ECLI:NL:RBNHO:2023:2559

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
15 maart 2023
Publicatiedatum
21 maart 2023
Zaaknummer
9944628 CV EXPL 22-3588
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een vordering tot betaling van incassokosten en rente in een civiele procedure

In deze zaak heeft de besloten vennootschap Bazuin & Partners B.V. een vordering ingesteld tegen [gedaagde] voor betaling van een factuur wegens verrichte incassowerkzaamheden. De vordering is ingesteld op 13 juni 2022, waarna [gedaagde] schriftelijk heeft geantwoord. Bazuin vorderde een bedrag van € 405,96, vermeerderd met rente en proceskosten, omdat [gedaagde] een factuur van € 231,68 niet had betaald. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de werkzaamheden in opdracht van [gedaagde] zijn verricht en dat er geen tekortkoming aan de zijde van Bazuin is aangetoond.

De kantonrechter heeft het verzoek van [gedaagde] om een mondelinge behandeling afgewezen, omdat het financiële belang gering was en de zaak voldoende op basis van de stukken kon worden beoordeeld. [gedaagde] betwistte de vordering en voerde aan dat Bazuin de verkeerde partij had gedagvaard en tekortgeschoten was in de nakoming van de overeenkomst. De kantonrechter verwierp deze verweren en oordeelde dat de algemene voorwaarden van Bazuin van toepassing waren, en dat Bazuin aan haar inspanningsverplichting had voldaan.

Uiteindelijk heeft de kantonrechter de vordering van Bazuin toegewezen, inclusief de gevorderde rente en buitengerechtelijke incassokosten. [gedaagde] werd veroordeeld tot betaling van het verschuldigde bedrag en de proceskosten, en het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 9944628 \ CV EXPL 22-3588 (HB)
Uitspraakdatum: 15 maart 2023
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Bazuin & Partners B.V.
gevestigd te Krimpen aan den IJssel
eiseres
verder te noemen: Bazuin
gemachtigde: mr. E.L.B. Hundscheidt
tegen
[gedaagde], voorheen handelend onder de naam Advocatenkantoor [gedaagde]
wonende te [woonplaats]
gedaagde
verder te noemen: [gedaagde]
gemachtigde: mr. [gedaagde]
De zaak in het kort
Bazuin vordert veroordeling van [gedaagde] tot betaling van een factuur wegens verrichte incassowerkzaamheden (met nevenvorderingen). De vordering wordt toegewezen. De werkzaamheden zijn in opdracht van [gedaagde] verricht en niet gebleken is dat Bazuin is tekortschoten in de nakoming van de overeenkomst.

1.Het procesverloop

1.1.
Bazuin heeft bij dagvaarding van 13 juni 2022 een vordering tegen [gedaagde] ingesteld. [gedaagde] heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
Bazuin heeft hierop schriftelijk gereageerd, waarna [gedaagde] een schriftelijke reactie heeft gegeven. Daarna heeft Bazuin zich nog bij akte uitgelaten.

2.De vordering

2.1.
Bazuin vordert dat de kantonrechter [gedaagde] veroordeelt tot betaling van € 405,96, te vermeerderen met de overeengekomen rente van 1% per maand over € 231,68 vanaf de dag van dagvaarding en met de proceskosten.
2.2.
Bazuin legt aan de vordering ten grondslag – kort weergegeven – dat zij in opdracht en voor rekening van [gedaagde] , destijds handelend onder de naam Advocatenkantoor [gedaagde] , incassowerkzaamheden heeft verricht onder toepasselijkheid van haar algemene voorwaarden. [gedaagde] heeft de voor de verrichte werkzaamheden toegezonden factuur van 18 mei 2017 van € 231,68 ondanks sommaties niet betaald. Door het betalingsverzuim is [gedaagde] ook de overeengekomen rente (vanaf veertien dagen na factuurdatum tot de datum van dagvaarding bedragend € 134,28) en buitengerechtelijke incassokosten (€ 40,00) verschuldigd.

