Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
- € 1.200,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de datum van de vlucht tot aan de dag der algehele voldoening;
- de proceskosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
4.Het verweer
5.De beoordeling
De/Anti-icing”. De de-icing procedure houdt in dat een chemische stof op het vliegtuig wordt gespoten om het toestel ijsvrij te maken en voor een bepaalde tijd ook ijsvrij te houden. De vervoerder is daarbij afhankelijk van de faciliteiten van de luchthaven van vertrek alsook de luchtverkeersleiding. Daarbij speelt mee dat voor elke vertrekkende toestel op de luchthaven geldt, dat bij bepaalde weersomstandigheden, het toestel dient te worden ge-de-iced waardoor congestie op die luchthaven kan ontstaan, aldus de vervoerder. Onbetwist is dat de luchtverkeersleiding beslist wanneer het toestel van het platform mag vertrekken en dat de de-icing procedure kort voor vertrek dient plaats te vinden. De kantonrechter is van oordeel dat zowel het wachten op de de-icing procedure als de uitvoering van de de-icing procedure kunnen worden aangemerkt als buitengewone omstandigheden, mits voldoende onderbouwd. De vervoerder heeft met het overleggen van het vluchtrapport en zijn toelichting daarop dan ook gemotiveerd onderbouwd dat de vertraging voor de duur van 36 minuten het gevolg is van buitengewone omstandigheden in de zin van artikel 5 lid 3 van de Verordening.
Late/lack off loading staff”. Deze vertragingscode is volgens de vervoerder irrelevant voor de uiteindelijke vertraging van de vlucht, nu dit deel van de vertraging ook zou zijn ontstaan indien het toestel tijdig klaar had gestaan voor vertrek. Het toestel had immers ook in dat geval moeten wachten op de de-icing procedure, aldus nog steeds de vervoerder. Het verweer van de vervoerder is door AirHelp niet gemotiveerd betwist. Zodoende is komen vast te staan dat de vertraging van de vlucht voor de duur van 51 minuten het gevolg is van buitengewone omstandigheden in de zin van artikel 5 lid 3 van de Verordening.