ECLI:NL:RBNHO:2023:13570

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
8 november 2023
Publicatiedatum
3 januari 2024
Zaaknummer
C/15/335948 / HA ZA 23-47
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Tussenuitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bestuurdersaansprakelijkheid bij onbetaalde lease-overeenkomst en faillissement van de vennootschap

In deze bodemzaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 8 november 2023 een tussenvonnis uitgesproken in een geschil tussen Axus Nederland B.V. en [gedaagde], de voormalig bestuurder van Finex Group B.V. Axus heeft [gedaagde] aansprakelijk gesteld voor schade die is ontstaan door het niet nakomen van leaseverplichtingen door Finex. De rechtbank oordeelt dat [gedaagde] al ten tijde van de contractovername redelijkerwijs had moeten begrijpen dat Finex haar verplichtingen niet zou nakomen. De rechtbank stelt vast dat [gedaagde] onrechtmatig heeft gehandeld door de vennootschap over te dragen aan een derde zonder zich te vergewissen van diens financiële situatie, wat heeft geleid tot het faillissement van Finex en de onmogelijkheid voor Axus om haar schade te verhalen. De rechtbank heeft Axus in de gelegenheid gesteld om haar schade nader te onderbouwen, waarbij de contractuele bepalingen over schadeloosstelling en rente aan de orde komen. De zaak wordt vervolgd met een akte van Axus over de schade.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
Zittingsplaats Haarlem
zaaknummer / rolnummer: C/15/335948 / HA ZA 23-47
Vonnis van 8 november 2023
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
AXUS NEDERLAND B.V.,
gevestigd te Hoofddorp,
eiseres,
advocaat mr. H.H.M. Meijroos te 's-Gravenhage,
tegen
[gedaagde],
wonende te [plaats 1],
gedaagde,
advocaat mr. R.J. Ouderdorp te Haarlem.
Partijen zullen hierna Axus en [gedaagde] worden genoemd.
De zaak in het kort
Axus heeft een leaseovereenkomst voor een auto gesloten met Finex, een vennootschap waarvan [gedaagde] bestuurder was. Finex heeft van de meet af aan de leasetermijnbedragen onbetaald gelaten. [gedaagde] heeft deze vennootschap binnen drie maanden na het sluiten van de leaseovereenkomst overgedragen aan een derde die in Bulgarije woont en betrokken is bij talloze vennootschappen die failliet of in liquidatie zijn gegaan. Niet lang daarna is Finex ontbonden bij gebrek aan baten. Met hulp van een recherchebureau heeft Axus de leaseauto weer in haar bezit gekregen. Axus houdt [gedaagde] aansprakelijk voor al hetgeen de vennootschap aan haar is verschuldigd.
De rechtbank is van oordeel dat [gedaagde] al ten tijde van de contractovername redelijkerwijze had moeten begrijpen dat Finex haar verplichtingen niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade en daarom als bestuurder van Finex onrechtmatig heeft gehandeld ten opzichte van Axus. Op grond hiervan is [gedaagde] aansprakelijk voor de door Axus geleden schade.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 3 mei 2023 en de daarin vermelde stukken
  • de mondelinge behandeling van 3 oktober 2023 waarvan de griffier aantekeningen heeft gemaakt, de spreekaantekeningen van mr. Meijroos en brieven van Axus aan Finex, waaronder een buitengerechtelijke ontbinding gedateerd 5 december 2019, tijdens de zitting overgelegd door mr. Meijroos.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Axus heeft op 3 september 2018 een overeenkomst gesloten met DemacqRecycling International B.V. (hierna ‘DemacqRecycling’) voor de lease van een Volvo XC60 (hierna ‘de leaseovereenkomst’). Op de overeenkomst zijn algemene voorwaarden van toepassing.
2.2.
