ECLI:NL:RBNHO:2023:838

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
1 februari 2023
Publicatiedatum
6 februari 2023
Zaaknummer
328335
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot ontbinding van een aannemingsovereenkomst en schadevergoeding wegens gebreken in de uitvoering van werkzaamheden

In deze civiele zaak vordert eiser ontbinding van een aannemingsovereenkomst met gedaagde, die verantwoordelijk was voor het aanbrengen van dakplaten en zonnepanelen op de schuur van eiser. Eiser stelt dat het werk gebreken vertoont, waaronder lekkages en niet-functionerende zonnepanelen, en vraagt om restitutie van het betaalde bedrag en aanvullende schadevergoeding. Gedaagde betwist de claims en stelt dat het werk correct is uitgevoerd. De rechtbank oordeelt dat eiser niet heeft aangetoond dat het werk niet af was of ondeugdelijk is uitgevoerd. De rechtbank concludeert dat er geen tekortkoming is die ontbinding rechtvaardigt, en wijst de vorderingen van eiser af. Eiser wordt veroordeeld in de proceskosten van gedaagde.

Uitspraak

RECHTBANK Noord-Holland

Civiel recht
Zittingsplaats Haarlem
Zaaknummer: C/15/328335 / HA ZA 22-327
Vonnis van 1 februari 2023 bij vervroeging
in de zaak van
[eiser],
te [woonplaats],
eisende partij,
hierna te noemen: [eiser],
advocaat: mr. K.G.O. Afriyieh te Haarlem,
tegen
[gedaagde]; H.O.D.N. KLUS EN LASTECHNIEK DN ALLROUND,
te [woonplaats],
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde],
advocaat: mr. T.M. Vegting te Barendrecht.

1.De zaak in het kort

1.1.
[eiser] vordert ontbinding van een aannemingsovereenkomst met [gedaagde] met betrekking tot het aanbrengen van dakplaten en zonnepanelen op het dak van een schuur. Hij wenst restitutie van het door hem betaalde bedrag en aanvullende schadevergoeding, omdat het dak gebreken vertoont en de zonnepanelen niet en later slechts gedeeltelijk werkten. Ook vordert [eiser] vergoeding van misgelopen inkomsten uit de opbrengst van de zonnepanelen. [gedaagde] betwist de inhoud en omvang van de overeenkomst waar [eiser] zich op beroept. Volgens [gedaagde] is het afgesproken werk uitgevoerd en opgeleverd. Gelet op de stellingen van partijen over en weer en het feit dat partijen slechts mondelinge afspraken hebben gemaakt, is niet vast komen te staan dat [gedaagde] het werk niet heeft afgemaakt. Evenmin is vast komen te staan dat sprake is van ondeugdelijk werk. Daarom is geen sprake van een tekortkoming die ontbinding rechtvaardigt. Voor zover [eiser] zich beroept op gebreken waarvoor [gedaagde] niet in gebreke is gesteld, is geen verzuim ingetreden en bestaat geen bevoegdheid tot ontbinding, De vorderingen van [eiser] worden daarom afgewezen.

2.De procedure

2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 23 november 2022;
- de mondelinge behandeling van 17 januari 2023 waarbij [eiser] gebruik heeft gemaakt van spreekaantekeningen en waarvan voor het overige door de griffier aantekening is bijgehouden.
2.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

3.De feiten

3.1.
[eiser] is eigenaar van een woning met schuur (hierna: de schuur) gelegen aan de [adres].
3.2.
[gedaagde] exploiteert sinds april 2019 een eenmanszaak in de algemene burgerlijke en utiliteitsbouw en algemene metaalbewerking.
3.3.
In verband met zijn wens het (asbest)dak van de schuur te vervangen heeft [eiser] het dak in 2018 door een derde laten verwijderen. Daarna is hij voor de aanleg van een nieuw dak via Antosbouw BV, leverancier van bouwmaterialen (hierna: Antosbouw), in contact gekomen met [gedaagde].
3.4.
Nadat [gedaagde] met [eiser] het dak had ingemeten, heeft hij bij Antosbouw het materiaal op naam van [eiser] besteld.
3.5.
Volgens een offerte van Antosbouw van 23 oktober 2018 (hierna: de offerte) is voor een bedrag van € 18.816,47 materiaal besteld, onder meer dakplaten voor € 10.853,70, een windveer voor € 314,50 en een dakgoot voor € 2.935,60.
3.6.
[gedaagde] heeft de kosten van het materiaal van [eiser] ontvangen en daarmee Antosbouw betaald.
3.7.
De dakplaten zijn in november 2018 rechtstreeks bij [eiser] afgeleverd.
3.8.
Vanaf 22 maart 2019 heeft [gedaagde] met circa twee collega’s twee of drie dagen werkzaamheden verricht met betrekking tot het monteren van een nieuw dak op de schuur.
3.9.
[gedaagde] heeft voor [eiser] ook veertig zonnecellen inclusief twee omvormers besteld en geplaatst voor € 9.000,00.
3.10.
Volgens een creditfactuur van 4 juni 2019 heeft Antosbouw € 5.683,49 gecrediteerd voor de materialen van de offerte met uitzondering van de dakplaten (hierna: de creditnota).
3.11.
[eiser] heeft [gedaagde] in juni 2019 via WhatsApp op ‘geklapper’ gewezen. Eind mei 2020 heeft hij [gedaagde] via WhatsApp bericht dat de zonnecellen nog steeds niet goed zijn en dat er lekkage is. In augustus 2020 heeft hij herhaald dat de zonnepanelen niet werken en in oktober 2020 heeft hij via WhatsApp aangedrongen op een afspraak. In februari 2021 heeft [eiser] via WhatsApp geklaagd dat na een storm ook lekkage in de schuur en kortsluiting is ontstaan.
3.12.
[gedaagde] heeft tot augustus/september 2021 herstelwerkzaamheden uitgevoerd.
3.13.
Bij brief van 22 december 2021 (hierna: de ingebrekestelling) heeft de advocaat van [eiser] aan [gedaagde] onder meer het volgende geschreven:
(…) Nadat u uw werkzaamheden had verricht, zijn er diverse lekkages ontstaan door gebreken in uw werk, Los van de lekkages heeft u uw werk niet vakkundig uitgevoerd. Het gaat in het bijzonder om de volgende gebreken:
a) U had bij het dak van de schuur geen dakgoot geplaatst.
b) De windveren zijn te klein en moeten worden vervangen.
c) De zonnecellen deden het niet, thans werkt alleen de helft, 20 van de 40.
d) De dakgoot is niet verder afgewerkt.
e) Bij de fietsenschuur lekt het.
f) De nokken zijn niet waterdicht bij sneeuw en windstorm.
g) De dakplaten steken door in de dakgoot, deze zijn niet conform afspraak ingekort.
