ECLI:NL:RBNHO:2023:6574

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
12 juli 2023
Publicatiedatum
12 juli 2023
Zaaknummer
9961609
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van besluiten van de Vereniging van Eigenaars van het Serviceflatcentrum ‘Frankenstate’

In deze zaak hebben verzoekers, allen eigenaren van een appartementsrecht in het Serviceflatcentrum ‘Frankenstate’, drie verzoekschriften ingediend tot vernietiging van besluiten genomen tijdens algemene ledenvergaderingen (ALV) van de Vereniging van Eigenaars (VvE). De verzoeken zijn ingediend op 28 juni 2022, 21 november 2022 en 16 maart 2023, en hebben betrekking op besluiten genomen op de vergaderingen van 2 juni 2022, 20 oktober 2022 en 16 februari 2023. De verzoekers stellen dat de besluiten in strijd zijn met de statuten en reglementen van de VvE, en dat er sprake is van ongeoorloofde beïnvloeding van de ledenvergadering.

De kantonrechter heeft de verzoeken afgewezen, oordelend dat de besluiten reglementair zijn genomen en dat er geen sprake is van ontoelaatbare beïnvloeding. De rechter merkte op dat de VvE zich aan de statuten heeft gehouden en dat de leden voldoende gelegenheid hebben gehad om hun stem uit te brengen. De verzoekers hebben niet aangetoond dat de besluiten vernietigbaar zijn, en de kantonrechter heeft geconcludeerd dat de bezwaren van de verzoekers niet gegrond zijn.

De kantonrechter heeft verder opgemerkt dat, hoewel de verzoekers in het ongelijk zijn gesteld, het redelijk is dat partijen ieder hun eigen proceskosten dragen, gezien de aard van de zaak en de verhouding tussen partijen. De zaak heeft geleid tot een constructieve dialoog tussen de leden van de VvE, met afspraken voor toekomstige vergaderingen en een betere samenwerking.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./repnr.: 9961609 \ EJ VERZ 22-205; 10233068 \ EJ VERZ 22-435; 10399066 \ EJ VERZ 23-136
Uitspraakdatum: 12 juli 2023
Beschikking van de kantonrechter in de zaak van:
[verzoeker 1]
[verzoeker 2]
[verzoeker 3]
[verzoeker 4]
[verzoeker 5]
allen wonende te [woonplaats]
verzoekende partijen
verder gezamenlijk te noemen: verzoekers
gemachtigde: mr. M.C. Cikot Roos
tegen
de vereniging
Vereniging van Eigenaars van het Serviceflatcentrum ‘Frankenstate’
statutair gevestigd te Bergen (NH)
verwerende partij
verder te noemen: de VvE
procederend bij de voorzitter, [voorzitter VvE]

1.Het procesverloop

1.1.
Verzoekers hebben drie verzoekschriften ingediend, ter griffie ingekomen op achtereenvolgens 28 juni 2022, 21 november 2022 en 16 maart 2023. De VvE heeft op alle drie de verzoeken bij verweerschrift gereageerd.
1.2.
Daarna zijn nog de volgende stukken ingediend:
  • een brief van 16 juli 2022 van verzoekers met een bijlage;
  • een brief van 5 januari 2023 van de VvE met bijlagen;
  • een brief van 28 maart 2023 van de VvE met bijlage;
  • een e-mail van bestuurslid [bestuurslid VvE] van 19 maart 2023.
1.3.
Op 30 maart 2023 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Verzoekers hebben gebruik gemaakt van pleitaantekeningen, die zijn overgelegd.
1.4.
Op de zitting is een afspraak gemaakt die inhield dat een extra Algemene Ledenvergadering (ALV) gehouden zou worden op 25 mei 2023. Ook is de agenda voor deze ALV gezamenlijk opgesteld. Aan het einde van de zitting is in overleg met partijen de zaak aangehouden tot 2 juni 2023 in afwachting van de op 25 mei 2023 te houden ALV. Afgesproken is dat verzoekers de kantonrechter na deze vergadering zouden berichten of de verzoeken ingetrokken zouden worden of dat alsnog een beslissing nodig was.
1.5.
In een brief van 8 mei 2023 hebben verzoekers de kantonrechter bericht dat zij de te houden ALV niet willen afwachten en om een beschikking gevraagd.
1.6.
De VvE heeft hierop bij brief van 23 mei 2023 met bijlage gereageerd waarop verzoekers in de gelegenheid zijn gesteld daarop te reageren. Verzoekers hebben bij brief van 5 juni 2023 gereageerd en ten slotte heeft de VvE bij brief van 27 juni 2023 gereageerd.

2.De feiten

2.1.
De VvE is de vereniging van eigenaars van het appartementencomplex Serviceflatcentrum Frankenstate aan de [adres] te Bergen. Het appartementencomplex bestaat uit drie gebouwen. De VvE stelt zich ten doel het beheer over de gebouwen en de daarbij behorende gemeenschappelijke zaken.
2.2.
Het appartementencomplex betreft een serviceflatcentrum en er worden service-voorzieningen aangeboden zoals maaltijdverzorging, kledingreiniging en beschikbaarstelling van logeerkamers.
2.3.
De gebouwen zijn bij akte van 24 november 1978 gesplitst in appartementen en er is een reglement van splitsing vastgesteld. Bij akte van 26 april 2018 is het reglement van splitsing gewijzigd.
2.4.
In het Huishoudelijk reglement is in artikel 10 lid 2 het volgende bepaald:
Ingeval van een vacature in het bestuur stelt het bestuur tenminste één kandidaat voor de vervulling van de vacante post. Ook de eigenaren kunnen één of meer kandidaten stellen; iedere zodanige kandidaatstelling dient de steun van een zodanig aantal eigenaars te hebben als tezamen tenminste 51 stemmen (zie artikel 44 lid 3 van het splitsingsreglement) in de vergadering hebben en dient tenminste drie werkdagen voor de vergadering waarop in de vacature zal worden voorzien aan het bestuur te worden kenbaar gemaakt. (…)
2.5.
Verzoekers zijn allen eigenaar van een appartementsrecht in het complex Frankenstate en op die grond lid van de VvE.
2.6.
Op 2 juni 2022 heeft een ALV plaatsgevonden. Tijdens deze ALV is na stemming het besluit genomen om [voorzitter VvE] tot voorzitter van het bestuur van de VvE te benoemen.
2.7.
Op 1 oktober 2022 is de agenda voor de ALV te houden op 20 oktober 2022 onder de leden verspreid. Geagendeerd is de verkiezing van een nieuw bestuur. Het bestuur van de VvE heeft daarbij de keuze geboden om het zittende bestuur ( [bestuur] ) aan te vullen met de voorgestelde kandidaten: [kandidaat-bestuurder 1] ; [bestuurslid VvE] ; [kandidaat-bestuurder 2] en [kandidaat-bestuurder 3] . Ook is de mogelijkheid geboden om het zittende bestuur weg te stemmen en te kiezen voor de door de leden van de zogenoemde ‘Initiatiefgroep 2.0, waar verzoekers deel van uitmaken, voorgestelde kandidaten, te weten: [verzoeker 1] ; [verzoeker 3] ; [verzoeker 2] en [kandidaat-bestuurder 4] . Vervolgens is dit agendapunt als volgt toegelicht in de agenda:
‘Agendapunt bestuurssamenstelling
Het belangrijkste onderwerp voor de ledenvergadering is de benoeming van nieuwe bestuursleden. Dit punt willen we na de vaststelling van de agenda meteen behandelen. We kunnen het ons niet permitteren om om de hete brij te blijven draaien.
Gelet op de brieven van de Initiatiefgroep 2.0 en ons voorstel voor de bestuurssamenstelling is de keuze in feite beperkt tot twee mogelijkheden of er komt een bestuur zoals het bestuur voorstelt of er komt een bestuur waarin drie leden van de groep 2.0 zitten, aangevuld met [kandidaat-bestuurder 4] . Een mix tussen deze twee mogelijkheden is onmogelijk omdat in dat geval kandidaten zullen afhaken. Zo zullen de kandidaten van 2.0 niet toetreden tot een bestuur dat vooral uit bestuurskandidaten bestaat zoals voorgesteld door het bestuur, (zie het schrijven van 2.0 van 12 oktober). Anderzijds zullen [bestuur] , [voorzitter VvE] en de andere door het bestuur voorgedragen kandidaten geen deel uitmaken van een bestuur dat vooral bestaat uit kandidaten van 2.0 en [kandidaat-bestuurder 4] .
Kortom er is slechts een keuze uit twee mogelijkheden.
A. Bestuursvoorstel met mogelijke toevoeging van één kandidaat vanuit 2.0
B. Voorstel Initiatiefgroep 2.0 met drie leden van 2.0 en met [kandidaat-bestuurder 4]
Dit voorstel zal in stemming worden gebracht. De stemming zal schriftelijk zijn.’
2.8.
Vervolgens is op de ALV van 20 oktober 2022 gekozen voor optie A en daarna zijn de volgende kandidaten gekozen: [kandidaat-bestuurder 1] , [kandidaat-bestuurder 3] , [kandidaat-bestuurder 4] , [kandidaat-bestuurder 2] en [bestuurslid VvE] .
2.9.
Op 17 november 2022 heeft een ALV plaatsgevonden waarbij de goedkeuring van de begroting 2023 op de agenda stond. Na stemming is besloten dit onderwerp door te schuiven naar een volgende vergadering.
2.10.
Op 17 januari 2023 is een agenda en uitnodiging verstuurd voor een op 2 februari 2023 te houden ALV. Op 31 januari 2023 heeft het bestuur via het mededelingenblad van de VvE laten weten dat de vergadering twee weken wordt uitgesteld en dus plaats zal vinden op 16 februari 2023. Tijdens die vergadering is de begroting 2023 goedgekeurd.

