ECLI:NL:RBNHO:2023:14240

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
20 oktober 2023
Publicatiedatum
22 augustus 2024
Zaaknummer
C/15/339971 / HA RK 23-75
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming van een deskundige in een civiele procedure over gebreken aan een woning

In deze civiele procedure hebben kopers, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.N.T. van der Linden, een verzoek ingediend bij de Rechtbank Noord-Holland om een deskundige te benoemen. Dit verzoek is gedaan naar aanleiding van gebreken aan de door hen gekochte woning, die op 5 december 2022 aan hen is geleverd. De kopers stellen dat de woning niet voldoet aan de koopovereenkomst en dat zij schade hebben geleden als gevolg van deze gebreken. De verkopers, vertegenwoordigd door advocaat mr. S. Hartog, hebben geen verweer gevoerd tegen het verzoek om een deskundige te benoemen, maar zijn van mening dat de aannemer [B.V.] aansprakelijk is voor de gebreken.

De rechtbank heeft de procedure en de communicatie tussen partijen in detail beschreven, inclusief de verzoeken en de correspondentie over de benoeming van de deskundige. De rechtbank heeft vastgesteld dat er een onafhankelijke deskundige moet worden benoemd om de aard en omvang van de gebreken aan de woning te onderzoeken en om de kosten van herstel vast te stellen. Er was echter discussie tussen partijen over de persoon van de deskundige en de aan deze deskundige te stellen vragen.

Uiteindelijk heeft de rechtbank besloten om de heer ir. [naam 6] van EBCM Nederland B.V. als deskundige te benoemen, omdat hij voldoet aan de vereisten en ervaring heeft als gerechtelijk deskundige. De rechtbank heeft ook de vragen die aan de deskundige gesteld moeten worden, geformuleerd en de kosten van het deskundigenonderzoek besproken. De rechtbank heeft de beslissing aangehouden tot 10 november 2023, in afwachting van reacties van partijen op de kostenbegroting van de deskundige.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
Zittingsplaats Alkmaar
zaaknummer / rekestnummer: C/15/339971 / HA RK 23-75
Beschikking van 20 oktober 2023 (bij vervroeging)
in de zaak van

1.[verzoeker 1] ,

wonende te [woonplaats 1] ,
2.
[verzoeker 2],
wonende te [woonplaats 2] ,
verzoekers,
advocaat mr. J.N.T. van der Linden te Amsterdam,
tegen

1.[verweerder 1] ,

2.
[verweerder 2],
beiden wonende te [woonplaats 3] ,
verweerders,
advocaat mr. S. Hartog te Alkmaar.
Verzoekers zullen hierna “kopers” en verweerders zullen hierna “verkopers” worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift, met bijlagen 1 tot en met 7,
  • de brief namens kopers van 2 juni 2023,
  • het verweerschrift, met productie 1,
  • de brief van 13 juli 2023 namens kopers, met bijlagen 8 en 9,
  • de brief van 14 september 2023 namens kopers, met als bijlage een proces-verbaal van de voorzieningenrechter te Amsterdam van een zitting gehouden op 1 september 2023,
  • de brief van 20 september 2023 namens kopers, met bijlage 10.
1.2.
Verkopers hebben bij indiening van het verweerschrift tevens een verzoekschrift bij de rechtbank ingediend tot benoeming van een deskundige in een vrijwaringsprocedure tegen de aannemer [B.V.] (hierna: [B.V.] ). Deze zaak is bij de rechtbank bekend onder nummer C/15/341470/ HA RK 23/96. Namens kopers is er bezwaar tegen gemaakt dat de onderhavige zaak tegelijk wordt behandeld met het verzoek dat namens verkopers tegen [B.V.] is ingediend. De rechtbank heeft bij brief van 1 augustus 2023 aan partijen meegedeeld dat zij heeft besloten dat de verzoeken niet tegelijk behandeld zullen worden.
1.3.
De rechtbank heeft partijen per e-mail van 14 september 2023 gevraagd of zij, voorafgaand aan de mondelinge behandeling, overeenstemming konden bereiken over de persoon van de te benoemen deskundige en de aan deze deskundige te stellen vragen. Vervolgens zijn er meerdere e-mails door partijen gestuurd. Gelet op de inhoud van deze e-mails heeft de rechtbank partijen per e-mail van 20 september 2023 meegedeeld dat de mondelinge behandeling van het verzoek gepland op 21 september 2023 geen doorgang zou vinden.
1.4.
Partijen hebben, op verzoek van de rechtbank, per e-mail van 25 september 2023 aangegeven wat het maximale bedrag zou mogen zijn wat de te benoemen voorlopig deskundige voor zijn werkzaamheden in rekening kan brengen.
1.5.
De rechtbank heeft contact gehad met de te benoemen deskundige en bij e-mail van 3 oktober 2023 een voorstel voor het onderzoek evenals een begroting van de kosten ontvangen.

2.Feiten

2.1.
Kopers hebben van verkopers de woning aan de [adres] te [woonplaats 2] (hierna: de woning) gekocht. De koopovereenkomst is getekend op 28 oktober 2022. De woning is op 5 december 2022 aan kopers geleverd.
2.2.
Voorafgaand aan de koop van de woning hebben kopers een bouwkundige inspectie laten uitvoeren door [bouwadviesbedrijf] . Het bouwkundig rapport dateert van
24 oktober 2022. Daarin werd geconcludeerd dat de woning uiterlijk in orde lijkt, maar dat het afschot van de daken niet juist is.
2.3.
Op 11 november 2022 heeft [naam 1] namens [bedrijf 1] na een bouwkundige inspectie geconcludeerd dat het afschot van een deel van de daken inderdaad niet correct is. De tussen partijen overeengekomen koopsom is daarop met € 50.000,- verlaagd, waardoor de koopprijs een bedrag werd van € 1.900.000,-.
2.4.
Omdat kopers verbouwplannen hadden, is een deel van de wanden geopend en is de bestaande isolatie verwijderd. Daarop werd vocht in de muren geconstateerd en er werd zwarte schimmel en zwam ontdekt.
2.5.
De heer ing. [naam 2] van [bedrijf 2] te [plaats] heeft de woning vervolgens onderzocht en op 24 april 2023 zijn rapport afgegeven. In zijn rapport constateert de heer [naam 2] onder andere dat de woning:
  • in een instabiele en onveilige situatie verkeert,
  • op vele plekken is aangetast door, voor de gezondheid alsmede voor de bestaande structuur, gevaarlijke schimmels en zwam, en
  • dat er ontoelaatbare zettingen zijn in de overstekken die bij hoge belasting kunnen zorgen voor verder inzakken en bij extreme belasting zouden kunnen afbreken.
Partijen hebben vervolgens op 12 mei 2023 samen met de heer [naam 2] en de door verkopers uitgenodigde aannemers en constructeur de woning geïnspecteerd.
2.6.
Bij dagvaarding van 24 mei 2023 hebben kopers verkopers gedagvaard. Kopers vorderen dat verkopers worden veroordeeld tot betaling van € 966.434,86 aan schadevergoeding, te vermeerderen met rente en kosten. Deze zaak is bij de rechtbank bekend onder nummer C/15/340163 / HA ZA 23-313.
2.7.
Ing. [naam 3] heeft blijkens een rapport van 2 juni 2023 een constructieve beschouwing van de woning gegeven.
2.8.
Kopers hebben het Adviesburo voor de bestrijding van houtaantasting en vocht Nebon in de persoon van de heer [naam 4] verzocht onderzoek uit te voeren. Dat onderzoek heeft plaatsgevonden op 18 mei 2022. De bevindingen daarvan zijn opgenomen in een rapport van 2 juni 2023.
2.9.
Op 1 september 2023 heeft er een zitting plaatsgevonden bij de voorzieningenrechter te [woonplaats 2] . Bij deze procedure was ook [B.V.] als partij betrokken. Partijen zijn ter beëindiging van het kort geding onder meer overeengekomen:

Uiterlijk op dinsdag 5 september 2023 zullen [verweerder 1] , [verzoeker 1] en [B.V.] , elk een technisch deskundige aanwijzen. Die deskundigen zullen op hun beurt zo spoedig mogelijk gezamenlijk één deskundige aanwijzen die het geschil tussen partijen zal onderzoeken. Indien één van partijen op 5 september 2023 geen deskundige aandraagt (zoals hiervoor bepaald) of indien de drie deskundigen gezamenlijk niet binnen zeven dagen geen overeenstemming bereiken over de te benoemen deskundige, dan zullen partijen in de thans lopende verzoekschriftprocedures benoeming van eenzelfde deskundige verzoeken, waarbij ook partij [B.V.] nog de gelegenheid zal krijgen om haar standpunt in te brengen als belanghebbende.

3.De beoordeling

3.1.
Het verzoekschrift strekt ertoe dat de rechtbank een voorlopig deskundigenbericht zal bevelen. Volgens kopers beantwoordt de woning niet aan de overeenkomst en zijn verkopers gehouden de door kopers geleden schade te vergoeden. Kopers stellen er belang bij te hebben dat de rechtbank een onafhankelijke deskundige benoemt die zich kan uitlaten over de aard en de omvang van de aan de woning klevende gebreken en over de kosten van herstel.
3.2.
Verkopers voeren geen verweer tegen het verzoek om een voorlopig deskundige te benoemen. Zij zijn van mening dat [B.V.] aansprakelijk is voor de gebreken die kopers hebben geconstateerd.
3.3.
Omdat er geen verweer wordt gevoerd tegen het verzoek van kopers en er belang is bij het voorlopig deskundigenonderzoek, zal het verzoek worden toegewezen.
3.4.
Tussen partijen bestaat wel discussie over de persoon van de te benoemen deskundige. Partijen hebben daarnaast beiden voorstellen gedaan over de aan de deskundige te stellen vragen.
Persoon deskundige
3.5.
Partijen verschillen van mening over de persoon van de te benoemen deskundige. Hoewel partijen daarover samen, met [B.V.] , afspraken hebben gemaakt bij de voorzieningenrechter te Amsterdam zijn partijen deze afspraken kennelijk niet nagekomen. De rechtbank acht zich dan ook vrij in haar keuze een deskundige te benoemen.
3.6.
Kopers hebben voorgesteld de heer ir. [naam 6] van EBCM Nederland B.V. te benoemen. De rechtbank begrijpt dat kopers bedoelen de heer ir. [naam 6] .
Volgens verkopers voldoet [naam 6] niet aan de criteria die volgens hen aan de te benoemen deskundige moeten worden gesteld. Deze criteria houden in dat
  • de deskundige expertise dient te hebben op meerdere aspecten;
  • werkzaam moet zijn bij een adviesbureau in de bouwsector;
  • ervaring dient te hebben als gerechtelijk deskundige en
  • een groot deskundigenbureau met meerdere expertises moet worden benoemd.
Partijen zijn bij een groter deskundigenbureau met meerdere expertises, volgens verkopers, niet afhankelijk van de mening van één persoon. Verkopers achten dat in het belang van alle betrokken partijen omdat er al eerdere deskundigenrapporten zijn opgesteld met uiteenlopende opinies. Verkopers hebben, op verzoek van de rechtbank, zelf drie bureaus voorgesteld die het onderzoek zouden kunnen verrichten. Kopers kunnen met de door verkopers voorgestelde deskundigen niet instemmen.
3.7.
De rechtbank is van oordeel dat [naam 6] als voorlopig deskundige in dit verzoek dient te worden benoemd. Verkopers hebben niet aangevoerd dat [naam 6] geen expertise heeft op de onderzoeken die moeten worden gedaan en de vragen die moeten worden beantwoord. De rechtbank heeft [naam 6] voorafgaand aan deze beschikking geïnformeerd over de vermoedelijke vraagstelling en [naam 6] heeft daarbij aangegeven dat hij voldoende expertise bezit om het onderzoek uit te voeren. Daar komt bij dat uit de [naam 7] deskundigen in civiele zaken volgt dat derden ingeschakeld kunnen worden bij het onderzoek. Als de te benoemen deskundige een derde wil inschakelen dan moet dat vooraf aan partijen worden meegedeeld zodat zij zich over het inschakelen van een derde kunnen uitlaten. Verkopers hebben naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende onderbouwd dat het in het belang van alle partijen is dat zij niet afhankelijk zijn van de mening van één persoon. Het argument dat er meerdere deskundigenrapporten zijn opgesteld die uiteenlopende opinies lieten zien, blijkt niet uit de door kopers in deze procedure overgelegde rapporten. [naam 6] is daarnaast werkzaam bij een adviesbureau in de bouwsector en staat ingeschreven in het Landelijk Register van Gerechtelijk Deskundigen. [naam 6] is al meerdere keren benoemd als gerechtelijk deskundige.
Vraagstelling
3.8.
Partijen hebben beiden voorstellen gedaan over de aan de te benoemen deskundige te stellen vragen. Verkopers hebben geen verweer gevoerd tegen de door kopers voorgestelde vragen. Kopers hebben aangegeven dat zij met de (aanvullende) vragen van verkopers kunnen instemmen met uitzondering van de vraag e., die door verkopers als volgt is geformuleerd:

Welke kosten zouden door de Kopers sowieso gemaakt moeten zijn in het kader van de door hen gewenste ingrijpende verbouwingsplannen, zijnde onder meer:
  • Het realiseren van een kelderbak, inclusief zwembad.
  • Het realiseren van een interne lift en een extern trappenhuis.
  • Het dichtzetten van het balkon op de eerste verdieping.
  • Interne constructieve veranderingen.
  • Het realiseren van een dakopbouw.
  • Het vergroten van de overkapping op de dakverdieping.
  • Het volledig verwijderen, her-alloceren en vernieuwen van de vloerverwarming, badkamer, keuken en installaties in de woning.
  • De hieraan gekoppelde wijziging in de indeling, verplaatsing van (stabiliteits-)wanden. Dient er naar uw mening bij de schadebegroting rekening te worden gehouden met een aftrek van nieuw voor oud?
  • Kopers stellen dat deze vraag voor de vaststelling van de non-conformiteit en de hoogte van het schadebedrag niet relevant is. Zij geven aan dat enkel relevant is welke begrote herstelkosten zij niet hoeven te maken gezien de door hen gewenste verbouwingsplannen.
3.9.
Gelet op de aard van het deskundigenonderzoek waarbij kopers aan de rechtbank hebben gevraagd een deskundige te benoemen die zich kan uitlaten over de aard en de omvang van de aan de woning klevende gebreken en over de kosten van herstel, is de rechtbank van oordeel dat de door verkopers genoemde vraag e. niet aan de deskundige moet worden gesteld. De door verkopers voorgestelde aanvullende vragen vallen buiten de reikwijdte van het deskundigenonderzoek.
3.10.
In de vragen van verkopers is daarnaast opgenomen of de deskundige zich wil uitlaten over “wie de oorzaak van de gebreken is toe te rekenen” en “aan wie het gebrek aan de vloeren is toe te rekenen”. Het is uiteindelijk aan de rechter een juridische beslissing te nemen over de aansprakelijkheid voor de geconstateerde gebreken. Dit behoort niet tot de deskundigheid van de te benoemen deskundige in deze procedure. De rechtbank zal dan ook dit deel van de vragen van verkopers schrappen.
3.11.
De rechtbank ziet daarnaast aanleiding om een algemene slotvraag aan de deskundige te stellen waarin de deskundige eventuele opmerkingen of bevindingen met de rechtbank en partijen kan delen.
3.12.
De rechtbank heeft de vragen van partijen met elkaar gecombineerd. Dit leidt ertoe dat de rechtbank de te benoemen deskundige de volgende vragen zal stellen:
a. Is er sprake van gebreken aan de woning op één of meerdere van de onderstaande punten:
o De stabiliteit van de woning, meer specifiek, doch niet uitsluitend aan de in de woning aangebrachte stabiliteitswanden en ter zake de overstekken? Voldoet de stabiliteit aan de daaraan te stellen normen?
o Is de aangebrachte fundering voldoende draagkrachtig? Voldoet deze aan de normen?
o Hoe beoordeelt u de vochthuishouding in de woning en de daardoor ontstane aantasting/verrotting van het hout en aanwezigheid van schimmels?
o Waar treft u schimmels en zwammen dan wel houtrot aan in de woning? Maken die schimmels, zwammen en houtrot dat de woning, zonder verdere behandeling dan wel herstel, niet bewoond kan worden?
Zo ja, wat is de oorzaak van die gebreken c.q. waaraan valt deze toe te rekenen?
Op welke wijze dienen deze gebreken hersteld te worden?
Wat is de hoogte van deze herstelkosten?
In 2022 is er schade hersteld aan de vloeren; heeft deze naar uw oordeel dezelfde oorzaak als voornoemde gebreken?
Zo ja, wat is de oorzaak van dit gebrek?
Welke opmerkingen zijn naar uw oordeel verder van belang ten behoeve van de door de rechtbank te nemen beslissing?
Kosten deskundige
3.13.
