In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 17 oktober 2024 uitspraak gedaan over het verzoek tot opheffing van een bewind dat op 31 januari 2012 was ingesteld. Verzoeker, die al lange tijd onder bewind staat, heeft aangevoerd dat hij geen schulden meer heeft en dat hij de regie over zijn financiën weer in eigen handen wil nemen. Hij heeft een gesprek gevoerd met een budgetcoach die hem wil begeleiden naar zelfredzaamheid. De bewindvoerder heeft echter twijfels geuit over de mogelijkheid van verzoeker om zelfstandig zijn financiën te beheren, gezien zijn eerdere financiële problemen en het beperkte budget dat hij ontvangt.
Tijdens de mondelinge behandeling op 17 september 2024 waren verzoeker, zijn budgetcoach en de bewindvoerder aanwezig. Verzoeker heeft aangegeven dat hij gemotiveerd is om te leren omgaan met zijn geld en dat hij ondersteuning van de budgetcoach heeft ingeschakeld. De coach heeft bevestigd dat verzoeker klaar is om stappen te zetten naar zelfredzaamheid. Ondanks de twijfels van de kantonrechter en de bewindvoerder over de financiële zelfredzaamheid van verzoeker, heeft de kantonrechter besloten het bewind op te heffen. De kantonrechter oordeelt dat verzoeker, na meer dan 12 jaar onder bewind te hebben gestaan, de kans moet krijgen om zijn financiële zaken zelf te beheren, met de ondersteuning van de budgetcoach.
De beslissing van de kantonrechter houdt in dat het bewind met ingang van twee weken na de uitspraak wordt opgeheven en dat de bewindvoerder een vergoeding voor zijn werkzaamheden mag in rekening brengen. Deze beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.