Van cliënt heb ik berichten gezien waaruit duidelijk blijkt dat u sinds 2019 tot op heden, door cliënt, meerdere malen bent verzocht om de gebreken te herstellen. De pogingen die u tot herstel nam, hebben niet tot deugdelijk herstel geleid. Daarnaast reageert u niet meer op berichten van cliënt. Om die reden stel ik u hierbij opnieuw in gebreke namens cliënt.
Sommatie
Namens cliënt sommeer ik u om bovenstaande gebreken, a-g,uiterlijk op 21 januari 2022te herstellen. Daarbij dient u met spoed contact met cliënt op te nemen voor het arrangeren van een afspraak. (…)
3.14.
Op 20 januari 2022 heeft [gedaagde] per e-mail als volgt gereageerd:
Bij deze heb ik uw brief goed ontvangen.
Hierbij wil ik doorgeven dat er helemaal geen sprake is geweest van het vervangen van dakgoten.
Het dak nokken zijn in overleg met Dhr [eiser] plaats gevonden .
Over het zonnepaneel in het 2019 is alles goed werkend achter gelaten wat er nu aan de hand is weet ik zelf niet
Verder heb ik geen mededeling om aan te geven . Trouwens heeft Dhr [eiser] het dak vergoeding al gehad van zijn verzekering
(…)
3.15.
Op 21 februari 2022 heeft de advocaat van [eiser] [gedaagde] per e-mail uitgenodigd om op 12 maart 2022 een afspraak bij te wonen om het werk door een deskundige te laten beoordelen.
3.16.
[gedaagde] heeft op 11 maart 2022 per e-mail geantwoord dat hij geen reden ziet om bij de afspraak te zijn. Daarbij heeft hij onder meer geschreven:
Ik benadruk voor de duidelijkheid als nog dat het werk is opgeleverd in maart 2019.
Kortom ik heb niks meer daar te zoeken . Als hij veranderingen wil brengen moet zelf weten
3.17.
De heer [A.], deskundige verbonden aan GE-vastgoed (hierna: [A.]), heeft op 12 maart 2022 een inspectie van het werk uitgevoerd. In het naar aanleiding daarvan opgestelde expertiserapport van 28 maart 2022 (hierna: het expertiserapport) staat onder meer:
Conclusie:
(…)
1. Ons inziens is de aannemer tekortgeschoten.
2. Alle opgenoemde gebreken en nog niet uitgevoerde werkzaamheden zullen hersteld/vervangen of nog worden uitgevoerd.
De aannemer heeft al met al slecht werk geleverd.
De tussengoten zijn ook niet vervangen.
De kosten voor herstel worden geraamd op € 13.000,00 excl. 21% btw.
De kosten voor herstel met gebruikmakend van nieuwe dakplaten worden geraamd € 35.000,00 excl. btw.
(…)
Exterieur
05 Daken
Golfplaat metaal (damwandprof)
(…)
Onprofessioneel aangebracht
(…)
Door te kleine randafwerking zijn de houtengordingen zijn zichtbaar buiten.
(...)
De gevellijsten zeer slecht aangebracht.
(…)
Golfplaat metaal (…)
Onvoldoende verankerd
(…)
De aansluitingen zij niet geschroefd
(…)
De platen zijn onvoldoende geschroefd
(…)
De nokdelen zijn zeer slecht aangebracht
(…)
De bedrading van de zonnepanelen is hier en daar met wat tape aangebracht en
geeft daardoor lekkages.
(…)
De aansluiting van het 30 graden dak en het 45 graden dak is aansluiting met tape
gedicht en geeft daardoor veel lekkages.
(…)
De dakplaten lopen niet met de goten mee, wat inhoud dat het regenwater niet in
maar buiten de goot komt.

4.Het geschil

4.1.
[eiser] vordert samengevat:
  • de lopende aannemingsovereenkomst tussen partijen te ontbinden;
  • [gedaagde] te veroordelen tot betaling van € 17.004,47, restitutie van de reeds door [eiser] betaalde bedragen;
  • [gedaagde] te veroordelen tot betaling van aanvullende schadevergoeding bestaande uit de kosten voor de herstelwerkzaamheden van in totaal € 42.065,65 inclusief btw, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 januari 2022 tot aan de dag van algehele betaling;
  • [gedaagde] te veroordelen tot betaling van € 5.000,00 aan schade wegens verlies terug levering energie, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 januari 2022 tot aan de dag van algehele betaling;
  • [gedaagde] te veroordelen in de proceskosten van het geding, nakosten daaronder begrepen.
4.2.
[gedaagde] voert verweer. [gedaagde] concludeert tot niet-ontvankelijkheid van [eiser], dan wel tot afwijzing van de vorderingen van [eiser].
4.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

5.De beoordeling

Uitgangspunten
5.1.
Omdat [eiser] zich op wanprestatie beroept en de overeenkomst wil ontbinden, is het aan hem om te stellen en zonodig te bewijzen dat sprake is van een tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst die ontbinding rechtvaardigt. Om te kunnen beoordelen of sprake is van een tekortkoming, moet eerst de vraag worden beantwoord wat partijen zijn overeengekomen. Als de overeenkomst zoals [eiser] deze stelt namelijk niet vast staat, kan ook geen sprake zijn van een tekortkoming en kan zijn vordering niet worden toegewezen.
5.2.
Verder geldt ten aanzien van de gevorderde herstelkosten het volgende. In haar vonnis van 13 juli 2022 heeft deze rechtbank overwogen dat [eiser] zowel ontbinding als vervangende schadevergoeding vordert en dat hij een keuze moet maken tussen a) ontbinding (met eventueel een vordering tot terugbetaling van hetgeen hij al aan [gedaagde] heeft betaald), ofwel b) vervangende schadevergoeding (waarbij de eigen betalingsverplichting in stand blijft). In beide gevallen kan [eiser] daarnaast aanvullende schadevergoeding vorderen. Bij akte wijziging eis heeft [eiser] weliswaar verduidelijkt dat de grondslag ontbinding is met aanvullende schadevergoeding, maar hij vordert nog steeds én terugbetaling van wat hij aan [gedaagde] heeft betaald, én vergoeding van de herstelkosten. Dat laatste is vervangende schadevergoeding en is niet mogelijk in geval van ontbinding.
5.3.
De rechtbank stelt voorop dat partijen slechts mondelinge afspraken hebben gemaakt.
Overeenkomst
5.4.
[eiser] stelt dat sprake is van een aannemingsovereenkomst. Hij heeft [gedaagde] mondeling opdracht gegeven om met de bij Antosbouw bestelde materialen een nieuw dak op de schuur te plaatsen. Aanvullend heeft hij opdracht gegeven om veertig zonnecellen op het dak van de schuur te plaatsen. Hij heeft in totaal € 17.004,47 via bankoverschrijvingen aan [gedaagde] betaald. Daarnaast heeft hij € 5.000,00 contant betaald voor arbeidskosten. Hij heeft zelf een hoogwerker gehuurd en had al een steiger, aldus [eiser]. [gedaagde] heeft de dakplaten met behulp van drie collega’s aangebracht en nadien ook de zonnepanelen, maar het dak was niet klaar. [eiser] stelt dat sprake is van de volgende gebreken:
- de dakgoot ontbrak;
- de windveren waren te klein en moesten worden vervangen;
- de zonnecellen werkten anderhalf jaar lang niet, daarna werkte de helft niet;
- de afwerking in de dakgoot werd niet afgemaakt, de dakplaten steken te ver door;
- er was lekkage in de fietsenschuur;
- de nokken bleken niet waterdicht bij sneeuwstorm.
[gedaagde] is tot augustus/september 2021 een aantal keer terug gekomen, maar heeft de gebreken niet verholpen, aldus nog steeds [eiser]. Ter onderbouwing van zijn stellingen heeft [eiser] het expertiserapport ingebracht.
5.5.