In de leaseovereenkomst is onder meer opgenomen dat indien de overeenkomst voortijdig wordt beëindigd op grond van artikel 15.1 van de algemene voorwaarden, “
en niet volgens artikel 16”, de schadeloosstelling zoals genoemd in artikel 15.2 35% van de resterende leasetermijnen bedraagt. Artikel 16 geeft Axus in daar genoemde gevallen het recht om de overeenkomst met onmiddellijke ingang te ontbinden. Artikel 15.2 houdt het volgende in:

Bij voortijdige beëindiging zal Lessee alle schade en kosten als gevolg daarvan aan Lessee vergoeden. Het bedrag van de schadeloosstelling wordt vastgesteld door Lessor en is gelijk aan het verschil tussen de op annuïtaire wijze berekende boekwaarde en de door Lessor bepaalde marktwaarde of aan de opbrengst van het leaseobject bij verkoop, te vermeerderen met de gemaakte kosten en winstderving. Lessee blijft bovendien eventuele andere nog openstaande vorderingen aan Lessor verschuldigd.”
2.3.
Op grond van artikel 3.8 van de algemene voorwaarden is bij overschrijding van de betalingstermijnen een rente verschuldigd van 1,5% per maand over het niet op tijd betaalde bedrag. In artikel 17.6 van de voorwaarden is bepaald dat de incassokosten in ieder geval 15% van het te vorderen bedrag bedragen. Verder is in artikel 17.9 een actieve verplichting voor de leasenemer opgenomen om bij wijzigingen van de bij de Kamer van Koophandel bekende gegevens Axus binnen 48 uur te informeren.
2.4.
In september 2019 heeft Finex Group B.V. (hierna ‘Finex’) de leaseovereenkomst inclusief algemene voorwaarden van DemacqRecycling als leasenemer overgenomen. Op
6 en 10 september 2019 hebben Axus respectievelijk [gedaagde] als bestuurder van Finex daartoe een overeenkomst tot contractoverneming ondertekend.
2.5.
Finex heeft Axus sinds de overname van het contract, ondanks diverse herinneringen en aanmaningen, niets betaald: alle maandelijkse leasetermijnbedragen en boetes voor verkeersovertredingen zijn onbetaald gelaten.
2.6.
Tot 11 november 2019 was [gedaagde] bestuurder en enig aandeelhouder van Finex. Op die datum heeft hij de aandelen in Finex overgedragen aan de heer [betrokkene] (hierna ‘[betrokkene]’) die ook per die datum als bestuurder van Finex is ingeschreven in het handelsregister.
2.7.
[betrokkene] woont in [plaats 2] (Bulgarije) en is betrokken bij talloze vennootschappen die failliet of in liquidatie zijn gegaan.
2.8.
Op 5 december 2019 heeft Axus de leaseovereenkomst met onmiddellijke ingang buitengerechtelijk ontbonden (onder vermelding van “
zie onze algemene voorwaarden”) en Finex verzocht de auto in te leveren. De auto is niet ingeleverd.
2.9.
Op 21 januari 2020 heeft [betrokkene] aan het handelsregister opgegeven dat Finex per
1 januari 2020 is ontbonden wegens een gebrek aan baten.
2.10.
Op 10 februari 2020 heeft Axus met hulp van een recherchebureau de Volvo XC60 weer in haar bezit gekregen.
2.11.
Axus heeft op 13 maart 2020 een eindfactuur aan Finex gestuurd.
2.12.
Bij brief van 9 mei 2020 heeft Axus [gedaagde] persoonlijk aansprakelijk gesteld voor betaling van hetgeen Finex aan haar is verschuldigd.
2.13.
[gedaagde] is niet tot betaling overgegaan.

3.Het geschil

3.1.
Axus vordert – samengevat – bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad veroordeling van [gedaagde] tot betaling van:
1. het bedrag € 32.686,69, te vermeerderen met:
a. primair de contractuele rente ad 1,5% per maand over € 24.264,19 met ingang van 23 februari 2021,
b. subsidiair met de wettelijke handelsrente vanaf de data van verzuim, zijnde de factuurdata,
c. meer subsidiair met de wettelijke rente,
tot de dag van volledige betaling,
2. de proceskosten inclusief nakosten, vermeerderd met wettelijke rente.
