Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
- de vader, bijgestaan door mr. N.H. Fridsma;
- de moeder;
- [vertegenwoordiger van de GI] namens de GI.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kinderrechter op 27 juni 2023 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarigen [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2]. De zaak werd behandeld met gesloten deuren, waarbij de vader, de moeder en een vertegenwoordiger van de gecertificeerde instelling (GI) aanwezig waren. De GI had verzocht om de ondertoezichtstelling van de minderjarigen te verlengen voor een jaar, evenals de machtiging tot uithuisplaatsing bij de vader, die het ouderlijk gezag heeft. De kinderrechter oordeelde dat de minderjarigen, die getraumatiseerd zijn, veel zorg en aandacht nodig hebben en dat de ouders onvoldoende in staat zijn om de zorg voor hun veiligheid en ontwikkeling zelf te waarborgen. De kinderrechter besloot daarom de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen tot 12 augustus 2024. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de maatregelen onmiddellijk van kracht zijn, ook al kan er tegen de beschikking hoger beroep worden ingesteld. De kinderrechter benadrukte het belang van stabiliteit en ondersteuning voor de minderjarigen, en dat de GI verantwoordelijk blijft voor de regie over de hulpverlening.