Op 10 februari 2023 heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan medeplegen van gewoontewitwassen en valsheid in geschrift. De zaak is voortgekomen uit een onderzoek genaamd 'Meese', dat op 29 oktober 2018 door het Openbaar Ministerie is gestart. De verdachte, samen met zijn echtgenote en zoon, werd verdacht van betrokkenheid bij hennepteelt en het opstellen van valse huurovereenkomsten. De verdachte is op 24 september 2019 aangehouden en is per 20 maart 2020 uit voorlopige hechtenis geschorst.
Tijdens de zittingen op 7 en 10 februari 2023 zijn procesafspraken gemaakt tussen de officier van justitie en de verdediging, waarbij de verdachte een bekennende verklaring heeft afgelegd. De rechtbank heeft de tenlastelegging gewijzigd en de verdachte is uiteindelijk veroordeeld tot een gevangenisstraf van 270 dagen, waarvan 91 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank heeft rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder het tijdsverloop van de zaak en zijn blanco strafblad. De rechtbank heeft ook de ernst van de feiten in overweging genomen, waarbij het (gewoonte)witwassen en valsheid in geschrift als ernstige strafbare feiten zijn gekwalificeerd.
De rechtbank heeft daarnaast beslist over het beslag, waarbij bepaalde voorwerpen aan het verkeer zijn onttrokken en andere aan de verdachte zijn teruggegeven. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken op 10 februari 2023.