ECLI:NL:RBNHO:2023:12442

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
23 augustus 2023
Publicatiedatum
4 december 2023
Zaaknummer
10544526 WM VERZ 23-926
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen administratieve sanctie wegens doorrijden bij rood verkeerslicht

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 23 augustus 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene. De sanctie was het gevolg van het doorrijden bij een driekleurig verkeerslicht dat op rood stond. Betrokkene had tegen de beslissing van de officier van justitie beroep ingesteld, nadat deze het beroep ongegrond had verklaard. Tijdens de zitting was zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als betrokkene aanwezig. Betrokkene voerde aan dat hij door rood reed om ruimte te maken voor een ambulance die van achteren aan kwam rijden, wat hij als een noodsituatie beschouwde.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat betrokkene niet betwist dat hij door rood heeft gereden, maar heeft ook gekeken naar de omstandigheden waaronder dit gebeurde. De rechter oordeelde dat er voldoende aanleiding was om de boete te matigen, gezien de noodzaak om ruimte te maken voor de ambulance. De beslissing van de officier van justitie werd gedeeltelijk gegrond verklaard, en de boete werd gematigd tot nihil. Tevens werd bepaald dat het bedrag dat betrokkene als zekerheidstelling had betaald, aan hem moest worden terugbetaald.

De uitspraak benadrukt de mogelijkheid van matiging van sancties in bijzondere omstandigheden, zoals het verlenen van doorgang aan hulpdiensten. De kantonrechter heeft de uitspraak openbaar gedaan, en betrokkene is geïnformeerd over de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden binnen zes weken na de toezending van de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknummer : 10544526 WM VERZ 23-926
CJIB-nummer : [nummer]
Uitspraakdatum : 23 augustus 2023
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
naam : [betrokkene]
adres : [adres]
woonplaats : [woonplaats]
(hierna te noemen: betrokkene).

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond dan wel niet-ontvankelijk verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 23 augustus 2023. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is ook verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: als volgt: doorrijden bij een driekleurig verkeerslicht (stoplicht) dat op rood staat.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift de gronden daarvoor aangevoerd en ter zitting nader toegelicht. Betrokkene heeft -kort en zakelijk weergegeven- aangevoerd dat hij door rood reed om plek te maken voor een ambulance die van achter kwam aanrijden. Betrokkene geeft aan dat hij dat zo geleerd heeft.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Gelet op de stukken in het dossier, en in aanmerking genomen dat de betrokkene niet bestrijdt dat hij door rood heeft gereden, staat vast dat de gedraging is verricht.
De kantonrechter zal beoordelen of er sprake is van zodanige omstandigheden dat het opleggen van een sanctie niet te billijken is, dan wel dat matiging van de sanctie gerechtvaardigd is.
De kantonrechter ziet in hetgeen betrokkene heeft aangevoerd wel aanleiding om de boete te matigen. Daarbij is van belang dat betrokkene ruimte moest maken voor een ambulance. De boete zal worden gematigd tot nihil.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep gedeeltelijk gegrond;
‒ wijzigt de beslissing van de officier van justitie in die zin dat de boete wordt gematigd tot nihil;
‒ bepaalt dat de officier van justitie het bedrag dat betrokkene als zekerheidstelling heeft betaald, aan betrokkene terugbetaalt.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S.N. Schipper, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 110,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: