Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Zorg Vastgoed BV
1.Het procesverloop
2.De feiten
Zoals u zelf heeft gesteld in uw mail van 25 mei 2020 is de huurovereenkomst op 1 juni 2020 geëindigd. (…) U heeft tevens voorgesteld om daarvan af te zien indien cliënt zou instemmen met het gebruik van de ruimte tot 1 augustus 2021. Cliënt heeft hiermee ingestemd (…) Gezien het voorgaande geldt dat de huurovereenkomst per 1 juni 2020 is geëindigd en dat u sinds 1 augustus 2021 geen gebruiksrecht meer heeft. Desalniettemin heeft u het gebruik van de ruimte voortgezet en cliënt heeft hier om hen moverende redenen ook niet tegen opgetreden. Thans heeft cliënte er recht en belang bij dat het kantoorpand vrij van huur en gebruik komt en in dat kader verzoek ik u hierdoor namens hem om de bij u in gebruik zijnde ruimte uiterlijk op 1 september 2022 ontruimd aan cliënt op te leveren. Voor zover vereist zeg ik u tegen deze datum tevens de ontruiming aan.
“Naar aanleiding van uw brief d.d. 21 juli 2022 ben ik bereid de bedrijfs- kantoorruimte aan de [adres] per 31 december 2022 ontruimd op te leveren. (…) Mocht u (…) deze termijn niet acceptabel vinden, dan wacht ik de rechtsmaatregelen af.”.
“Uiterlijk 31 december 2023 zal ik de kantoorruimte opleveren, met de toezegging dat er geen nieuwe wettelijke rechten (waar elke huurder kantoorruimte recht op heeft in Nederland) uitgeoefend zullen worden. Er komen geen verzoeken tot verlenging meer, het is dan klaar.”
3.Het verzoek
4.Het verweer
5.De beoordeling
De huurovereenkomst is in ieder geval geëindigd op 1 september 2022”. [verzoeker] heeft tegen dit vonnis geen hoger beroep ingesteld dus dat staat vast. Dit betekent dat op grond van artikel 7:230a BW [verzoeker] te laat is met het indienen van haar verzoek. Het verzoek moet zoals gezegd worden ingediend binnen twee maanden na het tijdstip waartegen schriftelijk ontruiming is aangezegd. Deze termijn is ruimschoots verstreken. Het verzoek van [verzoeker] is namelijk op 28 maart 2024 binnengekomen. De kantonrechter concludeert dan ook dat [verzoeker] niet-ontvankelijk is in haar verzoek.