ECLI:NL:RBNHO:2024:10311

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
13 juni 2024
Publicatiedatum
8 oktober 2024
Zaaknummer
15.015747.23 en 15.166139.22
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling wegens medeplichtigheid aan twee overvallen met geweld

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 13 juni 2024 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van medeplichtigheid aan twee overvallen. De verdachte was de bestuurder van de vluchtauto tijdens deze overvallen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 2 juli 2022 in Purmerend samen met anderen een horloge van een slachtoffer heeft weggenomen, waarbij geweld is gebruikt. Daarnaast heeft de verdachte op 3 januari 2023 in Bergen (NH) samen met anderen een geldbedrag van € 35.090,- van Flash Casino gestolen, ook onder bedreiging met geweld. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de primair ten laste gelegde feiten, maar heeft hem wel schuldig bevonden aan de subsidiair ten laste gelegde feiten. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet als medepleger kan worden beschouwd, maar wel medeplichtig was aan de overvallen. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 28 maanden. De rechtbank heeft ook een schadevergoeding toegewezen aan een benadeelde partij, die schade had geleden door de overval.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Team Straf, zittingsplaats Alkmaar
Meervoudige strafkamer
Parketnummers: 15.015747.23 en 15.166139.22 (P) (ter zitting gevoegd)
Uitspraakdatum: 13 juni 2024
Tegenspraak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 30 mei 2024 in de zaak tegen:
[de verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres [adres] ,
nu gedetineerd in Justitieel Complex Zaanstad.
De rechtbank heeft de zaken, die bij afzonderlijke dagvaardingen onder de bovenvermelde parketnummers zijn aangebracht, gevoegd. De in die beide zaken ten laste gelegde feiten zijn hierna voor de leesbaarheid doorgenummerd.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie
mr. R. Giuseppini en van wat de verdachte en zijn raadsvrouw, mr. J. Verstegen, advocaat te Amsterdam, naar voren hebben gebracht.

1.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
(15.166139.22)
1.
hij op of omstreeks 2 juli 2022 te Purmerend tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, op de openbare weg, een horloge (merk Rolex Daytona
),in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door die [slachtoffer 1] :
- uit de auto te trekken en/of
- in het gezicht te spuiten met traangas, althans een prikkende substantie en/of
- vast te houden aan zijn overhemd bij zijn nek en/of
- het horloge (met kracht) van zijn pols af te trekken;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
een of meer nog onbekende personen op of omstreeks 2 juli 2022 te Purmerend, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een horloge (merk Rolex Daytona), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander dan aan die nog onbekende personen toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichelf en/of andere deelnemers aan dat misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in of omstreeks de periode van 1 juli 2022 tot en met 2 juli 2022 te Purmerend opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door
- op een eerder tijdstip die [slachtoffer 1] af te leggen en/of
- op de dag van de overval met de auto te wachten tot die [slachtoffer 1] bij de uitgang van het parkeerterrein was en/of
- die [slachtoffer 1] te volgen tot de plaats waar hij is overvallen en/of
- na die overval de vluchtauto te besturen.
(15.015747.23)
2.
hij op of omstreeks 3 januari 2023 te Bergen (NH), tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een geldbedrag van € 35.090
,-,althans een geldbedrag, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele toebehoorde aan Flash Casino, in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 2] (werkzaam bij Flash Casino) en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf, hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
-een vuurwapen op/tegen het hoofd en/of de nek, althans het lichaam, van [slachtoffer 2] te houden/richten en/of (daarbij) het vuurwapen door te laden, en/of
- met het vuurwapen (constant op/tegen haar nek gedrukt) [slachtoffer 2] het casino en/of de kluisruimte in te duwen, en/of
- een hand op de mond van [slachtoffer 3] te drukken/duwen en/of hem van een stoel te trekken en/of hem tegen de grond te drukken en/of (daarbij) tegen hem te roepen/schreeuwen: "Gezicht naar de grond, niet kijken of ik schiet je" en/of "Liggen! Liggen! Op de grond, nu!" en/of (daarbij) een mes vast te houden, en/of
- tegen [slachtoffer 4] te schreeuwen: "Terug naar binnen of anders krijg je een kogel!", en/of haar - met het mes en/of het vuurwapen in de hand(en) - het casino in te duwen/trekken;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou
unnen leiden:
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of nog onbekend gebleven personen op of omstreeks 3 januari 2023 te Bergen (NH), tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een geldbedrag van € 35.090,-, althans een geldbedrag, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele toebehoorde aan Flash Casino, in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft/hebben weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld of bedreiging met geweld tegen tegen [slachtoffer 2] (werkzaam bij Flash Casino) en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf, hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
- een vuurwapen op/tegen het hoofd en/of de nek, althans het lichaam, van [slachtoffer 2] te houden/richten en/of (daarbij) het vuurwapen door te laden, en/of
- met het vuurwapen (constant op/tegen haar nek gedrukt) [slachtoffer 2] het casino en/of de kluisruimte in te duwen, en/of
- een hand op de mond van [slachtoffer 3] te drukken/duwen en/of hem van een stoel te trekken en/of hem tegen de grond te drukken en/of (daarbij) tegen hem te roepen/schreeuwen: "Gezicht naar de grond, niet kijken of ik schiet je" en/of "Liggen! Liggen! Op de grond, nu!" en/of (daarbij) een mes vast te houden, en/of
- tegen [slachtoffer 4] te schreeuwen: "Terug naar binnen of anders krijg je een kogel!", en/of haar - met het mes en/of het vuurwapen in de hand(en) - het casino in te duwen/trekken,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 3 januari 2023
te Bergen (NH) opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door
-die [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] met een voertuig naar de plaats delict te vervoeren, en/of
- die [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] tijdens de uitvoering van het delict met een voertuig op te wachten in de nabije omgeving van de plaats delict, en/of
- het (onderling afgesproken) voornemen om die [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] na de uitvoering van het delict met een voertuig van de plaats delict te vervoeren;

2.Voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

3.Beoordeling van het bewijs

3.1
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde feiten. Op het standpunt van de officier van justitie zal hierna, voor zover van belang, nader worden ingegaan.
3.2
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat de verdachte van de onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde feiten moet worden vrijgesproken. Zij heeft zich ten aanzien van de onder 1 subsidiair en 2 subsidiair ten laste gelegde feiten gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Het standpunt van de raadsvrouw zal, voor zover van belang, bij de beoordeling van het bewijs worden besproken.
3.3
Oordeel van de rechtbank
Op grond van de verklaring van de verdachte ter zitting en de bewijsmiddelen in het dossier acht de rechtbank bewezen dat de verdachte bij de overvallen op aangever [slachtoffer 1] (feit 1) en het casino in Bergen (feit 2) de bestuurder van de vluchtauto was. De verdachte heeft in beide zaken de mededaders opgehaald en naar de pleegplaats gebracht, terwijl hij wist dat zij een overval gingen plegen. Voorafgaand aan de overval op aangever [slachtoffer 1] heeft de verdachte als bestuurder van de auto met de mededaders de aangever opgewacht en gevolgd naar de pleegplaats. In beide gevallen was afgesproken dat de verdachte tijdens de overval in de auto zou wachten en dat hij de mededaders na de overval zou wegbrengen. Na de overval op aangever [slachtoffer 1] (feit 1) heeft de verdachte dat ook daadwerkelijk gedaan.
Voor de kwalificatie medeplegen is vereist dat sprake is van nauwe en bewuste samenwerking. Die kwalificatie is alleen gerechtvaardigd als de bewezenverklaarde intellectuele en/of materiële bijdrage van de verdachte aan het delict van voldoende gewicht is. Een en ander brengt mee dat wanneer het tenlastegelegde medeplegen in de kern niet bestaat uit een gezamenlijke uitvoering, maar uit gedragingen die met medeplichtigheid in verband plegen te worden gebracht, op de rechter de taak rust om in het geval hij toch tot een bewezenverklaring van het medeplegen komt, in de bewijsvoering – dus in de bewijsmiddelen en zo nodig in een afzonderlijke bewijsoverweging – dat medeplegen nauwkeurig te motiveren. Bij de vorming van zijn oordeel dat sprake is van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking, kan de rechter rekening houden met onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een daartoe geëigend tijdstip.
De rechtbank overweegt dat de handelingen van de verdachte bij beide feiten, kort gezegd het besturen van de vluchtauto, gedragingen betreffen die in verband worden gebracht met medeplichtigheid. Uit de bewijsmiddelen volgt weliswaar dat de verdachte kort voor de overval op de hoogte was dat er een overval zou worden gepleegd, maar niet dat hij heeft deelgenomen aan het smeden van het plan en de voorbereidingen daarvoor. De verdachte heeft geen uitvoeringshandelingen gepleegd bij de overvallen. Uit de bewijsmiddelen volgt ook overigens niet dat er een meer intense samenwerking was tussen de verdachte en de mededaders bij de overvallen dan voornoemde. Evenmin volgt uit de bewijsmiddelen dat de verdachte een substantieel of gelijk deel van de opbrengst zou krijgen.
Kortom: de rechtbank acht niet bewezen dat de rol van de verdachte uit meer bestond dan die van chauffeur van de auto die de mededaders naar de plaats van de overval heeft gebracht en hen heeft opgewacht met de bedoeling om na de overval als vluchtauto te dienen. Bij feit 1 heeft de verdachte de mededaders na de overval ook weggebracht.
