Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
[gedaagde 3],
1.De procedure
- de dagvaarding tevens houdende de incidentele vordering tot het treffen van voorlopige voorzieningen
- de conclusie van antwoord in het incident van [gedaagde 1] c.s.
- de conclusie van antwoord in het incident van [gedaagde 3] .
2.De feiten voor zover van belang in het incident
- aangiften inkomstenbelasting 2015, 2016, 2017 en 2018,
- aanslagen inkomstenbelasting 2015, 2016, 2017 en 2018,
- kopie bankafschriften van de betaal- en spaarrekeningen op naam van erflater over de periode 1 januari 2015 tot en met 2018,
- een opgave van de inhoud van de kluis in de woning van erflater en [gedaagde 1] ,
3.De vorderingen in de hoofdzaak
4.De vorderingen in het incident
- aangiften inkomstenbelasting 2014, 2015, 2016, 2017 en 2018
- aanslagen inkomstenbelasting 2014, 2015, 2016, 2017 en 2018
- kopie bankafschriften betaal- en spaarrekeningen ABN AMRO bank erflater en/of [gedaagde 1] over de periode 1 januari 2014 tot en met 1 juli 2018,
5.Het verweer in het incident
6.De beoordeling
Bevoegdheid en toepasselijk recht
7.De beslissing
n de hoofdzaak
woensdag 15 februari 2023voor conclusie van antwoord aan de zijde van [gedaagde 1] c.s. en [gedaagde 3] ,