ECLI:NL:RBNHO:2023:9974
Rechtbank Noord-Holland
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Ongegrondverklaring bezwaar DNA-onderzoek minderjarige veroordeelde
Op 21 augustus 2023 heeft de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Haarlem, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de ongegrondverklaring van een bezwaar tegen het vaststellen en verwerken van het DNA-profiel van een minderjarige veroordeelde. De veroordeelde, geboren in 2007, was op het moment van het strafbare feit 15 jaar oud en had een leerstraf van 40 uur opgelegd gekregen voor afpersing. Het bezwaar was ingediend op 26 juni 2023 en de behandeling vond plaats op 7 augustus 2023. De verdediging voerde aan dat de veroordeelde ten tijde van het feit nog jong en impulsief was, en dat er onvoldoende recidivegevaar was om het DNA-onderzoek te rechtvaardigen. De officier van justitie betwistte dit en verwees naar risicofactoren die in een rapport van de Raad voor de Kinderbescherming waren vermeld.
De rechtbank oordeelde dat het bezwaar ongegrond was. De rechtbank stelde vast dat het misdrijf waarvoor de veroordeelde was veroordeeld, afpersing, een ernstig feit was en dat het vaststellen van het DNA-profiel van belang kon zijn voor de opsporing van toekomstige strafbare feiten. De rechtbank benadrukte dat de Wet DNA geen onderscheid maakt tussen meerderjarigen en minderjarigen en dat de omstandigheden van de zaak, inclusief het recidivegevaar, in de beoordeling moesten worden meegenomen. De rechtbank concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die het DNA-onderzoek disproportioneel zouden maken, en verklaarde het bezwaar ongegrond.