3.2.
Het onder 1. gevorderde bedrag van € 32.686,69 is opgebouwd uit (i) achterstallige leasetermijnen, vergoedingen en een eindafrekening van € 24.264,19, (ii) contractuele rente berekend tot en met 22 februari 2021 van € 4.782,87 en (iii) buitengerechtelijke incassokosten van € 3.639,63.
Axus legt aan haar vordering ten grondslag dat [gedaagde] als bestuurder van Finex onrechtmatig tegenover haar heeft gehandeld. Daartoe voert zij aan dat [gedaagde] bij het aangaan van de leaseovereenkomst en/of vervolgens bij het overdragen van Finex aan [betrokkene] wist of redelijkerwijze had behoren te begrijpen dat Finex de verplichtingen voortvloeiende uit de overeenkomst niet zou (kunnen) nakomen en de vennootschap geen verhaal zou bieden voor de schade die daardoor voor Axus zou ontstaan. [gedaagde] heeft Axus niet in kennis gesteld van de bestuurswissel en heeft [betrokkene] als ‘katvanger’ ingezet. Door deze handelwijze heeft [gedaagde] ervoor zorggedragen dat Finex haar verplichtingen uit de leaseovereenkomst niet is nagekomen, niet meer zou nakomen en dat zij daarnaast geen verhaal zou bieden, aldus Axus.
3.3.
[gedaagde] voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vorderingen. Hij voert hij allereerst aan dat Axus geen onderzoek heeft gedaan naar de financiële gegoedheid van Finex bij de overdracht van het contract in september 2019, terwijl zij dat recht op grond van de algemene voorwaarden wel had. Wat dat betreft zou er volgens hem sprake zijn van schuldeisersverzuim. Axus zou ook niet schadebeperkend hebben opgetreden door maandenlang niets te doen terwijl betaling uitbleef. Verder voert hij aan dat zolang Axus niet bewijst dat zij haar vorderingen (vanaf 11 november 2019) op Finex en/of [betrokkene] tracht te verhalen, Axus geen bewijs heeft dat zij een vordering op grond van onrechtmatige daad heeft op hem. Op het moment van het aangaan van de leaseovereenkomst had Finex geen noemenswaardige schulden en [gedaagde] had geen weet dat na 10 november 2019 dergelijke schulden zouden ontstaan. [gedaagde] mocht ervan uitgaan dat Finex na zijn overdracht aan [betrokkene] haar verplichtingen zou nakomen. Het causale verband tussen (het handelen van) [gedaagde] en de gestelde schade ontbreekt dan ook. Tot slot betwist [gedaagde] de hoogte van de gestelde schade.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
In geschil is of [gedaagde] aansprakelijk is voor schade die Axus heeft geleden omdat Finex haar verplichtingen niet is nagekomen.
Bestuurdersaansprakelijkheid
4.2.
Als een vennootschap tekortschiet in de nakoming van een verbintenis, is het uitgangspunt dat alleen de vennootschap aansprakelijk is voor daaruit voortvloeiende schade. Onder bijzondere omstandigheden is, naast aansprakelijkheid van die vennootschap, ook ruimte voor aansprakelijkheid van een (voormalig) bestuurder van de vennootschap. Voor persoonlijke aansprakelijkheid van de bestuurder is vereist dat die bestuurder ter zake van de benadeling persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Daarvan zal onder meer sprake kunnen zijn als vast komt te staan dat de bestuurder wist of redelijkerwijze had moeten begrijpen dat de door hem bewerkstelligde of toegelaten handelwijze van de vennootschap tot gevolg zou hebben dat deze haar verplichtingen niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade. Het gaat hierbij kort gezegd dus om frustratie van betaling en verhaal (zie HR 8 december 2006, ECLI:NL:HR:2006:AZ0758 Ontvanger/Roelofsen). Naar het oordeel van de rechtbank is hiervan sprake.
