ECLI:NL:RBNHO:2023:4802

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
25 mei 2023
Publicatiedatum
23 mei 2023
Zaaknummer
10256308 \ EJ VERZ 22-17
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot nietigverklaring van besluiten van de Vereniging van Eigenaren met betrekking tot het afsluiten van water in opslagruimten

In deze zaak heeft verzoeker, eigenaar van een opslagruimte, een verzoekschrift ingediend tot nietigverklaring van besluiten van de Vereniging van Eigenaren (VvE) met betrekking tot het jaarlijks afsluiten van water in zijn opslagruimte. Het verzoekschrift is op 30 december 2022 ingediend, na een algemene ledenvergadering van de VvE op 28 november 2022, waarover verzoeker stelt dat de genomen besluiten niet rechtsgeldig zijn. De VvE heeft als verweer aangevoerd dat verzoeker zijn verzoekschrift niet tijdig heeft ingediend en dat het afsluiten van water een ordemaatregel betreft die het bestuur zelfstandig kan nemen.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat verzoeker zijn verzoek tijdig heeft ingediend, omdat het verzoekschrift per e-mail op 27 december 2022 door de rechtbank is ontvangen. Vervolgens is de rechter ingegaan op de vraag of het afsluiten van water als een ordemaatregel kan worden gekwalificeerd. De rechter concludeert dat het afsluiten van water geen ordemaatregel is, maar dat het bestuur instemming van de leden nodig heeft om dit besluit te nemen. De rechter oordeelt dat de besluiten van de VvE over het afsluiten van water niet rechtsgeldig zijn genomen, omdat de stemming niet in overeenstemming was met de wettelijke vereisten.

De rechter heeft het verzoek van verzoeker om het besluit tot aanpassing van het huishoudelijk reglement te vernietigen toegewezen, maar andere verzoeken van verzoeker zijn afgewezen. De proceskosten worden door beide partijen zelf gedragen. De uitspraak is gedaan door kantonrechter J.J. Dijk op 25 mei 2023.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Zaanstad
Zaaknr./repnr.: 10256308 \ EJ VERZ 22-17
Uitspraakdatum: 25 mei 2023
Beschikking van de kantonrechter in de zaak van:
[verzoeker]
wonende te [woonplaats]
verzoekende partij
verder te noemen: [verzoeker]
gemachtigde: mr. R.E. Vogel
tegen
[verweerder]
statutair gevestigd te [vestigingsplaats]
verwerende partij
verder te noemen: [verweerder]
gemachtigde: mr. N.M. Don

1.Het procesverloop

1.1.
[verzoeker] heeft een verzoekschrift ingediend, ter griffie ingekomen op 30 december 2022. [verweerder] heeft een verweerschrift ingediend.
1.2.
Op 18 april 2023 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten, mede aan de hand van pleitaantekeningen, naar voren hebben gebracht.