3.Het verweer

3.1.
[gedaagde] betwist de vordering. Hij voert aan – samengevat – dat Bazuin de van belang zijnde feiten en omstandigheden bij de dagvaarding niet juist dan wel niet volledig heeft gepresenteerd en verzoekt de kantonrechter hieruit de conclusie te trekken die zij geraden acht (artikel 21 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv)).
3.2.
Bovendien heeft Bazuin de verkeerde partij gedagvaard, omdat de opdracht niet door [gedaagde] is gegeven maar door Bollenstreek Advocatuur B.V..
3.3.
Verder is Bazuin tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst. De opzet van de overeenkomst was het direct leggen van beslag en het treffen van executiemaatregelen ten behoeve van zijn cliënt [cliënt] tegen [wederpartij] . Doordat Bazuin de werkzaamheden niet tijdig en juist heeft verricht, kon de vordering van [cliënt] niet op [wederpartij] worden verhaald.
3.4.
[gedaagde] betwist dat de algemene voorwaarden van Bazuin op de overeenkomst van toepassing zijn.
3.5.
[gedaagde] vraagt om een mondelinge behandeling (‘pleidooi’).

4.De beoordeling

Geen mondelinge behandeling
4.1.
De kantonrechter zal het verzoek van [gedaagde] om een mondelinge behandeling (‘pleidooi’) niet inwilligen, mede gelet op het geringe financiële belang van de zaak, maar vooral gelet op de omstandigheid dat de kantonrechter zich voldoende voorgelicht acht om de zaak op de stukken af te doen en geen nadere mondelinge toelichting behoeft.
Artikel 21 Rv
4.2.
Voor zover Bazuin de in deze zaak van belang zijnde feiten en omstandigheden bij de dagvaarding niet juist dan wel niet volledig zou hebben gepresenteerd, ziet de kantonrechter geen aanleiding daaraan op grond van artikel 21 Rv gevolgen te verbinden.
(De eenmanszaak van) [gedaagde] is opdrachtgever
4.3.
Vaststaat dat bij e-mail van 16 oktober 2015 aan Bazuin opdracht is verstrekt tot het verrichten van incassowerkzaamheden (het treffen van executiemaatregelen en het leggen van beslag) door
‘ [gedaagde] , Advocatenkantoor [gedaagde] ’. Volgens [gedaagde] is Advocatenkantoor [gedaagde] een handelsnaam van de besloten vennootschap Bollenstreek Advocatuur B.V. en is de opdracht door die besloten vennootschap verstrekt. Dat verweer wordt verworpen. Bazuin heeft een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel overgelegd, waaruit blijkt dat Advocatenkantoor [gedaagde] de handelsnaam is van de eenmanszaak van [gedaagde] , opgericht op 1 januari 2010 en opgeheven met ingang van 14 maart 2016. Uit niets blijkt dat de opdracht door de besloten vennootschap is verstrekt of dat Bazuin wist dat met Advocatenkantoor [gedaagde] de besloten vennootschap was bedoeld. Dat blijkt ook niet uit de door [gedaagde] overgelegde andere facturen van Bazuin. Ook deze vermelden als geadresseerde ‘Advocatenkantoor [gedaagde] ’ zonder enige verwijzing naar de besloten vennootschap. De kantonrechter gaat er dan ook vanuit dat de (inmiddels opgeheven) eenmanszaak van [gedaagde] de opdrachtgever is, zodat [gedaagde] terecht als partij is gedagvaard.
De algemene voorwaarden zijn toepasselijk
4.4.
De kantonrechter is van oordeel dat de algemene voorwaarden van Bazuin op de overeenkomst van toepassing zijn. Nadat [gedaagde] bij e-mail van 16 oktober 2015 de opdracht had verstrekt, heeft Bazuin bij e-mail van diezelfde datum de opdracht bevestigd. Bij die brief heeft zij er op gewezen dat haar algemene voorwaarden (gedeponeerd bij de rechtbank te Rotterdam) van toepassing zijn en dat deze voorwaarden op verzoek kosteloos worden toegezonden en ook staan op de website www.bazuin.nl/voorwaarden. [gedaagde] , die advocaat is en geen consument, heeft vervolgens niet tegen de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden geprotesteerd en heeft de opdracht voortgezet. Hierdoor moet hij geacht worden de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden stilzwijgend te hebben aanvaard.
