Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[eiser 1],
[eiser 2],
[eiser 3],
[eiser 4],allen wonende te [plaats]
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
- € 2.170,09, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 29 juni 2020 dan wel vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 325,51 aan buitengerechtelijke incassokosten;
- de proceskosten en de nakosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
4.Het verweer
5.De beoordeling
het feit dat de passagier een ticket heeft of een ander bewijs dat de boeking is aanvaard en geregistreerd door de luchtvaartmaatschappij of de touroperator.”Naar het oordeel van de kantonrechter hebben de passagiers door middel van de overgelegde boekingsbevestiging voldoende aannemelijk gemaakt dat ”MyTrip” de boeking heeft aanvaard en geregistreerd. Dat “MyTrip” geen (erkende) touroperator is, heeft de vervoerder onvoldoende onderbouwd. Dit geldt te meer nu de vervoerder bij conclusie van antwoord heeft erkend dat “MyTrip” namens de passagiers tickets heeft gekocht bij de vervoerder voor de vlucht die volgens de oorspronkelijke planning zou vliegen op 20 juli 2020. Dat op de productie 1 bij de dagvaarding staat “nl.mytrip.co en Supersaver Travel B.V. zijn slechts tussenpersonen en verkopen zelf geen reizen” doet hier niet aan af. Een touroperator is immers altijd een tussenpersoon als het gaat om de verkoop van vliegtickets. Het niet-verweer van de vervoerder dat de Verordening niet van toepassing is, slaagt daarom niet.