2.De feiten

2.1.
[verzoeker] is eigenaar van het appartementsrecht dat hem recht geeft op het uitsluitend gebruik van de opslagruimte [adres] .
2.2.
De opslagruimte van [verzoeker] maakt deel uit van een complex van 77 units die bestemd zijn voor de opslag van lichte goederen. De eigenaren van de appartementsrechten zijn lid van [verweerder] . In de splitsingsakte is opgenomen dat het totaal uit te brengen stemmen in de vergadering 83 bedraagt. In de splitsingsakte is het Modelreglement 1992 van toepassing verklaard. Verder geldt een Huishoudelijk Reglement.
2.3.
In het Modelreglement is, voor zover van belang, het volgende opgenomen.
‘II VERGADERING VAN EIGENAARS
Artikel 34
(…)
2. Het totaal aantal stemmen dat ieder der eigenaars kan uitbrengen worden in de akte bepaald.
(…)
Artikel 37
(…)
5. In een vergadering waarin minder dan de helft van het in artikel 34 tweede lid bedoelde totaal aantal stemmen kan worden uitgebracht, kan geen geldig besluit worden genomen (…)
III BESTUUR VAN DE VERENIGING
Artikel 41
(…)
5. Voor zover in verband met de omstandigheden het nemen van spoedeisende maatregelen welke uit een normaal beheer kunnen voortvloeien noodzakelijk is, is het bestuur zonder opdracht van de vergadering hiertoe bevoegd (…)\
M. HUISHOUDELIJK REGLEMENT
Artikel 44
(…)
1.
Het huishoudelijk reglement kan door de vergadering slechts worden vastgesteld, gewijzigd en aangevuld met een meerderheid van tenminste twee/derde van het aantal uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin een aantal eigenaars tegenwoordig of vertegenwoordigd is dat tenminste twee/derde van het totaal aantal stemmen kan uitbrengen. (…)’
2.4.
In 2012 is door vorst schade aan de waterleiding ontstaan en is lekkage opgetreden. Om dit te voorkomen is het water in de daarop volgende jaren afgesloten tussen eind november/begin december en eind maart/begin april. Door het afsluiten beschikken de eigenaren niet over water in hun opslagruimte.
2.5.
Omdat er vanwege corona geen ledenvergadering plaats kon vinden, heeft het bestuur de leden van [verweerder] op 30 november 2021 per e-mail een brief toegestuurd. In deze brief is, voor zover van belang, het volgende opgenomen.
‘Mededelingen van het bestuur
1. Water.
Altijd weer een heikel punt. Waarom gaat het er af.
In het verleden is tijdens een vergadering besloten dit op een vast tijdstip te doen.
We hebben toen vorstschade gehad, vandaar de noodzaak.
Maar als er een verschuiving binnen de leden is, dan kunnen we dit opnieuw ter sprake brengen.
Waarbij rekening gehouden moet worden met het volgende: Als we overgaan naar een variabele datum, dan moet er iemand opstaan die dat gaat bij houden.In de huidige reglementen staat dus nu een vaste datum. Omdat er toch vragen rijzen omtrent het tijdstip, willen we dit opnieuw in stemming brengen.
(…)
!!!!! Punt 1 en 4 willen in stemming brengen.
Deze stemming gaat als reactie op deze mail. Om de stemming rechtsgeldig te hebben moet 2/3 van de leden gereageerd hebben. De stemmen die binnen komen worden dan geteld.’
2.6.
Op 28 november 2022 heeft een algemene ledenvergadering van [verweerder] plaatsgevonden. In de notulen is onder het punt ‘mededelingen’ opgenomen dat het water er op 3 december af zal worden gehaald. Verder blijkt uit de notulen dat op de vergadering is gestemd over het aanpassen van het huishoudelijk reglement. In het aangepaste huishoudelijk reglement is ten aanzien van het afsluiten van het water het volgende opgenomen.
‘Water: elk najaar gaat het water eraf. Dit gebeurt het laatste weekend van november of het eerste weekend van december.
Het water gaat er weer op, het laatste weekend van maart of het eerste weekend van april.’
Tijdens de vergadering is het aangepaste reglement goedgekeurd en vastgesteld.

3.Het verzoek en het verweer

3.1.
[verzoeker] verzoekt de kantonrechter de volgende besluiten nietig te verklaren dan wel te vernietigen;
  • alle eerdere genomen besluiten die door het bestuur van [verweerder] zijn genomen over het jaarlijks afsluiten van het water,
  • het besluit van 28 november 2022 om het water per 3 december 2022 af te sluiten,
  • het besluit van 28 november 2022 dat het huishoudelijk reglement wordt aangepast,
  • het besluit van 28 november 2022 dat [verzoeker] persoonlijk verantwoordelijk is voor de kosten die [verweerder] moet maken voor het voeren van deze procedure.
3.2.
[verzoeker] legt aan zijn verzoek ten grondslag dat uit de Splitsingsakte en het Modelreglement niet voortvloeit dat het bestuur zelf gerechtigd is het water af te sluiten. Het bestuur heeft hiervoor dan ook de instemming van de leden van de vereniging nodig. Tijdens de algemene ledenvergadering op 28 november 2022 is weliswaar besloten om het huishoudelijk regelement aan te passen en daarin op te nemen dat het water jaarlijks wordt afgesloten, maar dat besluit is in strijd met het Modelreglement en de wettelijke en statutaire bepalingen. Voor het opnemen van een gebruiksregeling ten aanzien van privégedeelten in een huishoudelijk reglement is namelijk vereist dat de akte van splitsing daarvoor uitdrukkelijk de mogelijkheid opent. De van toepassing zijnde Splitsingsakte biedt deze mogelijkheid niet. Daar komt bij dat ook als de Splitsingsakte deze mogelijkheid wel zou hebben geboden, er in het huishoudelijk reglement alleen regels van orde met betrekking tot het feitelijk gebruik van privégedeelten kunnen worden opgenomen. Het hebben van water is echter een eerste levensbehoefte en kan daardoor niet gekwalificeerd worden als een ordemaatregel. Tot slot geldt dat op de vergadering van 28 november 2022 niet meer dan 22 van de 83 stemgerechtigden aanwezig waren. Doordat er te weinig stemgerechtigden op de vergadering aanwezig waren, zijn de op de vergadering genomen besluiten niet rechtsgeldig en dus vernietigbaar.
3.3.
[verweerder] voert als meest verstrekkende verweer aan dat [verzoeker] zijn verzoekschrift niet tijdig heeft ingediend en daardoor niet ontvankelijk is. Verder voert [verweerder] aan dat het besluit om het water jaarlijks af te sluiten een ordemaatregel betreft die het bestuur zelfstandig kan nemen. Bovendien volgt uit een stemming die eind 2021/begin 2022 heeft plaatsgevonden dat het merendeel van de eigenaren vóór het afsluiten van het water is. Ten aanzien van het aanpassen van het huishoudelijk reglement erkent [verweerder] dat daarover op 28 november 2022 geen rechtsgeldig besluit is genomen. Het aangepaste reglement zal daarom bij een volgende vergadering opnieuw in stemming worden gebracht. Tot slot betwist [verweerder] dat tijdens de vergadering op 28 november 2022 is besloten dat [verzoeker] persoonlijk aansprakelijk is voor de kosten die [verweerder] maakt voor het voeren van juridische procedures.

