In deze zaak heeft AirHelp Germany GmbH, vertegenwoordigd door D.F. Griekspoor, een vordering ingesteld tegen KLM Cityhopper B.V. wegens compensatie na de annulering van vlucht KL934 van Dublin naar Amsterdam-Schiphol op 11 januari 2022. De annulering vond plaats als gevolg van buitengewone omstandigheden, namelijk een tekort aan cabine bemanningsleden door quarantaineverplichtingen in Nederland. De passagier, die zijn vorderingsrecht aan AirHelp had overgedragen, arriveerde met meer dan 24 uur vertraging op zijn eindbestemming in Zagreb. De vervoerder betwistte de vordering en voerde aan dat de annulering het gevolg was van overheidsmaatregelen in verband met de coronapandemie.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is en dat de annulering van de vlucht niet in geschil is. De vervoerder kon aantonen dat de annulering het gevolg was van buitengewone omstandigheden, waardoor de compensatieplicht niet van toepassing was. De kantonrechter oordeelde dat de vervoerder alle redelijke maatregelen had getroffen om de vertraging te beperken, aangezien de passagier op zijn verzoek was omgeboekt naar een alternatieve vlucht. De vordering van AirHelp werd afgewezen, en de proceskosten werden aan AirHelp opgelegd.
De beslissing van de kantonrechter werd uitgesproken op 29 november 2023, waarbij de vordering van AirHelp werd afgewezen en de proceskosten voor rekening van AirHelp kwamen.