4.3.
Feit is dat Finex sinds de overname van het leasecontract geen enkele termijn heeft voldaan. Ter zitting heeft Axus onweersproken gesteld dat [gedaagde] als bestuurder van Finex ten tijde van de contractoverneming namens haar een SEPA-incassomachtiging heeft afgegeven, maar dat de incasso niet is gelukt omdat het saldo van de bankrekening van Finex daartoe ontoereikend was. Gevraagd naar hoe dat kon, heeft [gedaagde] op zitting verklaard dat Finex alleen een holding was en hij druk was met de bedrijfsvoering van de werkmaatschappij. In de holding was geen sprake van een reguliere inkomensstroom. Zijn betoog dat hij er pas later is achter gekomen dat Finex ook de eerste twee termijnen niet heeft betaald, is, gelet op de ter zitting door Axus in het geding gebrachte herinneringen en aanmaningen, aantoonbaar onjuist. Finex is daar via het door [gedaagde] opgegeven e-mailadres “info@finexgroup.nl” vanaf 9 oktober 2019 in korte tijd meermaals op gewezen. Als bestuurder die namens Finex de verplichtingen uit het leasecontract – waaronder de maandelijkse betaling van ruim € 1.800 – is aangegaan, had [gedaagde] zorg te dragen voor voldoende saldo op de rekening van Finex teneinde haar in staat te stellen die verplichtingen na te komen. Kennelijk was het saldo echter al direct niet toereikend voor zelfs maar de eerste maandtermijn en ontbrak het de holding aan eigen inkomsten. [gedaagde] heeft als enig bestuurder van Finex van meet af aan toegelaten dat Finex haar verplichtingen uit de leaseovereenkomst niet is nagekomen en betalingsherinneringen en aanmaningen genegeerd. Deze omstandigheden leiden tot het oordeel dat hij al ten tijde van de contractovername redelijkerwijze had moeten begrijpen dat de door hem bewerkstelligde handelwijze van Finex tot gevolg zou hebben dat zij haar verplichtingen niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade en daarom onrechtmatig heeft gehandeld ten opzichte van Axus.
4.4.
Ten overvloede overweegt de rechtbank dat [gedaagde] als bestuurder van Finex eveneens onrechtmatig heeft gehandeld ten opzichte van Axus door zich voorafgaand aan de overdracht van de vennootschap aan [betrokkene] op geen enkele manier ervan te vergewissen dat de overnemende partij zich iets aan de schuldeisers van Finex, waaronder Axus, gelegen zou laten liggen. Axus heeft onderbouwd en onweersproken gesteld dat [betrokkene] op dat moment als bestuurder en/of aandeelhouder betrokken is geweest bij talloze vennootschappen die failliet of in liquidatie zijn gegaan. [gedaagde] heeft aangevoerd dat Finex ten tijde van de overdracht geen noemenswaardige schulden had en hij daarom niet hoefde te verwachten dat Finex niet aan haar verplichtingen zou voldoen, maar vaststaat dat Finex onvoldoende actief had voor de incasso van een leasetermijn en geen eigen inkomsten had; waarom hij er niettemin van uit mocht gaan dat Finex na zijn overdracht aan [betrokkene] haar verplichtingen zou nakomen, heeft hij niet verder toegelicht. Al op 1 januari 2020, en dus zeer kort na overdracht van de vennootschap, heeft [betrokkene] Finex ontbonden ‘bij gebrek aan baten’.
Ook dit een en ander rechtvaardigt de conclusie dat [gedaagde] ten onrechte geen rekening heeft gehouden met de belangen van Axus als schuldeiser van Finex. [gedaagde] had ook redelijkerwijs moeten begrijpen dat hij met de overdracht van Finex aan [betrokkene] zou bewerkstelligen of toelaten dat Finex haar verplichtingen niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade.
4.5.
