In deze zaak heeft AirHelp Germany GmbH, vertegenwoordigd door mr. D.E. Lof, een vordering ingesteld tegen Turk Havayollari A.O., vertegenwoordigd door mr. H. Bulut-Yazir, wegens compensatie na de annulering van vlucht TK1958 van Amsterdam naar Istanbul op 3 december 2021. De vordering is ingesteld op 25 februari 2022, waarna beide partijen schriftelijk hebben gereageerd op elkaars standpunten. AirHelp vordert een schadevergoeding van € 400,00 op basis van de Europese Verordening (EG) nr. 261/2004, die regels vaststelt voor compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij annuleringen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de vlucht is geannuleerd en dat de vervoerder niet kan aantonen dat deze annulering het gevolg was van buitengewone omstandigheden, zoals slechte weersomstandigheden. De vervoerder heeft weliswaar rapporten overgelegd, maar deze waren niet voorzien van voldoende toelichting om de annulering te rechtvaardigen. De kantonrechter oordeelt dat het aan de luchtvaartmaatschappij is om voldoende gegevens en onderbouwing te verstrekken, wat in dit geval niet is gebeurd.
Daarom heeft de kantonrechter de vordering van AirHelp toegewezen en de vervoerder veroordeeld tot betaling van € 400,00, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum van annulering. Ook zijn de proceskosten aan de zijde van AirHelp toegewezen, omdat de vervoerder ongelijk heeft gekregen. Het vonnis is uitgesproken op 8 maart 2023 door mr. S.N. Schipper in aanwezigheid van de griffier.