ECLI:NL:RBNHO:2024:11449

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
31 oktober 2024
Publicatiedatum
7 november 2024
Zaaknummer
11091531 \ CV EXPL 24-1001
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing vordering tot betaling van intrekkingsprovisie op basis van algemene voorwaarden

In deze zaak heeft Cash2Collect B.V. een vordering ingesteld tegen een kinderdagverblijf, hierna aangeduid als gedaagde, met het verzoek om betaling van een intrekkingsprovisie van € 4.705,84. Deze vordering is gebaseerd op een incasso-overeenkomst die in januari 2023 is gesloten. Gedaagde heeft de incasso-opdrachten ingetrokken en Cash2Collect heeft daarop de intrekkingsprovisie in rekening gebracht. Gedaagde betwist de vordering en stelt dat er geen bepaalbare overeenkomst tot stand is gekomen, omdat de hoofdprestaties niet in de overeenkomst zijn neergelegd. Tevens stelt gedaagde dat de algemene voorwaarden vernietigbaar zijn, omdat deze niet tijdig ter hand zijn gesteld.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat er wel degelijk een bepaalbare overeenkomst tot stand is gekomen, maar dat de algemene voorwaarden van Cash2Collect niet rechtsgeldig zijn overeengekomen. De kantonrechter oordeelt dat gedaagde niet voldoende gelegenheid heeft gehad om kennis te nemen van de algemene voorwaarden, waardoor het beding betreffende de intrekkingsprovisie buiten toepassing moet worden gelaten. Aangezien dit de enige grondslag van de vordering was, heeft de kantonrechter de vordering van Cash2Collect afgewezen en de proceskosten voor rekening van Cash2Collect gesteld.

De uitspraak is gedaan op 31 oktober 2024 door de kantonrechter S. Slijkhuis in de Rechtbank Noord-Holland, locatie Zaanstad. De proceskosten zijn vastgesteld op € 677,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Zaanstad
Zaaknr./rolnr.: 11091531 \ CV EXPL 24-1001
Uitspraakdatum: 31 oktober 2024
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de besloten vennootschap
Cash2Collect B.V.
gevestigd te Almere
eiseres
verder te noemen: Cash2Collect
gemachtigde: mr. P. de Haan
tegen
[gedaagde], handelend onder de naam
[naam]
wonend in [plaats]
gedaagde
verder te noemen: [gedaagde]
gemachtigde: mr. B.J. den Hartog
De zaak in het kort
In deze zaak gaat het om de vraag of gedaagde (een kinderdagverblijf) wegens het intrekken van incasso-opdrachten op grond van de algemene voorwaarden een intrekkingsprovisie moet betalen. Dat is niet het geval, omdat het beding daarover in de algemene voorwaarden buiten toepassing moet worden gelaten. Niet is komen vast te staan dat er een redelijke mogelijkheid is geboden tot kennisneming van de algemene voorwaarden.

1.Het procesverloop

1.1.
Cash2Collect heeft bij dagvaarding van 1 mei 2024 een vordering tegen [gedaagde] ingesteld. [gedaagde] heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
Op 4 oktober 2024 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Voorafgaand aan de zitting heeft Cash2Collect bij brief van 16 september 2024 nog stukken toegezonden.

2.De feiten

2.1.
In januari 2023 heeft Cash2Collect met [gedaagde] een incasso-overeenkomst gesloten op grond waarvan Cash2Collect voor vorderingen van [gedaagde] minnelijke incassotrajecten start.
2.2.
In opdracht van [gedaagde] heeft Cash2Collect meerdere vorderingen in behandeling genomen.
2.3.
Per e-mail van 23 oktober 2023 heeft [gedaagde] onder meer het volgende aan Cash2Collect laten weten:
“Per direct dienen de volgende zaken beëindigd te worden aangezien er tot op heden geen betalingen van de debiteur heeft plaatsgevonden. (…) Mocht ik een debiteur over het hoofd hebben gezien dan dient u deze ook mee te nemen in mijn verzoek tot beëindigen van de procedure.”.
2.4.
Cash2Collect heeft per e-mail van 23 oktober 2023 gevraagd of het klopt dat zij alle aan Cash2Collect uit handen gegeven vorderingen per direct wenst te sluiten. Hierop heeft [gedaagde] niet gereageerd. Op 31 oktober 2024 heeft Cash2Collect [gedaagde] per e-mail nogmaals gevraagd om het intrekken van de vorderingen te bevestigen. Dit heeft [gedaagde] niet gedaan.
2.5.
Na het uitblijven van een reactie van [gedaagde] heeft Cash2Collect de incassowerkzaamheden beëindigd en de aangegeven dossiers gesloten. Vervolgens heeft Cash2Collect aan [gedaagde] de hiervoor op grond van (artikel 6.11 van) de algemene voorwaarden verschuldigde intrekkingsprovisie in rekening gebracht, wat voor alle vorderingen tezamen een bedrag van € 4.086,89 inhoudt.

