Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, uitspraak gedaan op 10 maart 2023, in een beroep tegen een beslissing van de officier van justitie. Betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen en heeft hiertegen beroep ingesteld. De officier van justitie verklaarde het beroep echter niet-ontvankelijk, omdat het beroepschrift te laat was ingediend. De termijn voor het indienen van een beroepschrift is volgens artikel 6:7 van de Algemene wet bestuursrecht zes weken. Betrokkene had het beroepschrift op 15 september 2022 ingediend, terwijl dit uiterlijk op 14 juni 2022 ontvangen had moeten zijn.
De kantonrechter heeft de zaak behandeld op de zitting van 10 maart 2023, waarbij de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig was, maar betrokkene zelf niet. De rechter heeft overwogen dat de regels omtrent het tijdig indienen van een beroepschrift strikt zijn, maar dat er onder bepaalde omstandigheden, zoals genoemd in artikel 6:11 van de Awb, toch ontvankelijkheid kan worden aangenomen. Echter, in dit geval heeft betrokkene geen verklaring gegeven voor de termijnoverschrijding, behalve de opmerking dat het 'buiten onze wil' was. Dit was onvoldoende om de termijnoverschrijding als verschoonbaar te beschouwen.
De kantonrechter heeft geconcludeerd dat de officier van justitie terecht het beroep niet-ontvankelijk heeft verklaard en heeft het beroep ongegrond verklaard. De uitspraak is gedaan door mr. M.P.E. Oomens, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt.