3.1.[geopposeerde] heeft in de verstekprocedure gevorderd, samengevat, dat de rechtbank:
I. partijen beveelt om binnen twee weken na dit vonnis ten overstaan van notaris [notaris] , notaris te [plaats 2] , of diens plaatsvervanger verbonden aan het notariskantoor [notariskantoor] notarissen, over te gaan tot de verdeling van de onverdeeldheid c.q. de nalatenschappen van moeder en vader en daarbij de wijze van verdeling en toedeling in de volgende volgorde te bepalen:
a. de toedeling van de woning aan [geopposeerde] tegen inbreng van € 250.000,-,
b. de aflossing van de op de woning rustende hypothecaire geldlening,
c. de betaling van alle schulden van de nalatenschap, zoals hierna door [geopposeerde] wordt gevorderd,
d. de verdeling en toedeling van de bank- en beleggingstegoeden en van de overige eigendommen die behoren tot de nalatenschappen;
II. bepaalt dat de toedeling van de woning aan [geopposeerde] voor maximaal drie maanden wordt uitgesloten in verband met de door [geopposeerde] af te sluiten hypothecaire geldlening;
III. bepaalt dat alle aan de nalatenschappen verbonden kosten tot en met 8 september 2021 gelden als boedelkosten en voor rekening komen van de nalatenschap;
IV. bepaalt dat de hierna te noemen kosten,
(primair) voor rekening komen van [opposant] en door de notaris kunnen worden verrekend met dan wel worden betaald van het erfdeel van [opposant] ,
(subsidiair) als boedelkosten ten laste van de nalatenschap komen en door de notaris van de aanwezige banktegoeden en/of de eventuele opbrengsten van de toedeling van de woning worden betaald, en aan [geopposeerde] worden voldaan voor zover [geopposeerde] deze kosten heeft voldaan:
a. alle door [geopposeerde] voorgeschoten kosten, waaronder de (afval)containerkosten, KPN, Vattenfall, PWN, premie woonverzekering etc., en de nog door [geopposeerde] voor te schieten kosten;
b. alle overige aan de woning en de nalatenschappen verbonden kosten na 8 september 2021, waaronder de hypotheekrentelasten van € 465,64 per maand, de onroerendezaakbelasting 2022 en andere (gemeentelijke, waterschaps- en overige) lasten en kosten;
c. de door [geopposeerde] gemaakte beheers- c.q. reiskosten van € 1.449,- en nog te maken beheers- c.q. reiskosten;
d. de door [geopposeerde] gemaakte taxatiekosten van € 500,-;
e. de door [geopposeerde] te betalen hogere hypotheekrente (het meerdere boven 1,19%);
f. alle door [geopposeerde] gemaakte en nog te maken notaris- en advocaatkosten;
V. bepaalt dat het restant van de opbrengst tussen partijen wordt verdeeld, ieder voor 1/2e deel, dan wel dat ieder van partijen bijdraagt in de restschuld;
VI. beveelt de wijze van verdeling vast te stellen en [opposant] veroordeelt om te gehengen en te gedogen dat de nalatenschap op deze wijze wordt verdeeld;
VII. bepaalt dat [opposant] haar aandeel in alle door haar tot de gemeenschap behorende verzwegen, zoekgemaakte of verborgen goederen heeft verbeurd (ex artikel 3:194 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek (BW)) en dat dit in ieder geval geldt voor de door [opposant] van de bankrekening van erflater opgenomen dan wel aan haarzelf overgemaakte geldbedragen die [opposant] niet uiterlijk per sterfdatum 14 april 2021 van erflater op de bankrekening van erflater heeft teruggestort of overgemaakt, een en ander - voor zover hierover tussen partijen discussie ontstaat - bindend door de te benoemen notaris nader vast te stellen;
VIII. [opposant] veroordeelt om aan deze verdeling mee te werken en [opposant] beveelt om binnen twee weken na dit vonnis met [geopposeerde] over te gaan tot de verdeling van de nalatenschap van erflaatster respectievelijk erflater, en mee te werken aan het passeren van notariële akten van verdeling en levering c.q. toedeling, op straffe van een dwangsom;
IX. bepaalt dat dit vonnis in de plaats treedt van de voor toedeling c.q. levering noodzakelijke toestemming en/of wilsverklaring en/of handtekening van [opposant] op de notariële akten als [opposant] weigert aan deze boedelverdeling c.q. toedeling van de woning aan [geopposeerde] en andere vereffenings- en uitdelingshandelingen mee te werken;
X. een onzijdig persoon benoemt ex artikel 3:181 BW in samenhang met artikel 677 lid 1 en 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) voor het geval [opposant] niet meewerkt aan de (verdere) verdeling en toedeling van de nalatenschappen;
XI. bepaalt dat alle kosten van deze onzijdige persoon/dwangvertegenwoordiger uitsluitend voor rekening komen van [opposant] en dat deze kosten door de notaris kunnen worden verrekend met c.q. kunnen worden uitbetaald van het erfdeel van [opposant] ;
XII. bepaalt dat alle kosten van de door de rechtbank te benoemen notaris en van de advocaat van [geopposeerde] die verbandhouden met werkzaamheden die na dit vonnis worden verricht, ten laste van de nalatenschap zullen komen;
XIII. bepaalt dat alle (al dan niet door [geopposeerde] voorgeschoten of nog voor te schieten) kosten van de afwikkeling van de onverdeeldheid, waaronder de notariskosten, de advocaat- en taxatiekosten van [geopposeerde] , hypotheekkosten en voorgeschoten kosten, door de notaris kunnen worden voldaan uit de aanwezige banktegoeden en/of de opbrengsten van de toedeling van de woning aan [geopposeerde] ;
XIV. [opposant] veroordeelt in de proceskosten en in de mede-voldoening van de kosten van de boedelverdeling.