Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 21 december 2022
- de nadere conclusie van [eiseres]
- de akte vermeerdering van eis van [eiseres]
- de conclusie van antwoord van [gedaagde]
2.De verdere beoordeling
Appartement 1-B en parkeerplaats nr. 6
In de omstandigheid dat er substantiële verschillen zijn tussen de in de loop der jaren voor de beide zaken getaxeerde waarden, ziet de rechtbank aanleiding om [eiseres] de gelegenheid te geven om het bod dat de makelaar adviseert te accepteren, voordat dit bod wordt geaccepteerd, binnen twee dagen nadat het bod door de makelaar aan [eiseres] is gemeld, te overbieden met € 1,00. In dat geval zal [eiseres] de zaak of zaken waar het bod betrekking op heeft, onder overigens dezelfde voorwaarden als het bod, alsnog aan zich kunnen laten toedelen. Als [eiseres] van dit recht gebruik wil maken, moet zij haar bod binnen de genoemde termijn van twee dagen schriftelijk aan de makelaar kenbaar maken. Uit de stellingen van [gedaagde] in deze procedure begrijpt de rechtbank dat zij geen aanspraak maakt op toedeling van het appartement aan haarzelf, zodat zij dus ook geen gelegenheid krijgt het bod van een derde te overbieden.
(de rechtbank begrijpt: 23.302,73)te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf de dag der dagvaarding tot aan de datum van algehele voldoening en tot betaling van een bedrag van € 200,-- per maand, te rekenen vanaf 9 maart 2023 tot aan de dag van de overdracht van appartement 1B en parkeerplaats nr. 6 uit de nalatenschap aan [eiseres] en/of eventuele derden.