3.De vordering en het verweer

3.1.
Cash2Collect vordert dat de kantonrechter [gedaagde] veroordeelt tot betaling van € 4.705,84. Dit bedrag bestaat uit € 4.086,89 aan hoofdsom (intrekkingsprovisie), € 85,26 aan wettelijke handelsrente (tot en met 13 maart 2024) en € 533,69 aan buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met verdere wettelijke handelsrente en de proceskosten. Cash2Collect legt aan de vordering ten grondslag – kort weergegeven – dat [gedaagde] wegens de intrekking van de incasso-opdracht op basis van de overeenkomst tussen partijen en artikel 6.11 van de algemene voorwaarden de intrekkingsprovisie van 15% over de ter incasso gegeven hoofdsom is verschuldigd. Dit bedrag heeft zij, ondanks sommaties, niet voldaan. Hierdoor is [gedaagde] naast de hoofdsom ook de wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd.
3.2.
[gedaagde] betwist de vordering. Zij voert aan – samengevat – dat er geen (bepaalbare) overeenkomst tot stand is gekomen tussen partijen, want de hoofdprestaties zijn niet neergelegd in de overeenkomst, zodat Cash2Collect zich ook niet op nakoming daarvan kan beroepen. Verder voert [gedaagde] aan dat de algemene voorwaarden vernietigd moeten worden, omdat deze niet vóór of tijdens het sluiten van de overeenkomst ter hand zijn gesteld. [1] Ook doet [gedaagde] een beroep op de reflexwerking, omdat zij in de hoedanigheid van haar bedrijf niet of nauwelijks te onderscheiden is van een consument. Hierdoor moeten de algemene voorwaarden worden getoetst aan de grijze en zwarte lijst. [2] Ook zijn de regels die op de overeenkomst staan verwarrend en moeten die zo uitgelegd worden dat [gedaagde] op grond van die regels niets verschuldigd is aan Cash2Collect. Enkele jaren terug gebruikte Cash2Collect namelijk de slogan ‘’no cure no pay’’, maar op dit moment gebruikt zij de slogan ‘’Fair Fee’’. [gedaagde] is met het oog op de eerste slogan de relatie met Cash2Collect aangegaan. Tot slot voert [gedaagde] aan dat Cash2Collect erg weinig werkzaamheden heeft verricht ten aanzien van de door [gedaagde] ingebrachte acht facturen. Er hebben maar drie deelbetalingen plaatsgevonden op drie facturen. Er is dus niet gebleken dat Cash2Collect voldoende inspanningen heeft geleverd en het geheel maakt een tamelijk rommelige indruk op [gedaagde] .