4.De beoordeling

Ontvankelijkheid [verzoeker]
4.1.
De wet schrijft voor dat een verzoek tot vernietiging van een besluit van een VvE binnen een maand na de dag waarop de verzoeker van het besluit heeft kennis genomen of heeft kunnen nemen, moet worden gedaan. [1] De algemene ledenvergadering waarop de besluiten waarvan [verzoeker] vernietiging vordert zijn genomen, heeft plaatsgevonden op 28 november 2022. [verzoeker] was bij deze vergadering aanwezig, waardoor hij zijn verzoek uiterlijk op 28 december 2022 in had moeten dienen. Hoewel het per post toegestuurde verzoekschrift pas op 30 december 2022 door de rechtbank is ontvangen, is uit controle van haar mailbox gebleken dat de rechtbank het verzoekschrift al op 27 december 2022 per e-mail van [verzoeker] heeft ontvangen. Aangezien de datum waarop het verzoekschrift per e-mail door de rechtbank is ontvangen leidend is, is het verzoek tijdig ingediend. [verzoeker] is dan ook ontvankelijk in zijn verzoek.
Wel of geen ordemaatregel
4.2.
Voor de beoordeling van het verdere geschil tussen partijen is van belang of het jaarlijks afsluiten van het water gezien moet worden als een ordemaatregel die zelfstandig door het bestuur van [verweerder] kan worden genomen, of dat het gaat om een gebruiksregeling ten aanzien van privégedeelten.
4.3.
Uit artikel 41 lid 5 van het Modelreglement vloeit voort dat het bestuur van [verweerder] in het geval de omstandigheden daartoe noodzaken, zonder opdracht van de vergadering, spoedeisende maatregelen mag nemen. Deze bepaling heeft tot doel dat het bestuur, in het geval sprake is van een acuut probleem zoals bijvoorbeeld een ernstige lekkage, direct maatregelen kan nemen om het probleem te verhelpen. Van een dergelijke acute situatie is in dit geval echter geen sprake. Het besluit om jaarlijks gedurende enkele maanden het water af te sluiten is immers een voorzorgsmaatregel die moet voorkomen dat door vorst schade aan de waterleiding ontstaat en wordt reeds genomen op het moment dat er nog geen sprake is van vorst. Van een ordemaatregel in de zin van dit artikel is dan ook geen sprake.
4.4.
Verder geldt dat [verzoeker] de opslagruimte destijds met een wateraansluiting heeft gekocht. Hij mocht er daarom vanuit gaan dat hij gedurende het hele jaar de beschikking heeft over water in zijn opslagruimte.
Omdat dit nu niet het geval is, wordt [verzoeker] beperkt in het gebruik en genot van zijn opslagruimte. Dat het afsluiten van het water gevolgen heeft voor het gebruik van privé gedeelten brengt met zich dat er van een ordemaatregel geen sprake kan zijn. Dat laatste blijkt ook uit het voornemen van het bestuur om de mogelijkheid tot afsluiten van het water in het huishoudelijk reglement op te nemen. Indien alleen sprake zou zijn van een ordemaatregel, dan hoefde het bestuur dit immers niet te doen en had zij haar leden daar in 2021 ook niet over hoeven laten stemmen. Dat geen sprake is van een ordemaatregel brengt mee dat het bestuur niet zelfstandig mag besluiten het water af te sluiten en dat zij daarvoor de instemming van haar leden nodig heeft.
Verzoek nietigverklaring alle eerdere genomen besluiten over het afsluiten van het water
4.5.
De vraag die vervolgens moet worden beantwoord is of de besluiten om het water af te sluiten rechtsgeldig tot stand zijn gekomen. Volgens [verzoeker] is dit niet het geval en dienen daarom alle besluiten die eerder zijn genomen nietig verklaard te worden. Dit verzoek is echter onvoldoende gespecificeerd en komt daarom niet voor toewijzing in aanmerking.
4.6.
Wel merkt de kantonrechter in dit kader op dat het besluit dat is genomen naar aanleiding van de digitale stemming die eind 2021/begin 2022 heeft plaatsgevonden niet rechtsgeldig is. Besluiten van een VvE worden normaliter op een vergadering genomen. Hoewel het houden van fysieke vergaderingen door Corona niet mogelijk was, bood de Wet COVID-19 de mogelijkheid om een vergadering op digitale wijze te laten plaatsvinden. Voorwaarde hiervoor was dat de vergadering langs elektronische weg te volgen was voor de leden en dat leden vooraf bij de vergadering vragen in konden dienen. Op deze digitale vergadering konden vervolgens besluiten worden genomen. [verweerder] heeft er echter voor gekozen om helemaal geen vergadering te houden, maar heeft in plaats daarvan een brief naar de leden gestuurd waarin is opgenomen dat de leden per e-mail over het al dan niet afsluiten van het water konden stemmen. Deze handelswijze is niet in overeenstemming met de Wet Covid-19. Daarbij laat de kantonrechter nog buiten beschouwing dat de formulering van hetgeen waarover gestemd moest worden (zie r.o. 2.5) ook niet eenduidig was. De besluiten die op deze wijze tot stand zijn gekomen, zijn dan ook niet rechtsgeldig. Zoals hiervoor overwogen, kan deze constatering niet leiden tot toewijzing van hetgeen [verzoeker] heeft verzocht (zie r.o. 4.5). Hij heeft ook niet aangegeven welk belang hij daarbij nog heeft: het water zit er nu weer op en het bestuur heeft al kenbaar gemaakt dat bij de eerstkomende algemene ledenvergadering zal worden gestemd over aanpassing van het huishoudelijk reglement op het punt van het afsluiten van het water. Bij die gelegenheid kan [verzoeker] zijn standpunt kenbaar maken en verdedigen.
Besluit 28 november 2022 om het water af te sluiten per 3 december 2022
4.7.
[verzoeker] heeft verder verzocht om het op 28 november 2022 genomen besluit om het water per 3 december 2022 af te sluiten nietig te verklaren dan wel te vernietigen. Uit de notulen van de vergadering van 28 november 2022 blijkt echter niet dat dit tijdens de vergadering is besloten. Dat het water wordt afgesloten staat alleen onder het punt ‘mededelingen’ vermeld. Verder geldt dat, als er al sprake zou zijn van een besluit, dat het een besluit van het bestuur betreft. De kantonrechter kan echter alleen een besluit van de vergadering nietig verklaren of vernietigen en niet een besluit van het bestuur. Verder valt niet in te zien welk belang [verzoeker] nu nog bij vernietiging van dit besluit heeft omdat het water er nu weer op zit. Ook dit verzoek van [verzoeker] wordt dus afgewezen.
Besluit 28 november 2022 tot aanpassing van het huishoudelijk reglement
4.8.
[verweerder] erkent dat op 28 november 2022 geen rechtsgeldig besluit is genomen ten aanzien van het aanpassen van het huishoudelijk reglement. Het verzoek van [verzoeker] om dit besluit nietig te verklaren dan wel te vernietigen zal dan ook worden toegewezen.
Besluit 28 november 2022 dat [verzoeker] aansprakelijk is voor juridische kosten
4.9.
Volgens [verzoeker] is op de vergadering van 28 november 2022 besloten dat hij persoonlijk aansprakelijk is voor de kosten die [verweerder] moet maken voor het voeren van juridische procedures over het afsluiten van het water. [verweerder] betwist dat een dergelijk besluit is genomen. Omdat uit de notulen van de vergadering van 28 november 2022 niet blijkt dat op die vergadering is besloten dat [verzoeker] aansprakelijk is voor juridische kosten, staat niet vast dat dit besluit is genomen. Van nietigheid dan wel vernietiging van het besluit kan daardoor geen sprake zijn. Ook dit verzoek van [verzoeker] zal daarom worden afgewezen.
Proceskosten
4.10.
Nu partijen over en weer op punten in het ongelijk zijn gesteld, is de kantonrechter van oordeel dat het redelijk is dat partijen ieder de eigen proceskosten dragen.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
vernietigt het besluit van 28 november 2022 dat het huishoudelijk regelement wordt aangepast;
5.2.
wijst het verzoek voor het overige af;
5.3.
bepaalt dat iedere partij de eigen proceskosten draagt.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.J. Dijk en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Voetnoten

1.Art. 5:130 lid 2 Burgerlijk Wetboek (BW)