Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, op 25 mei 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan de betrokkene. De betrokkene had een boete ontvangen omdat voor zijn motorrijtuig of aanhangwagen met een toegestane maximummassa van meer dan 3500 kg geen keuringsbewijs was afgegeven. Dit was in strijd met artikel 72 van de Wegenverkeerswet 1994, dat een keuringsplicht voorschrijft. De betrokkene heeft tegen de beslissing van de officier van justitie beroep ingesteld, maar dit beroep werd ongegrond verklaard.
Tijdens de zitting op 25 mei 2023 was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, terwijl de betrokkene zelf niet verscheen. De officier van justitie handhaafde de beslissing en verzocht de kantonrechter om het beroep ongegrond te verklaren. De kantonrechter heeft de gedraging vastgesteld en overwogen dat de betrokkene niet tijdig aan zijn keuringsplicht had voldaan. De betrokkene voerde aan dat zijn bedrijfsauto was afgekeurd vanwege te veel verlichting en dat hij de noodzakelijke aanpassingen had gedaan, maar dat hij drie weken moest wachten op de herkeuring. Hij stelde dat de boete niet in verhouding stond tot zijn situatie, aangezien hij al 18 maanden geen inkomsten had en faillissement wilde voorkomen.
De kantonrechter oordeelde dat de gedraging voldoende was komen vast te staan en dat er geen aanleiding was om de boete te matigen. De wettelijke verplichting tot keuring geldt voor kentekenhouders, ongeacht het gebruik van het voertuig. De kantonrechter concludeerde dat de omstandigheden van de betrokkene niet leidden tot het oordeel dat het opleggen van een sanctie niet billijk was. Het beroep werd ongegrond verklaard, en de kantonrechter verklaarde de boete te handhaven.