[gedaagde] erkent dat hij € 18.816,47 van [eiser] heeft ontvangen - waarvan € 10.000,00 contant - en daarmee het materiaal bij Antosbouw heeft aangeschaft. Ook erkent hij dat [eiser] hem de kosten voor aanschaf van de zonnepanelen inclusief omvormers heeft vergoed. [gedaagde] stelt dat hij daarnaast € 3.750,00 heeft ontvangen voor vier dagen werk met twee collega’s voor het monteren van het dak, het aanbrengen van de zonnepanelen en plaatsen van de omvormers in de schuur. Hij betwist dat hij de zonnepanelen ook zou installeren / werkend aansluiten. [gedaagde] betwist ook dat sprake is van een aannemingsovereenkomst zoals [eiser] stelt, omdat de ingebrekestelling ziet op werkzaamheden die [gedaagde] niet zou verrichten. Het werk is uitgevoerd en opgeleverd zoals afgesproken, aldus [gedaagde]. Daarnaast heeft hij [eiser] slechts geassisteerd bij de werkzaamheden. [eiser] had de leiding, gaf instructies en aanwijzingen hoe hij de dakplaten aangebracht wilde hebben, zodat eventuele gebreken hem ook om die reden niet kunnen worden toegerekend. Dat hij en zijn collega’s alleen zouden komen helpen blijkt ook uit het feit dat arbeidskosten voor een dergelijk dak normaal gesproken aanzienlijk hoger liggen, aldus nog steeds [gedaagde].
Betaling/vergoeding
5.6.
Gelet op de erkenning door [gedaagde] staat vast dat [gedaagde] het materiaal heeft besteld en [eiser] hem alle kosten daarvan heeft vergoed. Gelet op de betwisting door [gedaagde] is niet vast komen te staan dat [eiser] méér dan de door [gedaagde] erkende € 3.750,00 aan arbeid heeft betaald.
Omvang werk
5.7.
Ten aanzien van het voorbereidend werk, staat - gelet op de stellingen van partijen - vast dat [gedaagde] met [eiser] het dak heeft ingemeten, waarna [gedaagde] bij Antosbouw het materiaal op naam van [eiser] heeft besteld. De dakplaten zijn bij [eiser] bezorgd, de overige materialen nam [gedaagde] zelf mee. Daarnaast heeft [gedaagde] de zonnepanelen besteld en bezorgd. Niet is gebleken dat [gedaagde] een vergoeding heeft ontvangen voor zijn voorbereidende werkzaamheden.
5.8.
Voor wat betreft het werk zelf staat vast dat [gedaagde] met twee of drie collega’s zowel de dakplaten als de zonnepanelen heeft aangebracht. Het verweer dat hij [eiser] slechts heeft geassisteerd bij het werk faalt, omdat [eiser] gemotiveerd heeft betwist dat hij leiding heeft gegeven aan- of toezicht gehouden op het werk en [gedaagde] zijn stelling niet nader heeft onderbouwd. [eiser] heeft namelijk verklaard dat hij geen aannemer is en ook geen dakdekker. Wegens zijn ziekte, MS, kan hij fysiek dergelijke werkzaamheden niet zelfstandig uitvoeren en heeft hij juist [gedaagde] ingeschakeld.
5.9.
Concluderend is dus sprake van een aannemingsovereenkomst, bestaande uit de mondelinge afspraak dat [gedaagde] dakplaten en zonnepanelen op de schuur zou aanbrengen voor een bedrag van € 3.750,00 exclusief materiaal (hierna: het werk).
Was het werk af?
5.10.
[eiser] stelt dat het werk niet af was en direct heeft gezegd dat de dakgoten ontbraken. Ook werkten de zonnepanelen niet en werd de afwerking van de platen in de dakgoot niet afgemaakt. [gedaagde] betwist dat het werk niet af was. Hij voert aan dat het dak in maart 2019 goed is opgeleverd, dat hij de zonnepanelen in april 2019 heeft gelegd en dat hij deze niet zou installeren. Hij heeft gezegd dat het klaar was en heeft met [eiser] alles nagelopen. Op aangeven van [eiser] zijn vanuit kostenbesparend oogpunt de dakgoten komen te vervallen. Deze zijn aan Antosbouw geretourneerd. Dit blijkt ook uit de creditfactuur. Hij betwist dat de op maat bestelde dakplaten ter plekke zouden worden aangepast.
5.11.
Gelet op het verweer van [gedaagde] staat niet vast dat het vervangen van de dakgoten of het afwerken van de dakplaten in de dakgoot onderdeel van het werk was. Datzelfde geldt voor het installeren / werkend opleveren van de zonnepanelen. Uit het door [eiser] overgelegde WhatsApp bericht van 3 december 2018 blijkt namelijk dat [gedaagde] hem er op heeft gewezen dat na montage nog een installateur moest komen om – zo begrijpt de rechtbank – de zonnepanelen aan te sluiten op het net:
[eiser]:
Is het dan ook geinstaleerd?
[gedaagde]:
Nee ik ga alles voor jouw installeren tot de meterkas en dan moet nog een installeren komen
Omdat [eiser] stelt dat de zonnepanelen niet werkten, maar niet is gebleken dat het werkend opleveren van de zonnepanelen onderdeel van het werk was en [eiser] dit niet nader heeft onderbouwd, is niet komen vast te staan dat het werk niet af was. Het overleggen van een WhatsApp bericht aan [gedaagde] luidend ‘
Pfff wordt hier een beetje bang van het geklapper’ is daarvoor in elk geval niet voldoende.
5.12.
Gelet op het vorenstaande slaagt het verweer van [gedaagde] dat het werk is uitgevoerd en opgeleverd zoals afgesproken, tenzij vast komt te staan dat het werk ondeugdelijk is verricht.
Ondeugdelijk werk?
5.13.
[eiser] stelt dat de windveren te klein zijn en moeten worden vervangen. Daarnaast was er lekkage in de fietsenschuur en zijn de nokken niet waterdicht bij sneeuwstorm.
5.14.