Onder die omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat niet kan worden vastgesteld dat de verdachte zodanig nauw en bewust heeft samengewerkt met de mededaders die de ten laste gelegde overvallen hebben gepleegd, dat hij als medepleger kan worden beschouwd. De rechtbank zal de verdachte dan ook van de onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde feiten vrijspreken.
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van de onder 1 subsidiair en 2 subsidiair ten laste gelegde feiten op grond van de bewijsmiddelen die in de bijlage bij dit vonnis zijn opgenomen.
3.4
Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de onder 1 subsidiair en 2 subsidiair ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat
(15.166139.22)
1.
subsidiair:
meer (nog onbekende) personen op 2 juli 2022 te Purmerend een horloge (merk Rolex Daytona) dat aan [slachtoffer 1] toebehoorde hebben weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen die [slachtoffer 1] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken,
bij het plegen van welk misdrijf verdachte op 2 juli 2022 te Purmerend opzettelijk behulpzaam is geweest door
- op de dag van de overval met de auto te wachten tot die [slachtoffer 1] bij de uitgang van het parkeerterrein was en
- die [slachtoffer 1] te volgen tot de plaats waar hij is overvallen en
- na die overval de vluchtauto te besturen.
(15.015747.23)
2.
subsidiair:
[medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] op 3 januari 2023 te Bergen (NH) een geldbedrag van € 35.090,-dat toebehoorde aan Flash Casino hebben weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 2] (werkzaam bij Flash Casino) en [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, en om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf, hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
- een vuurwapen op/tegen het hoofd en/of de nek van [slachtoffer 2] te houden/richten en/of daarbij het vuurwapen door te laden, en
- met het vuurwapen tegen haar nek gedrukt [slachtoffer 2] het casino en de kluisruimte in te duwen, en
- een hand op de mond van [slachtoffer 3] te drukken/duwen en hem van een stoel te trekken en hem tegen de grond te drukken en daarbij tegen hem te roepen/schreeuwen: "Gezicht naar de grond, niet kijken of ik schiet je" en "Liggen! Liggen! Op de grond, nu!" en daarbij een mes vast te houden, en
- tegen [slachtoffer 4] te schreeuwen: "Terug naar binnen of anders krijg je een kogel!", en haar - met het mes en/of het vuurwapen in de hand - het casino in te duwen/trekken,
bij het plegen van welk misdrijf verdachte op 3 januari 2023 te Bergen (NH) opzettelijk behulpzaam is geweest door
-die [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] met een voertuig naar de plaats delict te vervoeren, en
- die [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] tijdens de uitvoering van het delict met een voertuig op te wachten in de nabije omgeving van de plaats delict, en
- het onderling afgesproken voornemen om die [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] na de uitvoering van het delict met een voertuig van de plaats delict te vervoeren;
De in de tenlasteleggingen voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd. Blijkens het verhandelde op de terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in zijn verdediging.
Hetgeen aan de verdachte onder 1. subsidiair en 2. subsidiair meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.

4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1 subsidiair:
medeplichtigheid aan diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en die diefstal gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
feit 2 subsidiair:
medeplichtigheid aan diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld, gepleegd tegen personen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf en andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden waardoor de wederrechtelijkheid aan het bewezenverklaarde zou ontbreken. Het bewezenverklaarde is dus strafbaar.

5.Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

6.Motivering van de sanctie

6.1
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 5 jaren, met aftrek van de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. Verder heeft de officier van justitie gevorderd dat ten aanzien van de zaak met parketnummer 15.166139.22 de schorsing van de voorlopige hechtenis moet worden opgeheven.
6.2
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om bij het opleggen van de straf in het voordeel van de verdachte rekening te houden met de regeling van de voorwaardelijke invrijheidstelling, waarbij het afhangt van de hoogte van de straf of een al dan niet voorwaardelijke straf aan de verdachte moet worden opgelegd.
6.3
Oordeel van de rechtbank
Bij de beslissing over de sanctie die aan de verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede door de persoon van de verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Ernst van het feit
De verdachte is medeplichtig geweest aan twee overvallen, waarbij hij de bestuurder van de vluchtauto was.
De eerste diefstal met geweld vond plaats op klaarlichte dag op de openbare weg. De overvallers hebben het slachtoffer, een kwetsbare oudere man, bewust uitgekozen met het doel om zijn Rolex te stelen. De verdachte heeft de twee overvallers met zijn auto opgehaald. Vervolgens heeft de verdachte met de overvallers het slachtoffer opgewacht en is achter de auto van het slachtoffer aangereden. Het slachtoffer reed naar de woning van zijn zoon in een woonwijk en ging daar naar binnen. De verdachte en de overvallers hebben in de auto gewacht totdat het slachtoffer weer naar buiten kwam. Toen het slachtoffer enige tijd later uit de woning kwam lopen en in zijn auto stapte, zijn de overvallers uit de auto van de verdachte gestapt, hebben het slachtoffer uit zijn auto getrokken, pepperspray in zijn gezicht gespoten en met kracht de Rolex van de pols van het slachtoffer getrokken. De verdachte heeft in zijn auto op de overvallers gewacht en heeft ze na de overval weggebracht.
Een half jaar later heeft de verdachte twee overvallers met zijn auto naar het casino in Bergen gebracht. De overvallers hebben een medewerkster van het casino, die buiten aan het roken was, onder dreiging van een geladen vuurwapen en een groot mes gedwongen het casino in te gaan en geld af te geven. In het casino zijn ook twee bezoekers met de wapens bedreigd. Bij de overval is een groot geldbedrag buitgemaakt.
De rechtbank rekent het de verdachte en zijn mededaders zwaar aan dat zij puur voor eigen gewin forse inbreuk hebben gemaakt op de belangen en de lichamelijke en psychische integriteit van de slachtoffers. De ervaring leert dat slachtoffers van dergelijke geweldsmisdrijven nog lange tijd de nadelige psychische gevolgen hiervan kunnen ondervinden. Dit volgt ook uit de schriftelijke onderbouwing van de door het slachtoffer van [slachtoffer 4] gestelde psychische schade als gevolg van de gewapende overval op het casino. Daarnaast dragen dit soort feiten bij aan gevoelens van angst, onrust en onveiligheid in de maatschappij, in het bijzonder bij de buurtbewoners en bij de getuigen van deze feiten.
Daarnaast weegt de rechtbank in het nadeel van de verdachte mee dat hij tijdens de schorsing van de voorlopige hechtenis in de eerste zaak (15.166139.22) opnieuw medeplichtig is geweest bij een overval, te weten in de tweede zaak (15.015747.23). De verdachte heeft ook bij dat feit alleen aan zijn eigen financieel gewin gedacht en zich op geen enkele wijze bekommerd om het welzijn en de gevoelens van de slachtoffers.
Persoon van de verdachte
Met betrekking tot de persoon van de verdachte heeft de rechtbank in het bijzonder gelet op het Uittreksel Justitiële Documentatie (strafblad) van de verdachte van 27 februari 2024, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder voor een soortgelijk feit is veroordeeld. Verder heeft de rechtbank gelet op het over de verdachte uitgebrachte adviezen, waaronder het advies van 22 mei 2024, van Reclassering Nederland.
Straf
Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van na te noemen duur moet worden opgelegd. De rechtbank overweegt daarbij dat de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden ook, en meer aangepast op de situatie van dat moment, in het kader van de detentiefasering kunnen worden opgelegd als voorwaarden bij de voorwaardelijke invrijheidsstelling.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan de verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.
Vordering ten aanzien van de voorlopige hechtenis
De rechtbank heeft het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte in de zaak met parketnummer 15.166139.22 onder voorwaarden geschorst. De verdachte heeft tijdens deze schorsing opnieuw een strafbaar feit gepleegd. Gelet op deze overtreding van de schorsingsvoorwaarden zal de rechtbank de vordering van de officier van justitie om het bevel tot schorsing van de voorlopige hechtenis op te heffen, toewijzen.

7.Verbeurdverklaring

De rechtbank is van oordeel dat de onder de verdachte in beslag genomen en niet teruggegeven auto van het merk Audi moet worden verbeurd verklaard. Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat het onder 2 subsidiair bewezen verklaarde feit met behulp van die auto, die aan de verdachte toebehoort is begaan.

8.Vordering benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel

De benadeelde partij [slachtoffer 4] heeft een vordering tot schadevergoeding van
€ 2.030,14 ingediend tegen de verdachte wegens materiële en immateriële schade die zij als gevolg van het onder 2 subsidiair ten laste gelegde feit zou hebben geleden, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag. De gestelde materiële schade bestaat uit reiskosten ter hoogte van € 7,20, parkeerkosten ter hoogte van € 1,00 en kosten ten behoeve van medicatie ter hoogte van € 21,94. De gestelde immateriële schade bedraagt € 2.000,-, bestaande uit psychische schade.
De verdediging heeft de vordering niet betwist.
De rechtbank is van oordeel dat de gestelde materiële en immateriële schade rechtstreeks voortvloeit uit het onder 2 subsidiair bewezen verklaarde feit. Voor vergoeding van de immateriële schade bestaat een wettelijke grondslag (art. 6:106 onder b van het Burgerlijk Wetboek) en vergoeding van die schade komt de rechtbank billijk voor gelet op de onderbouwing van de vordering en het verhandelde ter terechtzitting. De vordering zal dan ook worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 3 januari 2023 tot aan de dag der algehele voldoening.
Hoofdelijkheid
De rechtbank zal daarbij bepalen dat indien een medeverdachte dit bedrag geheel of gedeeltelijk heeft betaald, de verdachte in zoverre zal zijn bevrijd.
Proceskosten
Daarnaast dient de verdachte te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog moet maken. De tot op heden door de benadeelde partij gemaakte kosten worden vastgesteld op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
De rechtbank ziet als gevolg van het bewezen verklaarde handelen van de verdachte [kort gezegd: diefstal met geweld] aanleiding ter zake van de vordering van de benadeelde partij de schadevergoedingsmaatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht op te leggen.

9.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De volgende wetsartikelen zijn van toepassing:
33, 33a, 36f, 47, 48, 49, 57 en 312 van het Wetboek van Strafrecht.

