Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
heeft betwist dat er iets mis was met de auto ten tijde van de verkoop.
3.De vordering
€ 2.370,65 en dat [gedaagde] dit bedrag aan [eiser] moet betalen. Subsidiair vordert [eiser] dat de kantonrechter voor recht verklaart dat [gedaagde] onrechtmatig heeft gehandeld en hem zal veroordelen tot betaling van € 2.370,65 aan [eiser] ter zake van de door laatstgenoemde geleden schade. Verder vordert [eiser] zowel primair en subsidiair dat de kantonrechter [gedaagde] zal veroordelen tot betaling van € 355,60 voor buitengerechtelijke kosten en van de proceskosten waarbij voor het salaris van de gemachtigde een tarief van € 2.000,- per punt wordt gehanteerd en inclusief de nakosten.