ECLI:NL:RBNHO:2023:6702
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot wijziging zorgmachtiging en toepassing van ECT-behandeling
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 10 juli 2023 een verzoek van de officier van justitie tot wijziging van een zorgmachtiging afgewezen. De zorgmachtiging was eerder op 10 mei 2023 afgegeven voor een betrokkene die lijdt aan therapie-resistente schizofrenie en depressie. De officier van justitie verzocht om de mogelijkheid van ECT-behandeling op te nemen in de zorgmachtiging, omdat de huidige vormen van verplichte zorg niet meer volstaan. Tijdens de mondelinge behandeling op 10 juli 2023 zijn verschillende betrokkenen gehoord, waaronder de betrokkene zelf, zijn advocaat, en een psychiater.
De rechtbank overwoog dat de noodzaak voor ECT-behandeling onvoldoende was onderbouwd. Hoewel de psychiater aangaf dat er sprake was van ernstig psychisch lijden en dat ECT de volgende stap in de behandeling zou zijn, was er onvoldoende bewijs dat de betrokkene niet kon worden geholpen met minder ingrijpende alternatieven, zoals sondevoeding en medicatie. De rechtbank benadrukte dat de betrokkene, die 79 jaar oud is, al jarenlang zonder ECT-behandeling redelijk stabiel functioneerde en dat zijn wens om geen ECT te ondergaan, ondersteund door zijn familie, zwaarwegend was.
De rechtbank concludeerde dat de minder bezwarende alternatieven nog niet waren uitgeput en dat het verzoek tot wijziging van de zorgmachtiging voorbarig was. De rechtbank wees het verzoek af en stelde dat de officier van justitie in de toekomst een nieuw verzoek kan indienen, mits dit goed onderbouwd is.