4.5.
Voor zover [gedaagde] zich beroept op vernietigbaarheid van de algemene voorwaarden, omdat deze niet aan hem zijn verstrekt, wordt dit verweer verworpen. Bazuin heeft [gedaagde] een redelijke mogelijkheid geboden van de algemene voorwaarden kennis te nemen, omdat zij die voorwaarden overeenkomstig het bepaalde in artikel 6:234 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) in verbinding met artikel 6:230c onderdeel 3 BW heeft verstrekt. Zij heeft immers in haar e-mail van 16 oktober 2015 meegedeeld dat de algemene voorwaarden op de door haar genoemde website staan.
Bazuin is niet tekortgeschoten
4.6.
Ook het verweer dat Bazuin is tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst slaagt niet. Bazuin heeft toegelicht dat, zoals met [gedaagde] is overeengekomen, het vonnis in de zaak [cliënt] tegen [wederpartij] is betekend met een loonbeslag, maar dat dit beslag niet kon plaatsvinden, omdat [wederpartij] niet meer bij de werkgever werkzaam was. Ook kon geen beslag op roerende zaken plaatsvinden, omdat [wederpartij] stond ingeschreven in Duitsland. Toen bekend was dat [wederpartij] zou terugkeren naar Nederland, is alsnog gekeken naar een verhaalsmogelijkheid, maar [wederpartij] bleek toen onder bewind te zijn gesteld, waardoor het beslag op roerende zaken werd gestaakt. [gedaagde] heeft dit alles onvoldoende gemotiveerd weersproken. Hij heeft zijn verweer dat [wederpartij] wel in Nederland woonde en dat beslag wel mogelijk was onvoldoende onderbouwd. Ook is naar het oordeel van de kantonrechter niet komen vast te staan dat Bazuin niet snel genoeg tot beslaglegging is overgegaan. Bazuin heeft genoegzaam toegelicht dat het vonnis, na aanlevering van de stukken door [gedaagde] op 16 oktober 2015, op zijn vroegst op 21 oktober 2015 kon worden betekend, waarna op 24 november 2015 een beslagpoging is gedaan. Dat is naar het oordeel van de kantonrechter voldoende voortvarend. Ook het verweer van [gedaagde] dat Bazuin heeft gehandeld in strijd met artikel 3.2. van haar Bijlage Tarieven slaagt niet, omdat niet is gebleken dat [gedaagde] de opdracht heeft ingetrokken toen bleek dat er geen verhaalsmogelijkheden waren. Al met al is de kantonrechter van oordeel dat Bazuin aan haar inspanningsverplichting heeft voldaan. Wat door [gedaagde] verder nog is aangevoerd leidt niet tot een ander oordeel.
Vordering toewijsbaar
4.7.
De conclusie is dat de gevorderde hoofdsom zal worden toegewezen.
4.8.
Ook de overeengekomen rente, die de kantonrechter niet onredelijk of ongegrond voorkomt, zal worden toegewezen vanaf veertien dagen na factuurdatum.
4.9.
De buitengerechtelijke incassokosten zijn eveneens toewijsbaar. [gedaagde] is herhaaldelijk tot betaling gemaand en de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten stemmen overeen met het tarief zoals opgenomen in het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten.
4.10.
De proceskosten komen voor rekening van [gedaagde] , omdat hij ongelijk krijgt.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan Bazuin van € 271,68, te vermeerderen met de overeengekomen rente van 1% per maand over € 231,68 vanaf veertien dagen na 18 mei 2017 tot aan de dag van de gehele betaling;
5.2.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van Bazuin tot en met vandaag vaststelt op:
dagvaarding € 107,22
griffierecht € 128,00
salaris gemachtigde € 200,00 ;
5.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.4.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. W. Aardenburg en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter