ECLI:NL:RBNHO:2023:7860
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen de omgevingsvergunning voor het gebruik van een schuur als bed and breakfast
In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland, gedaan op 2 augustus 2023, wordt het beroep van eisers tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Castricum beoordeeld. Het college had aan de vergunninghouder een omgevingsvergunning verleend voor het gebruik van een schuur als bed and breakfast (b&b). Eisers, die naast de vergunninghouder wonen, vrezen overlast van de b&b en hebben daarom beroep ingesteld. Het college had eerder op 21 december 2021 een omgevingsvergunning verleend voor de bouw van de schuur, en op 14 april 2022 het bezwaar van eisers ongegrond verklaard.
De rechtbank overweegt dat het college redelijkerwijs de omgevingsvergunning kon verlenen, omdat de b&b voldoet aan de voorwaarden van de beheersverordening en geen onevenredige afbreuk doet aan de woonfunctie van eisers. De rechtbank stelt vast dat de b&b kleinschalig is, met maximaal twee gasten, en dat de vergunninghouder toezicht houdt op de gasten. De rechtbank concludeert dat de beroepsgronden van eisers, waaronder geluidsoverlast en privacy, niet opwegen tegen de belangen van de vergunninghouder en de gemeente. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, waardoor de omgevingsvergunning in stand blijft. Eisers krijgen geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.