3.De verzoeken en de verweren

In de zaak 9961609 EJ VERZ 22-205
3.1.
Verzoekers verzoeken de kantonrechter het besluit genomen op de vergadering van 2 juni 2022 om [voorzitter VvE] tot voorzitter te benoemen, te vernietigen. Daarnaast verzoeken verzoekers de kantonrechter de werking van het besluit te schorsen totdat op het verzoek onherroepelijk is beslist. Verzoekers stellen daartoe dat het besluit is genomen in strijd met de bepalingen in het reglement van splitsing; het voorstel tot benoeming van een nieuwe voorzitter is niet geagendeerd; het genomen besluit is gebrekkig omdat het zittend bestuur niet bevoegd was enkel een nieuwe voorzitter te benoemen en de twee andere openstaande vacatures in het bestuur open te laten en tot slot heeft de bewuste benoeming er toe geleid dat de penningmeester ook voorzitter werd.
3.2.
De VvE heeft verweer gevoerd en is van mening dat het besluit op de vergadering van 2 juni 2022 reglementair is genomen. De benoeming van een nieuwe voorzitter is niet op de agenda geplaatst omdat de vacature van voorzitter pas is opengevallen na het rondzenden van de agenda. Wel is dit aangekondigd in het Frankenstate Journaal dat alle eigenaren ontvangen. Omdat een vereniging van eigenaars een voorzitter behoort te hebben is de verkiezing daarvan bij aanvang van de vergadering van 2 juni 2022 aan de leden meegedeeld. Niemand heeft daar op dat moment bezwaar tegen gemaakt. Er is geen grond om tot vernietiging van het besluit over te gaan.
In de zaak 10233068 EJ VERZ 22-435
3.3.
Verzoekers verzoeken de kantonrechter het besluit genomen op de vergadering van 20 oktober 2022 om mevrouw [kandidaat-bestuurder 1] , heer [bestuurslid VvE] , de heer [kandidaat-bestuurder 2] en mevrouw [kandidaat-bestuurder 3] tot bestuursleden benoemen, te vernietigen. Daarnaast verzoeken verzoekers de kantonrechter de werking van het besluit te schorsen totdat op het verzoek onherroepelijk is beslist. Verzoekers stellen daartoe dat het besluit is genomen onder invloed van ongeoorloofde, in strijd met de statuten, beïnvloeding van de ledenvergadering door de diverse voorgedragen kandidaten op te splitsen in twee blokken in plaats van een stemming te houden waarbij gekozen kon worden voor individuele kandidaten. Daarbij komt dat door het verkiezingsbesluit een bestuur is benoemd waarin in strijd met de statuten meer dan twee bestuursleden zitting hebben die niet afkomstig zijn uit de kring van eigenaars (bestuurders ‘van buiten’)
3.4.
De VvE heeft verweer gevoerd. Volgens de VvE is geen sprake van ongeoorloofde beïnvloeding van de ledenvergadering. Ook is er geen strijd met artikel 52 van de statuten, omdat er slechts twee bestuursleden ‘van buiten’ zijn. Bestuurslid Vrasdonk is eigenaar van een appartementsrecht met betrekking tot een garage en telt dus mee als eigenaar en is niet ‘van buiten’.
In de zaak 10399066 EJ VERZ 23-136
3.5.
Verzoekers verzoeken de kantonrechter het besluit genomen op de vergadering van 16 februari 2023 om de begroting 2023 vast te stellen te vernietigen. Daarnaast verzoeken verzoekers de kantonrechter de werking van het besluit te schorsen totdat op het verzoek onherroepelijk is beslist. Verzoekers stellen daartoe dat de bijbehorende stukken in strijd met artikel 44 van de statuten pas twee dagen voor de zitting aan de leden zijn toegezonden. Daarnaast is het begrotingsvoorstel misleidend doordat onvolledige informatie is opgenomen over de verhoging van de eigenaarsbijdrage, er twijfel is over de opgevoerde lasten en het ingaat tegen het accountantsadvies tot nader onderzoek. Er wordt boekhoudkundig onjuist gehandeld wat betreft deponering op een afzonderlijke bankrekening.
3.6.
De VvE heeft verweer gevoerd. De termijnen voor oproep en agendering zijn strikt in acht genomen. Er is niet onjuist geïnformeerd en de financiële situatie is op orde. Het Meerjaren Onderhoudsplan (MJOP) loopt voor vijf jaar en is opgesteld door een professioneel bureau. De jaarrekening is door een accountant opgesteld.

