In deze zaak heeft de vrouw, eiseres, een vordering ingediend tot verlenging van de termijn voor de notariële overdracht van de gezamenlijke woning aan haar, zoals bepaald in een eerder arbitraal vonnis van 19 juni 2023. De vrouw heeft aangevoerd dat zij zwaarwegende belangen heeft bij deze verlenging, onder andere omdat zij de woning wil behouden voor haar minderjarige kinderen en omdat zij anders geen hypothecaire lening kan verkrijgen voor een andere woning. De man, gedaagde, heeft verweer gevoerd en gesteld dat de vrouw zich niet aan de termijnen heeft gehouden en dat de woning nu verkocht moet worden. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de vrouw voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat er sprake is van zwaarwegende belangen en heeft de vordering toegewezen. De voorzieningenrechter heeft bepaald dat de notariële overdracht uiterlijk op 31 december 2023 moet plaatsvinden en dat het vonnis in de plaats treedt van de benodigde medewerking van de man aan de rechtshandeling. De proceskosten zijn gecompenseerd, gezien de affectieve relatie tussen partijen.