ECLI:NL:RBNHO:2023:2216
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Omgangsregeling en belangen van minderjarigen in familiezaken
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland op 14 maart 2023, betreft het een geschil over de omgangsregeling tussen een vader en zijn twee minderjarige kinderen. De moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. P. Dorhout, verzoekt om geen omgang vast te stellen, terwijl de vader, vertegenwoordigd door mr. S. Kuijs, zijn wens om contact met de kinderen te herstellen heeft geuit. De rechtbank heeft eerder in 2021 bepaald dat er voor de oudste minderjarige geen omgangsregeling meer geldt, en voor de jongste een voorlopige regeling is vastgesteld. De Raad voor de Kinderbescherming heeft in een rapport geadviseerd om de beslissing over de omgangsregeling aan te houden in afwachting van diagnostisch onderzoek, maar dit onderzoek heeft niet plaatsgevonden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de belangen van de jongste minderjarige zich verzetten tegen het vaststellen van een omgangsregeling, gezien de huidige situatie en de eerdere adviezen van de Raad. De rechtbank concludeert dat de vader niet voldoende initiatief heeft getoond om contact te herstellen en dat de moeder de kinderen ondersteunt in hun contact met de vader. De rechtbank heeft uiteindelijk besloten dat er geen omgangsregeling meer geldt voor de jongste minderjarige, met wijziging van de eerdere beschikking.