[gedaagde] voert aan dat [eiser] zich niet heeft laten adviseren door een architect en er niet voor heeft gekozen een aannemer in te schakelen die ook verantwoordelijk is voor de materiaalkeuze. [gedaagde] heeft destijds meerdere malen gewezen op de ongeschiktheid van het materiaal. Dat de windveren te klein bleken te zijn en de nokken niet breed genoeg, komt daarom voor rekening en risico van [eiser]. Omdat [eiser] niet heeft onderbouwd waar de lekkage in de fietsenschuur zich bevindt, kan [gedaagde] niet toetsen of dit aan het dak ligt, aan de materiaalkeuze of aan gebrekkige onderconstructie van het dak. Op de foto’s van de inmiddels te koop staande woning met schuur zijn foto’s van de fietsenschuur te zien, maar daarop is geen lekkage te bekennen.
5.15.
De rechtbank begrijpt het verweer van [gedaagde] zo dat hij betwist dat hij verantwoordelijk was voor de materiaalkeuze. Aangezien slechts vaststaat dat [gedaagde] met [eiser] het dak heeft ingemeten en daarna het materiaal op naam van [eiser] heeft besteld, omdat – zo heeft [gedaagde] toegelicht – hij korting bij Antosbouw kon krijgen, is niet gebleken dat [gedaagde] heeft geadviseerd over of verantwoordelijk was voor de materiaalkeuze. [eiser] heeft daar in elk geval onvoldoende voor gesteld. De stelling dat [gedaagde] een professionele aannemer is die deelneemt aan het economisch verkeer en pretendeert deskundig te zijn, is daarvoor in elk geval onvoldoende. Vast staat immers dat [gedaagde] zijn eenmanszaak pas sinds april 2019 formeel exploiteert – maanden nadat hij het materiaal voor [eiser] had besteld – en zijn bedrijf zich destijds dus nog in een opstart fase bevond. Dat de windveren te klein waren en de nokken niet breed genoeg, wordt daarom niet als een gebrek beschouwd. Dat de nokken niet waterdicht bleken bij sneeuwstorm is daarom evenmin als een gebrek aan te merken.
5.16.
Gelet op het verweer van [gedaagde] heeft [eiser] zijn stelling dat er lekkage in de fietsenschuur is, onvoldoende onderbouwd. Hoewel [eiser] heeft toegelicht dat er lekkage is waar de kabels door het dak zijn gevoerd, heeft [gedaagde] gesteld dat de kabels door een bestaand gat zijn doorgevoerd en betwist hij dat hij dit gat heeft gemaakt. Uit het door [eiser] overgelegde expertiserapport volgt bovendien niet dat op die plek lekkage is (zie hiervoor onder 3.17).
5.17.
Uit het vorenstaande volgt dat niet is vast komen te staan dat sprake is van ondeugdelijk werk.
Conclusie
5.18.
Aangezien niet is vast komen te staan dat het werk niet af was en geen sprake is van ondeugdelijk werk, is evenmin sprake van een tekortkoming die ontbinding rechtvaardigt. De vorderingen tot ontbinding, terugbetaling en aanvullende schadevergoeding zullen daarom worden afgewezen.
5.19.
Gelet op de overweging hiervoor onder 5.11 dat niet is gebleken dat het werkend opleveren van de zonnepanelen onderdeel van het werk was, kan het niet werken van de zonnepanelen [gedaagde] niet worden toegerekend en zal de vordering tot schadevergoeding wegens misgelopen inkomsten uit terug levering van energie, eveneens worden afgewezen.
Overige gebreken uit het expertiserapport
5.20.
[eiser] stelt onder verwijzing naar het expertiserapport dat [gedaagde] het werk op overige punten ook slecht heeft uitgevoerd (golfplaten damwandprofiel is matig, gevellijsten slecht aangebracht, golfplaat onvoldoende verankerd, bedrading zonnecellen met tape aangebracht en tape gebruikt bij aansluiting dak). Voor zover - gelet op de betwisting door [gedaagde] – al zou komen vast te staan dat dit gebreken zijn, is geen verzuim ingetreden, omdat [gedaagde] voor die punten niet in gebreke is gesteld. Omdat de bevoegdheid tot ontbinding pas ontstaat wanneer de schuldenaar in verzuim is en niet is gesteld of gebleken dat nakoming blijvend of tijdelijk onmogelijk is, zal de vordering tot ontbinding ook ten aanzien van deze punten worden afgewezen.
Proceskosten
5.21.
[eiser] is de partij die ongelijk krijgt en hij zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van [gedaagde] als volgt vastgesteld:
- griffierecht
1.301,00
- salaris advocaat
2.366,00
(2,00 punten × € 1.183,00)
Totaal
3.667,00

6.De beslissing

De rechtbank
6.1.
wijst de vorderingen van [eiser] af,
6.2.
veroordeelt [eiser] in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde] tot dit vonnis vastgesteld op € 3.667,00.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.J. Dijk en in het openbaar uitgesproken op 1 februari 2023.
1621