De verweren die [gedaagde] heeft aangevoerd kunnen hem niet baten. Het verweer dat er sprake zou zijn van “schuldeisersverzuim” aan de zijde van Axus gaat niet op, reeds omdat het onderzoeken van de financiële gegoedheid van Finex geen verplichting was van Axus maar een (contractuele) bevoegdheid. Het beroep van [gedaagde] op het niet-voldoen aan de schadebeperkingsplicht door Axus faalt ook. Axus heeft gesteld dat zij i) voor contractovername wel degelijk een kredietonderzoek naar Finex heeft gedaan waaruit op dat moment niets volgde, ii) bij het uitblijven van betaling Finex meermaals, ook aangetekend, heeft aangeschreven en iii) de auto met de inzet van een recherchebureau heeft teruggehaald.
4.6.
Gezien het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat [gedaagde] persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt dat Finex haar verplichtingen tegenover Axus niet is nagekomen en ook geen verhaal biedt voor de als gevolg daarvan opgetreden schade. Op grond van dit onrechtmatig handelen is [gedaagde] dan ook hoofdelijk aansprakelijk voor de door Axus geleden schade. Het feit dat Axus niet de inmiddels ontbonden vennootschap Finex en/of [betrokkene] in rechte heeft betrokken, doet daaraan niet af.
Schadevergoeding
4.7.
De rechtbank komt dan toe aan de beoordeling van de onder 3.1 genoemde vordering tot schadevergoeding.
4.8.
Tussen partijen is niet in geschil dat de bepalingen in de algemene voorwaarden over de verschuldigdheid van de leasetermijnen tot het moment van teruggave van de auto, de vergoeding bij voortijdige beëindiging, rente en incassokosten niet zijn getroffen door de buitengerechtelijke ontbinding van de overeenkomst. Daar gaat de rechtbank dan ook van uit.
4.9.
Axus begroot de door [gedaagde] te betalen schadevergoeding aan de hand van wat Finex op grond van de leaseovereenkomst aan haar zou zijn verschuldigd, inclusief de op grond van de algemene voorwaarden verschuldigde rente en vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. [gedaagde] heeft zich hiertegen verweerd en primair aangevoerd dat deze deelvorderingen niet op grond van onrechtmatige daad door hem zijn verschuldigd.
4.10.
Zoals hiervoor is overwogen, is [gedaagde] naast Finex tegenover Axus aansprakelijk. Finex was bij voortijdige beëindiging op grond van de overeengekomen algemene voorwaarden gehouden tot vergoeding van alle schade en kosten als gevolg daarvan (artikel 15.2, zie 2.2 hiervoor), betaling van de contractuele rente (artikel 3.8) en buitengerechtelijke incassokosten (artikel 17.6). [gedaagde] is door zijn onrechtmatig handelen aansprakelijk voor dezelfde schade.
4.11.
[gedaagde] heeft subsidiair de hoogte van de schade betwist. Zo heeft hij aangevoerd dat de openstaande leasetermijnen over de maanden september 2019 en februari 2020 slechts deels zijn verschuldigd. De contractovername is pas in werking getreden op de dag van ondertekening door alle partijen zijnde 10 september 2019, en de auto is op 10 februari 2020 door Axus ingenomen.
4.12.
De rechtbank overweegt dat uit de overeenkomst tot contractoverneming blijkt dat Finex met ingang van de ‘Overnamedatum’, zijnde 1 september 2019, de leaseovereenkomst heeft overgenomen. Verder blijkt uit de creditfactuur van 13 maart 2020 dat per saldo geen leasebedrag over de periode vanaf 11 februari 2020 is gevorderd. Dit onderdeel van de vordering tot vergoeding van de achterstallige leasetermijnen komt daarom onverminderd voor toewijzing in aanmerking.
4.13.