4.De beoordeling

4.1.
Ter beoordeling liggen voor drie verzoekschriften met betrekking tot besluiten genomen in drie vergaderingen van de VvE. Een aantal klachten van verzoekers komen in meer dan één van de hierboven genoemde zaken terug. De kantonrechter merkt daarover allereerst het volgende op.
4.2.
Verzoekers hebben in alle verzoekschriften verzocht om een voorlopige voorziening bestaande uit het schorsen van de ter discussie staande besluiten. Aangezien in deze beschikking al een beslissing wordt gegeven over de verzoeken van verzoekers is er geen reden meer om voorlopige voorzieningen te treffen. Een voorlopige voorziening kan immers alleen worden getroffen voor de duur van het geding (artikel 223 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering).
4.3.
De kantonrechter stelt voorop dat de bezwaren met betrekking tot de oproepingstermijnen ter zake de vergadering van 16 februari 2023 op de zitting zijn ingetrokken en dat verzoekers niet langer belang hebben een beslissing op hun bezwaar tegen het bestuurslidmaatschap van de heer [kandidaat-bestuurder 2] . Uit de toelichting op de uitnodiging en agenda van de ALV die gepland stond voor 25 mei 2023 (ingestuurd bij brief van 23 mei 2023 van de VvE) blijkt immers dat de heer [kandidaat-bestuurder 2] zijn appartementsrecht heeft verkocht en dat het bestuur onderkent dat hiermee een met de statuten strijdige situatie is ontstaan omdat er meer dan twee bestuursleden ‘van buiten’ zijn zodat een van de drie bestuursleden ‘van buiten’ zal moeten terugtreden.
4.4.
Verder stelt de kantonrechter voorop dat de statuten in artikel 44 lid 7 bepalen dat wanneer het bestuur uit meer dan één persoon bestaat, de voorzitter van het bestuur dezelfde persoon mag zijn als de voorzitter van de vergadering. Voor zover verzoekers hier bezwaar tegen maken is dat aldus onterecht.
Het bestuur van deze VvE dient op grond van artikel 52 lid 1 van de statuten uit een oneven aantal van tenminste vijf leden te bestaan. Daar hebben zowel verzoekers zelf als de VVE bij de door hen voorgestane samenstelling van het bestuur niet steeds rekening mee gehouden.
Daarnaast dienen verzoekers zich te realiseren dat (de voorzitter van) het bestuur het recht heeft ordemaatregelen voor te schrijven, zoals spreektijd, om op die manier een vergadering in goede banen te leiden. De bezwaren die hierop zien zijn dan ook onterecht aangevoerd. Ten slotte merkt de kantonrechter op dat wanneer leden zich onvoldoende voorgelicht achten, zij hiervan op een vergadering melding moeten maken en zich van stemming kunnen onthouden. Uit het feit dat dit bij de door verzoekers gewraakte besluiten niet is gebeurd, maar de besluiten met overgrote meerderheid zijn genomen op vergaderingen waar het quorum ruimschoots is gehaald en nauwelijks sprake is van blanco stemmen, blijkt dat men zich voldoende voorgelicht achtte.
4.5.
Wanneer leden extra agendapunten aan de vergadering willen laten toevoegen, dienen zij dat uiterlijk 7 dagen voor de vergadering aan het bestuur te laten weten (artikel 44 lid 8 van de statuten). Het bestuur is vervolgens niet verplicht deze punten te agenderen. Wanneer het bestuur niet tot agendering overgaat, dienen de betreffende leden de weg van artikel 44 leden 3 en 4 van de Statuten te volgen.
In de zaken 9961609 EJ VERZ 22-205 en 10233068 EJ VERZ 22-435
4.6.
