ECLI:NL:RBNHO:2024:10752

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
17 oktober 2024
Publicatiedatum
21 oktober 2024
Zaaknummer
11062681 BM VERZ 24-822
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Opheffing van bewind op verzoek van betrokkene ondanks twijfels over zelfredzaamheid

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 17 oktober 2024 uitspraak gedaan over het verzoek tot opheffing van een bewind dat op 31 januari 2012 was ingesteld. Verzoeker, die al lange tijd onder bewind staat, heeft aangevoerd dat hij geen schulden meer heeft en dat hij de regie over zijn financiën weer in eigen handen wil nemen. Hij heeft een gesprek gevoerd met een budgetcoach die hem wil begeleiden naar zelfredzaamheid. De bewindvoerder heeft echter twijfels geuit over de mogelijkheid van verzoeker om zelfstandig zijn financiën te beheren, gezien zijn eerdere financiële problemen en het beperkte budget dat hij ontvangt.

Tijdens de mondelinge behandeling op 17 september 2024 waren verzoeker, zijn budgetcoach en de bewindvoerder aanwezig. Verzoeker heeft aangegeven dat hij gemotiveerd is om te leren omgaan met zijn geld en dat hij ondersteuning van de budgetcoach heeft ingeschakeld. De coach heeft bevestigd dat verzoeker klaar is om stappen te zetten naar zelfredzaamheid. Ondanks de twijfels van de kantonrechter en de bewindvoerder over de financiële zelfredzaamheid van verzoeker, heeft de kantonrechter besloten het bewind op te heffen. De kantonrechter oordeelt dat verzoeker, na meer dan 12 jaar onder bewind te hebben gestaan, de kans moet krijgen om zijn financiële zaken zelf te beheren, met de ondersteuning van de budgetcoach.

De beslissing van de kantonrechter houdt in dat het bewind met ingang van twee weken na de uitspraak wordt opgeheven en dat de bewindvoerder een vergoeding voor zijn werkzaamheden mag in rekening brengen. Deze beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer: 11062681 BM VERZ 24-822 KVG/jb
Uitspraakdatum: 17 oktober 2024

Beschikking van de kantonrechter

op verzoek van:
[verzoeker] ,
geboren te [geboorteplaats] , [geboorteland] op [geboortedatum] ,
van wie het adres bekend is bij deze rechtbank,
hierna ook te noemen: verzoeker,
van wie de bewindvoerders zijn:
C. de Jongh en M.C. Duijn, h.o.d.n. De Jongh & Duijn Bewindvoering,
gevestigd te Hoorn,
hierna ook te noemen: bewindvoerder.

procedure

De kantonrechter heeft kennisgenomen van:
  • het verzoek, ter griffie ingekomen op 16 april 2024;
  • het verweer van bewindvoerder, ter griffie ingekomen op 22 mei 2024 en
  • de reactie van verzoeker op het verweer, ter griffie ingekomen op 4 juni 2024.
Op 17 september 2024 heeft een mondelinge behandeling van het verzoek plaatsgevonden. Daarbij waren aanwezig verzoeker en [coach] van reintegratiebureau Agros, en de heer M.C. Duijn, bewindvoerder.

verzoek en verweer

Het verzoek strekt tot opheffing van het bij beschikking op 31 januari 2012 ingestelde bewind over de goederen die aan verzoeker (zullen) toebehoren, op grond van zijn lichamelijke of geestelijke toestand. Daarnaast had verzoeker schulden.
Verzoeker heeft aangevoerd dat hij nu geen schulden meer heeft, hij al heel lang onder bewind staat en hij nu de regie weer in eigen handen wil nemen.
Verzoeker weet wel dat hij nog hulp nodig heeft bij het beheer van zijn financiën. Hij heeft daarom al een gesprek gevoerd met een budgetcoach die hem naar zelfredzaamheid wil begeleiden nadat het bewind is opgeheven.
Verzoekers inkomen is nu stabiel en hij heeft er vertrouwen in dat hij met ondersteuning van een budgetcoach zijn financiën op juiste wijze kan beheren.
Het lijkt de bewindvoerder onverstandig het bewind nu op te heffen. Bewindvoerder benadrukt de herhaaldelijke vraag van verzoeker om extra budget. Verzoeker krijgt tweemaal per maand leefgeld en eenmaal per maand €75,-- voor extra zaken. Per maand blijft echter weinig budget over. Verzoeker komt vaak niet uit met de bedragen die hij ontvangt. De bewindvoerder is bang dat verzoeker na opheffing van het bewind in financiële problemen komt.
beoordeling
Ingevolge artikel 1:449 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek kan de kantonrechter, indien de noodzaak daartoe niet meer bestaat, het bewind opheffen.
Verzoeker heeft ter zitting aangegeven dat hij nog niet zelfstandig zijn financiën kan beheren omdat hij dat bij de bewindvoerder niet geleerd heeft. Verzoeker heeft ook duidelijk gemaakt dat hij niet langer onder het bewind wil blijven. Hij weet dat hij veel fouten heeft gemaakt maar hij is nu gemotiveerd om met behulp van een budgetcoach financieel zelfredzaam te worden.
De [coach] heeft ter zitting ook aangegeven dat verzoeker heel graag wil leren omgaan met zijn geld en echt klaar is om nu stappen te zetten naar zelfredzaamheid. De coach staat achter het verzoek tot opheffing.
Hoewel de kantonrechter, net als de bewindvoerder niet de volle overtuiging heeft dat verzoeker zijn financiën zonder problemen zelfstandig kan beheren, is zij niettemin van oordeel dat het bewind opgeheven dient te worden. Verzoeker heeft laten zien dat hij gemotiveerd is om te leren omgaan met zijn geld zonder de bescherming van een bewindvoerder, nu hij al een budgetcoach heeft ingeschakeld. Mede gelet op de verklaring van verzoekers coach wil de kantonrechter verzoeker na ruim 12 jaar bewind, dan ook de gelegenheid geven om zijn financiële zaken zelf ter hand te nemen, met ondersteuning van een budgetcoach.
De beslissing luidt daarom als volgt.

beslissing

De kantonrechter:
  • heft op, met ingang van twee weken na heden, het bij beschikking van 31 januari 2012 ingestelde bewind over de goederen toebehorende aan [verzoeker] ;
  • verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
  • stelt vast dat de beloning die de bewindvoerder eenmalig voor de werkzaamheden betreffende het opmaken van de eindrekening en verantwoording in rekening mag brengen (thans) € 233,00 (exclusief btw) bedraagt.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.A.C.R.W. VerLoren van Themaat-van der Hoeven, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter