Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
1.De procedure
- de dagvaarding van 25 februari 2022 tevens houdende een provisionele voorziening ex. artikel 223 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), met producties 1 t/m 8,
- de conclusie van antwoord in het incident ex artikel 223 Rv,
- het vonnis in incident van 13 april 2022;
- de conclusie van antwoord met producties 1 t/m 7,
- het tussenvonnis van 8 juni 2022,
- de brief van 31 augustus 2022 met producties 9 t/m 11 van [eisers] ,
- het bericht van 31 augustus 2022 met producties 8 en 9 van [gedaagden] ,
- de mondelinge behandeling van 14 september 2022.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Inleidende opmerkingen
om op enige manier geluidsoverlast te veroorzaken’ is naar het oordeel van de rechtbank te ruim en onbepaald omschreven. Daarom zal deze vordering worden afgewezen.
Beste familie [eisers] [nummer 1]