In het eerste verzoekschrift, gericht tegen de besluiten genomen op de vergadering van 2 juni 2022 wordt bezwaar gemaakt tegen het feit dat de verkiezing van een voorzitter van het bestuur niet op de agenda stond. Voor zover dat al een probleem zou zijn – gezien de mededelingen van het bestuur in de rondgezonden bulletins ‘Frankenstate journaal’ van 24 en 31 mei 2022 en de vaststelling van de agenda aan het begin van de vergadering – is dat weggenomen doordat op de volgende vergadering van 20 oktober 2022 dit besluit nogmaals in stemming is gebracht en het besluit om de [voorzitter VvE] als voorzitter te benoemen is bevestigd. Op die vergadering heeft het bestuur de leden de keuze geboden tussen twee samenstellingen van het bestuur: enerzijds betrof dat de mogelijkheid om te kiezen voor het aanblijven van [bestuur] en bij stemming aanvullen van het bestuur (optie A) en anderzijds het wegstemmen van het huidige bestuur (optie B). Bij stemming is optie A gekozen en vervolgens is de keuze geboden uit 8 kandidaten waarvan bij stemming 5 kandidaten gekozen zijn, te weten [kandidaat-bestuurder 1] , [kandidaat-bestuurder 3] , [kandidaat-bestuurder 4] , [kandidaat-bestuurder 2] en de [bestuurslid VvE] . De leden hebben aldus een stem kunnen uitbrengen op 5 kandidaten, nadat zij hebben gestemd vóór het aanblijven van de zittende bestuursleden [bestuur] .
4.7.
Verzoekers betogen dat dit verkiezingspolitiek is en dat dit in strijd is met de geest van de statuten. Waarom dat zo zou zijn wordt niet toegelicht. Het standpunt dat de statuten gebaseerd zijn op het kiezen per vacature is niet onderbouwd en blijkt ook niet. Ook stellen verzoekers dat de leden sterk geneigd zouden zijn geweest voor lijst A te kiezen. Waarom dat zo zou zijn en waarom dat in strijd met enige regel zou zijn, is niet toegelicht. Gezien de gespannen verhoudingen binnen deze VvE acht de kantonrechter het aannemelijk dat een mix van bestuursleden – zoals toegelicht door het bestuur in de agenda voor deze ALV - niet mogelijk is omdat in dat geval ofwel kandidaten die zijn voorgesteld door het bestuur, ofwel kandidaten uit de ‘oppositie’ zullen afhaken. Het feit dat het bestuur een praktische oplossing heeft voorgesteld om tot benoeming van een (nieuw dan wel aangevuld) bestuur te komen is tegen de achtergrond van de problemen die spelen binnen deze VvE begrijpelijk en komt aldus niet in strijd met enige regel zodat de besluiten niet vernietigbaar zijn.
4.8.
Verzoekers merken terecht op dat het aantal bestuurders door de vergadering wordt vastgesteld en niet door het bestuur [1] . Gelet op het feit dat tussen het tijdstip van het versturen van de agenda en de gehouden vergadering van 20 oktober 2022 ruim twee weken zat, is er voldoende gelegenheid geweest voor de leden om voor een ander aantal – dan voorgesteld door het bestuur – te pleiten en dit zo nodig op de agenda te (laten) plaatsen. Dat is niet gebeurd, en ook zijn hierover op de vergadering geen opmerkingen gemaakt, ook niet door verzoekers. Feitelijk betekent dit dat de vergadering akkoord is gegaan met het door het bestuur voorgestelde aantal bestuursleden. De kantonrechter is van oordeel dat tegen deze achtergrond hierin geen grond gevonden kan worden voor vernietiging van het besluit.
In de zaak 10399066 EJ VERZ 23-136
4.9.
Ten aanzien van de derde vergadering is bezwaar gemaakt tegen stukken die te laat zouden zijn toegestuurd. De wet noch de statuten schrijven hier een minimale termijn voor. (artikel 44 lid 8 statuten en artikel 15 Huishoudelijk reglement). Het ging bovendien om een overzichtelijke aanvulling op eerder toegezonden stukken, zodat hierin geen grond gevonden kan worden tot vernietiging van een besluit te komen. De vergadering is het aangewezen moment om hier – zo nodig – bezwaar tegen te maken. Dat is niet gebeurd. Blijkbaar achtte de overgrote meerderheid van de leden zich voldoende voorgelicht om hun stem uit te brengen.
4.10.
Verzoekers voeren verder aan dat het bestuur het besluit om de begroting 2023 goed te keuren op de ALV van 16 februari 2023 ‘er door heeft gedrukt’ door te dreigen met opstappen indien de leden voor opschorting van dit besluit zouden stemmen, en dat door dit dreigement het besluit vernietigbaar is. De VvE heeft aangevoerd dat het begrotingsproces vier maanden heeft geduurd – het stond ook al op de agenda van de vergadering van november 2022 - en dat het bestuur zijn taken niet kan vervullen zonder begroting. Hoewel niet uit te sluiten valt dat de mededeling van het bestuur van invloed is geweest op de keuze van leden om wel of niet voor opschorting te kiezen, is de kantonrechter van oordeel dat er geen sprake is van zodanige druk of pressie dat gesproken kan worden van een vernietigbaar besluit. Op de vergadering was het quorum aanwezig en de meerderheid heeft gestemd tegen opschorting en een nog grotere meerderheid heeft daarna gestemd voor goedkeuring van de begroting. De stelling van verzoekers dat er boekhoudkundig onjuist wordt gehandeld door deponering op een afzonderlijke bankrekening is verder niet toegelicht of onderbouwd zodat daaraan wordt voorbijgegaan.
Conclusie in de zaken: 9961609 \ EJ VERZ 22-205; 10233068 \ EJ VERZ 22-435; 10399066 \ EJ VERZ 23-136:
4.11.
De conclusie is dat de kantonrechter de drie verzoeken van verzoekers zal afwijzen.
4.12.
Hoewel verzoekers in hun verzoeken in het ongelijk zijn gesteld, is de kantonrechter van oordeel dat het gelet op de aard van de zaak en de verhouding tussen partijen redelijk is dat partijen ieder de eigen proceskosten dragen.
Tot slot
4.13.
De kantonrechter merkt nog op dat op de mondelinge behandeling (die ruim drie uur heeft geduurd) uitgebreid is gesproken over een structurele oplossing voor het gebrek aan onderling vertrouwen dat in deze vereniging van eigenaars bestaat. Om te voorkomen dat conflicten zoals die hiervoor beschreven blijven ontstaan, is door alle aanwezigen – de Initiatiefgroep 2.0 was grotendeels aanwezig - hard gewerkt aan een afspraak over de agenda voor een ALV te houden op 25 mei 2023, dus ongeveer acht weken na de zitting. De afspraak luidde – na ampel overleg – dat de [voorzitter VvE] zijn functie als voorzitter ter beschikking stelt en dat nog een vacature voor een bestuurslid opengesteld wordt. De leden worden in de gelegenheid gesteld kandidaten voor te stellen en er is afgesproken op welke wijze en op welke termijn dat moet. Ook is – op verzoek van verzoekers - een tweede agendapunt toegevoegd, namelijk een voorstel om een accountant een advies te laten uitbrengen over de financieringsbehoefte van de VvE. Op de zitting zijn deze afspraken schriftelijk vastgelegd, uitgeprint en uitgedeeld aan partijen.
4.14.
De gemachtigde van de verzoekers heeft echter al vóór deze te houden vergadering, bij brief van 8 mei 2023, laten weten dat partijen elkaar niet hebben kunnen vinden op basis van de op de zitting gemaakte afspraken en gevraagd om een beschikking, terwijl op de mondelinge behandeling uitdrukkelijk was afgesproken dat pas ná de vergadering van 25 mei 2023 bekeken zou worden of een beschikking nog nodig was. Uit de reactie van de VvE op deze brief met bijgevoegd de agenda voor de te houden vergadering blijkt dat die agenda (punt 7) overeenstemt met wat op de zitting is afgesproken. Ook was er al een offerte van de accountant. Van de zijde van verzoekers is niet concreet gemaakt waarom zij zijn teruggekomen op de afspraken die op de mondelinge behandeling gemaakt waren. De kantonrechter acht de opstelling van verzoekers niet constructief en ook niet in de geest van artikel 2 van de Statuten waarin is opgenomen dat de eigenaars en de gebruikers zich ten opzichte van elkaar overeenkomstig de eisen van redelijkheid en billijkheid moeten gedragen.

5.De beslissing

De kantonrechter:
in de zaken: 9961609 \ EJ VERZ 22-205; 10233068 \ EJ VERZ 22-435; 10399066 \ EJ VERZ 23-136:
5.1.
wijst het verzoek af;
5.2.
bepaalt dat iedere partij de eigen proceskosten draagt.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.E. Merkus en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Voetnoten

1.Artikel 52 lid 1 Statuten