4.De beoordeling

4.1.
De vraag die in deze zaak beantwoord moet worden is of [gedaagde] de gevorderde intrekkingsprovisie aan Cash2Collect moet betalen.
Is er een bepaalbare overeenkomst tussen partijen tot stand gekomen?
4.2.
[gedaagde] heeft aangevoerd dat tussen partijen geen overeenkomst, althans geen bepaalbare overeenkomst [3] , tot stand is gekomen, omdat de hoofdprestaties van partijen niet in de overeenkomst zijn neergelegd. De kantonrechter volgt [gedaagde] hierin niet en overweegt hiertoe als volgt.
4.3.
Bij de beoordeling van de vraag of tussen Cash2Collect en [gedaagde] een bepaalbare overeenkomst tot stand is gekomen, op grond waarvan Cash2Collect voor vorderingen van [gedaagde] minnelijk-incassotrajecten tot stand brengt, geldt het volgende. Een overeenkomst komt tot stand na aanbod en aanvaarding daarvan. Verder dient onder meer de inhoud van de overeenkomst (de verbintenissen die partijen op zich nemen) voldoende bepaalbaar te zijn. Ter zitting is gebleken dat [gedaagde] , na eerdere slechte ervaringen met andere incassobureaus, voor het sluiten van de overeenkomst in november 2022 langdurig telefonisch contact heeft gehad met (de directeur van) Cash2Collect. Tijdens dat gesprek is onder meer de werkwijze van Cash2Collect uiteengezet. Vervolgens heeft [gedaagde] er goed over nagedacht of zij met Cash2Collect in zee wilde gaan en in januari 2023 heeft zij besloten om Cash2Collect inderdaad in te schakelen voor de incasso van haar vorderingen. Vervolgens heeft zij het daartoe door Cash2Collect toegezonden document (productie 2 bij de dagvaarding) uitgeprint, ingevuld en ondertekend. Tussen partijen is aldus een overeenkomst tot stand gekomen die naar het oordeel van de kantonrechter voldoende bepaalbaar is. Met de ondertekening van het document heeft [gedaagde] Cash2Collect de opdracht heeft gegeven om, tegen betaling, voor haar incassowerkzaamheden te verrichten, waarbij het blijkens het document uitdrukkelijk gaat om een “Fair Fee” (ofwel: een redelijke vergoeding). Daarbij is van belang dat bovenaan op het document staat “Ja, ik wil een incasso overeenkomst met Cash2Collect B.V.”. Indien [gedaagde] vragen had over of twijfels had bij de inhoud of strekking van de door haar met Cash2Collect te sluiten overeenkomst, dan had het op haar weg gelegen om daarover bij Cash2Collect nadere informatie op te vragen, zeker omdat [gedaagde] ook ervaring had met andere incassobureaus. Zij wist dus waar zij op moest letten. Dat heeft [gedaagde] niet gedaan, omdat zij, zo heeft [gedaagde] op zitting verklaard, geen vragen had en geen gekke dingen in het document zag staan. Zij heeft er zelf voor heeft gekozen om het document te ondertekenen en op grond van dat ondertekende formulier aan Cash2Collect, in ieder geval acht, incasso-opdrachten te verstrekken. [gedaagde] kan Cash2Collect daarom achteraf niet alsnog tegenwerpen dat er sprake was van onduidelijkheid en zich erop beroepen dat tussen partijen geen duidelijke overeenkomst tot stand is gekomen.
4.4.
Gelet op het voorgaande is tussen partijen een overeenkomst tot stand gekomen die voldoende bepaalbaar is en die partijen dan ook gehouden zijn om over en weer na te komen.
Zijn partijen de algemene voorwaarden van Cash2Collect overeengekomen?
4.5.
Niet ter discussie staat dat de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden van Cash2Collect is overeengekomen. Dit blijkt uit de zin die op de overeenkomst staat: “Middels ondertekening van deze overeenkomst ga ik akkoord met de algemene voorwaarden van Cash2Collect gevestigd in Almere.”. [gedaagde] heeft door middel van een “X” aangegeven dat zij akkoord is gegaan met de algemene voorwaarden.
Zijn de algemene voorwaarden van Cash2Collect vernietigbaar?
4.6.
De in de algemene voorwaarden opgenomen bedingen zijn echter vernietigbaar indien [gedaagde] geen redelijke mogelijkheid is geboden om van de algemene voorwaarden kennis te nemen. [4] [gedaagde] heeft dat betwist en beroept zich daarom op de vernietiging van deze bedingen, waarbij het in dit geval gaat om het voor de beoordeling relevante artikel 6.11 van de algemene voorwaarden, waarin de verschuldigdheid van een intrekkingsprovisie is neergelegd. Dat vormt immers de grondslag van de vordering van Cash2Collect.
