In deze zaak heeft de kantonrechter uitspraak gedaan over de ontbinding van een huurovereenkomst tussen een verhuurder en een huurder. De huurder had in strijd met de huurovereenkomst de woning onderverhuurd zonder toestemming van de verhuurder, waarna er een hennepplantage werd aangetroffen. De verhuurder vorderde ontbinding van de huurovereenkomst, betaling van achterstallige huur en herstelkosten, en een gebruiksvergoeding. De kantonrechter heeft de huurovereenkomst ontbonden en de huurder veroordeeld tot betaling van € 26.802,44 aan herstelkosten en € 1.365,- per maand aan achterstallige huur over de periode van februari 2022 tot 9 november 2022. De gevorderde gebruiksvergoeding werd afgewezen, omdat het gehuurde al ontruimd was. De kantonrechter oordeelde dat de huurder aansprakelijk was voor de schade veroorzaakt door de onderhuurder, en dat de gevorderde herstelkosten redelijk waren. De proceskosten werden eveneens aan de huurder opgelegd.