ECLI:NL:RBNHO:2023:11512

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
26 september 2023
Publicatiedatum
15 november 2023
Zaaknummer
10631301 WM VERZ 23-1112
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Matiging van een administratieve boete wegens onduidelijke verkeerssituatie

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 26 september 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan de betrokkene wegens het handelen in strijd met een geslotenverklaring voor motorvoertuigen. De betrokkene had beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. Tijdens de zitting was zowel de betrokkene als de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig. De betrokkene voerde aan dat de verkeerssituatie onduidelijk was en dat er veel bekeuringen waren uitgeschreven, wat zou duiden op een gebrek aan duidelijkheid in de verkeerssituatie.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedraging, het rijden in strijd met de geslotenverklaring, niet betwist werd door de betrokkene. Echter, de rechter heeft ook gekeken naar de omstandigheden waaronder de boete was opgelegd. De kantonrechter oordeelde dat de situatie verwarrend was, vooral door de aanwezigheid van een onderbord dat aangaf dat bewoners en bedrijven wel bereikbaar waren. Dit leidde tot de conclusie dat er aanleiding was om de boete te matigen. De kantonrechter heeft de boete dan ook gematigd tot nihil en bepaald dat het bedrag dat als zekerheidstelling was betaald, aan de betrokkene moet worden terugbetaald.

De uitspraak is gedaan door mr. S.N. Schipper, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt. De procedure voor hoger beroep is in beginsel schriftelijk, tenzij anders verzocht.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknummer : 10631301 WM VERZ 23-1112
CJIB-nummer : 252170724
Uitspraakdatum : 26 september 2023
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
naam : [betrokkene]
adres : [adres]
woonplaats : [plaats]
(hierna te noemen: betrokkene).

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond dan wel niet-ontvankelijk verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 26 september 2023. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is ook verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: handelen in strijd met een geslotenverklaring voor alle motorvoertuigen: bord C12.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift de gronden daarvoor aangevoerd en ter zitting nader toegelicht. Betrokkene heeft -kort en zakelijk weergegeven- aangevoerd dat het een onduidelijke situatie is en dat het niet goed staat aangegeven dat de verkeerssituatie is gewijzigd. In een krantenartikel in het Haarlems Dagblad heeft betrokkene gelezen dat zij niet de enige was, maar dat er 13.000 bekeuring zijn uitgeschreven. De situatie moet dan moet toch onduidelijk zijn geweest.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Gelet op de stukken in het dossier, en in aanmerking genomen dat de betrokkene niet bestrijdt dat zij daar heeft gereden, staat vast dat de gedraging is verricht.
De kantonrechter zal beoordelen of er sprake is van zodanige omstandigheden dat het opleggen van een sanctie niet te billijken is, dan wel dat matiging van de sanctie gerechtvaardigd is.
De kantonrechter ziet in hetgeen betrokkene heeft aangevoerd wel aanleiding om de boete te matigen. Daarbij is van belang dat de situatie onduidelijk is. Vooral het gegeven dat er bij de geslotenverklaring een onderbord staat met: bewoners en bedrijven wel bereikbaar, is verwarrend. De boete zal worden gematigd tot nihil.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep gedeeltelijk gegrond;
‒ wijzigt de beslissing van de officier van justitie, in die zin dat de boete wordt gematigd tot nihil;
‒ bepaalt dat de officier van justitie het bedrag dat betrokkene als zekerheidstelling heeft betaald, aan betrokkene terugbetaalt;
Deze uitspraak is gedaan door mr. S.N. Schipper, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 110,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: