychiater goed kan worden uitgevoerd. Er is niet gebleken van een reden om aan de betrouwbaarheid van het onafhankelijk onderzoek en de medische verklaring te twijfelen.
2.5.
De rechtbank is van oordeel dat aan de wettelijke voorwaarden voor afgifte van de machtiging met de hiervoor genoemde vormen van verplichte zorg wordt voldaan.
2.6.
Betrokkene verzet zich tegen voornoemde vormen van verplichte zorg. Hoewel betrokkene ter zitting heeft verklaard (nog) mee te willen werken aan de behandeling, geeft hij ook blijk van zijn nadrukkelijke wens om de instelling te verlaten en naar huis te gaan. Gelet op deze ambivalentie is de rechtbank van oordeel dat sprake is van verzet tegen voortzetting van verplichte zorg.
2.7.
Gelet op het voorgaande zal een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel worden verleend, welke machtiging een geldigheidsduur heeft van drie weken na heden.

3.Beslissing

De rechtbank:
- verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien
van [betrokkene] ,geboren op [geboortedatum] , met de vormen van verplichte zorg zoals hierboven onder 2.3 zijn genoemd;
- bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met
12 september 2022.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.C.A Onderwater, rechter, in tegenwoordigheid van D.L. Overduin als griffier en in het openbaar uitgesproken op 22 augustus 2022.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 29 augustus 2022.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.