De te benoemen deskundige heeft aangegeven dat er een uitgebreid onderzoek moet plaatsvinden en dat hij zijn kosten daarom ruim heeft begroot. Verder heeft de te benoemen deskundige onder andere de volgende toelichting gegeven:
Expertise
(…)
In geval dat de deskundige dat nodig acht, wordt met ID Geotechniek BV ( [naam 8] ) overlegd over geotechnische aspecten, tenzij een partij daar bezwaar tegen heeft en dat aangeeft in reactie.
Doel
(…)
Het karakter van de vragen omvat verschillende technische vakgebieden, zowel geotechnische vragen (draagvermogen), constructief (fundering, overstekken, stabiliteit), alsmede bouwkundig/bouwfysisch (aantasting, schimmels). Hierbij zijn meerdere materialen gebruikt zoals houtconstructie, en dat maakt de analyse bewerkelijker (dat wordt in het deskundigenbericht dan nog uitgelegd). Tevens wordt gevraagd naar herstelmogelijkheden. De combinatie heeft invloed op de urenbegroting.
Opmerking m.b.t. concept-vragen,
Bij de eerste vraag gaat het kennelijk om vragen over het draagvermogen en om standzekerheid (stabiliteit). Het daarbij noemen van 'overstekken', zoals in subvraag 1, vraagt aldus om twee analyses. Kortgezegd, gaat het kennelijk om de vraag of de constructie voldoet aan geldende normen.
Met betrekking tot vochtproblemen en schimmelvorming, zijn in het algemeen van betekenis beide vakgebieden bouwkunde (bvb waterdichtheid en waterafvoer) en bouwfysica (bvb schimmelvorming en condensvorming). Dat komt in het onderzoek aan de orde.
Onder 'hoogte van herstelkosten' wordt verstaan, de indicatieve kostenraming behorende bij het aangegeven herstel. Immers, pas na technische uitwerking van een herstelplan en pas na verkrijgen van een offerte van een aannemer die bereid is voor een bepaalde prijs een werk te verrichten, zijn de herstelkosten pas definitief.
Opgave van de te verwachten kosten van het onderzoek :
kosten zijn ingeschat op: (o.b.v. huidige gegevens)
indicatie (kan per stuk onderling afwijken en verschoven worden)
- start rapport, vooranalyse, organiseren informatie en opname 26 uur
- opname ter plaatse incl. voorbereiding en afwikkeling 6 uur
- analyse en concept rapport, 6x(gemidd.)15= 90 uur
- constructie, verticaal, fundering
- constructie, verticaal, opgaande constructie
- constructie, stabiliteit
- bouwkundig, bouwfysisch,
- integraal, combinatie (constr, bouwkunde, installatie)
- oplossingen inclusief kostenraming
- reacties verkrijgen en definitief rapport 6 uur
----------
128 uur
------------------------
excl. BTW € 22.784,-
BTW 21% € 4.784,64
============
Incl. BTW € 27.568,64
---------------------------------------------------
uurtarief exclusief bijkomende kosten: € 164,- (vanaf 1-1-2023)
bijkomende kosten/bureau/licentie/reis/LRGD-kosten € 14,-
totaal, uurtarief € 178,--/uur ex BTW 21%
3.14.
De te benoemen deskundige heeft zijn kosten begroot op een totaalbedrag van € 27.568,64 inclusief BTW. Partijen hebben voordat de te benoemen deskundige met zijn voorschot kwam, aangegeven te kunnen instemmen met een voorschot van € 10.000,-. De rechtbank zal partijen dan ook nog in de gelegenheid stellen te reageren op de kostenbegroting door de te benoemen deskundige.
3.15.
De rechtbank ziet geen aanleiding om af te wijken van het uitgangspunt van de wet, dat het voorschot op de kosten van de deskundige in beginsel door de verzoekende partij moet worden gedeponeerd. Dit voorschot zal daarom door kopers moeten worden betaald.

4.De beslissing

De rechtbank
4.1.
houdt iedere beslissingen aan tot 10 november 2023 in afwachting van nader bericht van partijen als hiervoor onder 3.14 bedoeld.
Deze beschikking is gegeven door mr. D.D.M. Hazeu en bij vervroeging in het openbaar uitgesproken door mr. J.H. Gisolf op 20 oktober 2023. [1]

Voetnoten

1.type: MKG