4.7.
De kantonrechter stelt in dit verband voorop dat de hiervoor weergegeven uitdrukkelijke akkoordverklaring met de algemene voorwaarden door middel van het plaatsen van een “X”, anders dan Cash2Collect veronderstelt, niet ook betekent dat daarmee een redelijke mogelijkheid tot kennisneming is geboden. Uit deze akkoordverklaring kan uitsluitend een afspraak over de toepasselijkheid worden afgeleid die moet worden onderscheiden van de mogelijkheid tot kennisneming.
4.8.
Een redelijke mogelijkheid als hiervoor bedoeld is onder meer geboden indien de algemene voorwaarden voor of bij het sluiten van de overeenkomst aan [gedaagde] ter hand zijn gesteld. [5] Dat dit is gebeurd, is niet vast komen te staan, reeds omdat Cash2Collect daarover niets concreets heeft gesteld. Cash2Collect heeft op zitting desgevraagd nog wel verklaard dat zij bij iedere nieuwe incasso-opdracht (bij het aanbieden van een vordering) een opdrachtbevestiging aan de opdrachtgever toestuurt, waarbij ook de algemene voorwaarden worden toegestuurd, maar daarmee wordt niet aan de wet voldaan. Die vereist immers de terhandstelling vóór of bij het sluiten van de overeenkomst, en niet daarna. Het meesturen van de algemene voorwaarden bij de bevestiging van iedere afzonderlijke opdracht is dan ook te laat, omdat de overeenkomst tot het verrichten van incassowerkzaamheden toen al tot stand was gekomen. Bovendien heeft Cash2Collect deze stelling op geen enkele wijze onderbouwd met concrete gegevens en door bijvoorbeeld het inbrengen van de opdrachtbevestigingen.
4.9.
Cash2Collect heeft verder gesteld dat [gedaagde] van de algemene voorwaarden kennis heeft kunnen nemen doordat deze op de website van Cash2Collect zijn gepubliceerd [6] , maar ook deze stelling leidt niet tot het oordeel dat aan [gedaagde] een redelijke mogelijkheid tot kennisneming is geboden. [gedaagde] heeft deze stelling van Cash2Collect weersproken en Cash2Collect heeft haar stelling niet onderbouwd. Cash2Collect heeft niet onderbouwd dat er in januari 2023 – toen de overeenkomst tussen partijen tot stand kwam – algemene voorwaarden op haar website waren gepubliceerd en welke versie dat was, waarbij van belang is dat ter zitting is gebleken dat er verschillende versies zijn (gedateerd en ongedateerd).
4.10.
Cash2Collect heeft niet aangeboden om haar stellingen op dit punt nader te onderbouwen. Ook heeft zij ter zake de kennisneming van de algemene voorwaarden geen bewijsaanbod gedaan. Aan bewijslevering zou ook niet worden toegekomen, omdat Cash2Collect niet aan haar stelplicht heeft voldaan.
4.11.
Gelet op het voorgaande slaagt de door [gedaagde] ingeroepen vernietiging en moet artikel 6.11 van de algemene voorwaarden buiten toepassing worden gelaten. Nu dit de enige grondslag is van de vordering en Cash2Collect geen subsidiaire grondslag voor haar vordering heeft aangevoerd, betekent dit dat [gedaagde] niet gehouden is een intrekkingsprovisie te betalen.
De conclusie
4.12.
De conclusie is dat de kantonrechter de vordering van Cash2Collect zal afwijzen.
4.13.
De proceskosten (inclusief de nakosten) komen voor rekening van Cash2Collect, omdat zij ongelijk krijgt. De proceskosten worden aan de kant van [gedaagde] begroot op € 542,00 aan salaris gemachtigde en € 135,00 aan nakosten, te vermeerderen met de verhoging zoals vermeld in de beslissing.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
wijst de vordering af;
5.2.
veroordeelt Cash2Collect tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor [gedaagde] worden vastgesteld op € 677,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als Cash2Collect niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend.
Dit vonnis is gewezen door mr. S. Slijkhuis en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter

Voetnoten

1.Zie artikel 6:233, onder b, Burgerlijk Wetboek (BW).
2.Zie artikel 6:236 en 6:237 BW.
3.Artikel 6:227 BW.
4.Artikel 6:233, onder b, BW.
5.Artikel 6:234 lid 1 BW.
6.Artikel 6:234 lid 2 BW.