10.Beslissing

De rechtbank:
Verklaart niet bewezen wat aan de verdachte onder 1 primair en 2 primair is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat de verdachte de onder 1 subsidiair en 2 subsidiair ten laste gelegde feiten heeft begaan zoals hiervoor onder 3.4. weergegeven.
Verklaart niet bewezen wat aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt hem daarvan vrij.
Bepaalt dat de onder 1 subsidiair en 2 subsidiair bewezen verklaarde feiten de hierboven onder 4. vermelde strafbare feiten opleveren.
Verklaart de verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van
28 MAANDEN.
Bepaalt dat de tijd die verdachte vóór de tenuitvoerlegging van dit vonnis in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Verklaart verbeurd:
- 1 STK Personenauto, kenteken [kenteken] (Goednummer: 1449961, grijs, merk: Audi, chassisnr: [chassisnummer] ).
Wijst toe de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partij [slachtoffer 4] geleden schade tot een bedrag van € 2.030,14, bestaande uit € 30,14 als vergoeding voor de materiële en € 2.000,00 als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 3 januari 2023 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 4] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
Veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging alsnog te maken.
Legt de verdachte als schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 4] de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.030,14, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 30 dagen gijzeling en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 3 januari 2023 tot aan de dag der algehele voldoening. De toepassing van de gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat betalingen door de verdachte aan de benadeelde partij in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de Staat en dat betalingen door de verdachte aan de Staat in mindering strekken op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij.
Bepaalt dat voor zover dit bedrag of een gedeelte daarvan reeds door of namens een medeverdachte aan de benadeelde partij en/of de Staat is betaald, de verdachte in zoverre van die verplichting zal zijn ontslagen.
Heft op de schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte in de zaak met parketnummer 15.166139.22.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door
mr. A.M.C. de Haan, voorzitter,
mr. M.J.C. Lommen en mr. S.J. Riem, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier mr. L.L. de Vries,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 13 juni 2024.
Bijlage
De bewijsmiddelen
De hierna vermelde processen-verbaal zijn in de wettelijke vorm opgemaakt door personen die daartoe bevoegd zijn en voldoen ook overigens aan de daaraan bij wet gestelde eisen.
De bewijsmiddelen zijn, ook in onderdelen, telkens slechts gebruikt tot het bewijs van het feit of de feiten waarop zij blijkens hun inhoud betrekking hebben.
De rechtbank heeft vastgesteld dat sprake is van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering. Gelet daarop zal worden volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen op grond waarvan de rechtbank tot een bewezenverklaring is gekomen.
Ten aanzien van feit 1 subsidiair:
- De bekennende verklaring van de verdachte, ter terechtzitting van 30 mei 2024 afgelegd;
- Een proces-verbaal van aangifte gedaan door [slachtoffer 1] , opgemaakt door de Politie Eenheid Noord-Holland d.d. 2 juli 2022 (dossierpagina’s 7-10).
Ten aanzien van feit 2 subsidiair:
- De bekennende verklaring van de verdachte, ter terechtzitting van 30 mei 2024 afgelegd;
- Een proces-verbaal van verhoor aangever [slachtoffer 2] , opgemaakt door de Politie Eenheid Noord-Holland d.d. 3 januari 2023 (dossierpagina's 150-152);
- Een proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 3] , opgemaakt door de Politie Eenheid Noord-Holland d.d. 4 januari 2023 (dossierpagina's 155-157);
- Een proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 3] , opgemaakt door de Politie Eenheid Noord-Holland d.d. 4 januari 2023 (dossierpagina's 307-308);
- Een proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 4] , opgemaakt door de Politie Eenheid Noord-Holland d.d. 4 januari 2023 (dossierpagina's 305-306);
- Een proces-verbaal van aangifte door [aangever] , opgemaakt door de Politie Eenheid Noord-Holland d.d. 4 januari 2023 (dossierpagina's 158-159);
- Een beeldopname, te weten een compilatie van beveiligingscamerabeelden van Flash Casino te Bergen d.d. 3 januari 2023, rechtspraak bestandsnaam: compilatie camerabeelden Winters (3);
- Een proces-verbaal van bevindingen onderzoek beveiligingsbeelden, opgemaakt door de Politie Eenheid Noord-Holland d.d. 4 januari 2023 (dossierpagina’s 185-192).