De gevorderde beëindigingskosten zijn gefixeerd op 35% van de resterende leasetermijnen, zo heeft Axus op zitting toegelicht, gebaseerd op de bepaling in de leaseovereenkomst betreffende voortijdige beëindiging. [gedaagde] heeft bij dupliek aangevoerd dat die 35% niet verschuldigd kan zijn. De rechtbank stelt vast dat de overeenkomst bij
e-mail van 5 december 2019 is ontbonden conform artikel 16 van de algemene voorwaarden. Dit houdt in dat de betreffende contractuele bepaling over de fixatie van de schadeloosstelling haar werking mist: die is uitdrukkelijk niet van toepassing verklaard bij beëindiging op grond van artikel 16 van de algemene voorwaarden. Het gevolg daarvan is dat het bepaalde in artikel 15.2 de basis vormt voor de gevorderde schadeloosstelling. Axus zal bij akte in de gelegenheid worden gesteld haar schade in die zin te onderbouwen en [gedaagde] zal daar vervolgens op kunnen reageren.
4.14.
Het verweer van [gedaagde] tegen de onderdelen van de vordering die zien op de door Axus toegepaste verhoging van de maandelijkse leaseprijs en de overschrijding van de overeengekomen kilometrage slaagt.
Uit de stukken blijkt dat het leasebedrag per januari 2020 is verhoogd van € 1.808,27 naar € 1.826,14 per maand. Hoewel dat wel op haar weg lag, heeft Axus op de betwisting van [gedaagde] niet toegelicht waarop deze verhoging is gebaseerd.
Uit de door Axus overgelegde producties blijkt verder dat haar eindafrekening onder meer een vergoeding inhoudt van € 772,19 voor overschrijding van de overeengekomen kilometrage met 8.430 kilometers. In de dagvaarding is op dit punt niets gesteld. Axus heeft vervolgens op dit punt op de zitting geen nadere concrete feiten of omstandigheden aangevoerd. Dit is onvoldoende, gelet op de betwisting van [gedaagde]. Axus heeft daarmee op deze punten niet aan haar stelplicht voldaan, zodat niet aan bewijslevering wordt toegekomen. Deze deelvorderingen zullen dan ook bij eindvonnis worden afgewezen.
[gedaagde] heeft voorts betwist dat de verkeersboetes voor zijn rekening komen. Dit verweer wordt verworpen, omdat in de algemene voorwaarden is bepaald dat deze kosten geheel voor rekening van Lessee zijn (artikel 3.2 en 3.3).
4.15.
Met betrekking tot de gevorderde contractuele rente en de buitengerechtelijke incassokosten heeft Axus een beroep gedaan op de artikelen 3.8 en 17.6 van de algemene voorwaarden. Uit de stukken blijkt ook dat de gemachtigde van Axus buiten rechte werkzaamheden heeft verricht. De rechtbank zal deze onderdelen van de vordering bij eindvonnis toewijzen.
Uitvoerbaar bij voorraad
4.16.
Axus heeft gevorderd dat het eindvonnis uitvoerbaar bij voorraad wordt verklaard. Dat betekent dat Axus het vonnis na betekening ervan aan [gedaagde] ten uitvoer kan leggen. Een eventueel hoger beroep tegen deze beslissing heeft dan geen opschortende werking. [gedaagde] heeft hiertegen bezwaar gemaakt en aangevoerd dat hij meer belang heeft bij het instellen van hoger beroep, zonder dat hij direct wordt gedwongen om bedragen aan Axus te moeten betalen.
4.17.
De rechtbank overweegt nu al dat zij het eindvonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaren zal verklaren. Er bestaat een duidelijk belang van Axus bij uitvoerbaar bij voorraadverklaring. Het door [gedaagde] aangevoerde belang is niet een belang dat hiertegen over voldoende gewicht in de schaal legt.
4.18.
De rechtbank zal iedere verdere beslissing aanhouden.

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van
woensdag 6 december 2023voor het nemen van een akte door Axus Nederland over wat is vermeld onder 4.13, waarna [gedaagde] op de rol van 4 weken daarna een antwoordakte kan nemen,
5.2.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J. Wolfs en in het openbaar uitgesproken op 8 november 2023. [1]

Voetnoten

1.type: 1680