ECLI:NL:RBNHO:2023:510
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing WIA-uitkering op basis van arbeidsongeschiktheidsevaluatie
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Noord-Holland het beroep van eiseres tegen de beslissing van het UWV, waarbij haar aanvraag om een WIA-uitkering is afgewezen. Eiseres, die voorheen als schoonmaakmedewerker werkte, had zich op 24 juni 2019 ziekgemeld en ontving ziekengeld op basis van de Ziektewet. Na een aanvraag voor een WIA-uitkering op 6 maart 2021, concludeerde het UWV dat eiseres op 11 juni 2021 minder dan 35% arbeidsongeschikt was, en weigerde de uitkering. Eiseres was het niet eens met deze beslissing en stelde dat het UWV onvoldoende onderzoek had gedaan naar haar medische situatie en dat de belangenafweging niet zorgvuldig was uitgevoerd.
De rechtbank oordeelt dat het UWV terecht heeft vastgesteld dat eiseres op de genoemde datum minder dan 35% arbeidsongeschikt was. De rechtbank concludeert dat het UWV de medische situatie van eiseres zorgvuldig heeft beoordeeld, waarbij alle relevante klachten zijn meegenomen. De rechtbank wijst erop dat de VABB de medische belastbaarheid van eiseres overtuigend heeft gemotiveerd en dat er geen nieuwe medische feiten zijn die een andere conclusie rechtvaardigen. Eiseres heeft niet aangetoond dat haar situatie op 11 juni 2021 zodanig was dat zij niet in staat was om arbeid te verrichten die in overeenstemming was met haar vastgestelde belastbaarheid.
De rechtbank komt tot de conclusie dat het UWV de aanvraag om een WIA-uitkering terecht heeft afgewezen, en verklaart het beroep van eiseres ongegrond. Eiseres krijgt geen gelijk en de proceskosten worden niet vergoed.