ECLI:NL:RBNHO:2024:1569

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
21 februari 2024
Publicatiedatum
16 februari 2024
Zaaknummer
10485762 \ CV EXPL 23-2728
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding koopovereenkomst oldtimer camper wegens non-conformiteit en terugbetaling koopsom

In deze zaak heeft de kantonrechter te Haarlem op 21 februari 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, vertegenwoordigd door mr. N. Vis, en een gedaagde, vertegenwoordigd door mr. T. Geerdink, over de ontbinding van een koopovereenkomst van een oldtimer camper. De eiser had op 2 juni 2022 een camper gekocht van de gedaagde, die als professioneel verkoper optrad. Na de aankoop bleek de camper echter serieuze gebreken te vertonen, die niet overeenkwamen met de mededelingen van de gedaagde over de technische staat van de camper. De eiser heeft de gedaagde meerdere keren de kans gegeven om de gebreken kosteloos te herstellen, maar de gedaagde heeft hier geen gebruik van gemaakt. De eiser heeft vervolgens de koopovereenkomst ontbonden en vorderde terugbetaling van de koopsom van € 6.250,-, alsook schadevergoeding voor de kosten die zij had gemaakt in verband met de gebreken aan de camper.

De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde toerekenbaar tekort was geschoten in de nakoming van de koopovereenkomst, omdat de camper niet voldeed aan de verwachtingen die de eiser op basis van de mededelingen van de gedaagde mocht hebben. De kantonrechter verklaarde de koopovereenkomst ontbonden en veroordeelde de gedaagde tot terugbetaling van de koopsom, vermeerderd met wettelijke rente. Daarnaast werd de gedaagde veroordeeld om de camper terug te nemen en een vrijwaringsbewijs af te geven. De kantonrechter kende ook schadevergoeding toe voor de kosten die de eiser had gemaakt als gevolg van de non-conformiteit van de camper, evenals buitengerechtelijke incassokosten. De gedaagde werd verder veroordeeld in de proceskosten van de eiser.

Uitspraak

RECHTBANKNOORD-HOLLAND
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Haarlem
Zaaknummer: 10485762 \ CV EXPL 23-2728
Vonnis van 21 februari 2024
in de zaak van
[eiser],
te [plaats 1],
eisende partij,
hierna te noemen: [eiser],
gemachtigde: mr. N. Vis,
tegen
[gedaagde], handelend onder de naam [bedrijf],
te [plaats 2],
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde],
gemachtigde: mr. T. Geerdink.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 23 augustus 2023
- de mondelinge behandeling van 4 december 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De zaak in het kort

2.1.
[gedaagde] heeft uitdrukkelijke mededelingen gedaan over de goede technische staat van de camper. Er kleven echter serieuze gebreken aan de camper. Daarom voldoet de camper niet aan wat [eiser] ervan mocht verwachten. [eiser] heeft [gedaagde] de kans geboden de camper kosteloos te repareren. Hij heeft hiervan geen gebruik gemaakt. [eiser] mocht de koopovereenkomst dan ook ontbinden. [gedaagde] dient de koopprijs terug te betalen, de camper op te halen en een vrijwaringsbewijs af te geven. [eiser] heeft daarnaast schade geleden en kosten gemaakt om de schade en aansprakelijkheid vast te stellen. Deze schade en kosten dient [gedaagde] te vergoeden. De vorderingen van [eiser] worden daarom grotendeels toegewezen.
3. De feiten
3.1.
[eiser] heeft, als koper, op 2 juni 2022 een koopovereenkomst gesloten met [gedaagde], als professioneel verkoper, over de koop van een gebruikte (
old timer) camper uit het bouwjaar 1987 van het merk Ford, type Westfalia Nugget (hierna: de camper).
3.2.
[gedaagde] heeft de camper geadverteerd op zijn website. In de advertentie van de camper is onder meer opgenomen:

De bus is door ons technisch helemaal opgeknapt en APK klaar gemaakt, hij heeft dus 2 JAAR APK!!!! Hij mag wat aandacht gebruiken qua optisch maar hij rijd en schakelt zeer goed, hij rijd als een echte oldtimer.”
3.3.
Voorafgaand aan de koop hebben partijen in mei 2022 telefonisch contact gehad over de camper. Telefonisch heeft [gedaagde] aan [eiser] meegedeeld dat de camper technisch gezien in zijn geheel was opgeknapt en voor twee jaar APK was goedgekeurd. [gedaagde] heeft tijdens dit contact ook meegedeeld dat de camper een aantal roestplekjes had, welke door [eiser] zelf hersteld zouden kunnen worden. Daarnaast heeft [gedaagde] aangegeven dat de camper APK technisch helemaal is nagekeken en dat er voor de keuring roestplekken onder de camper zaten maar dat die er helemaal zijn uitgehaald en er nieuwe stukken zijn ingelast. Tot slot heeft [gedaagde] aangegeven dat de camper niet heel veel meer onderhoud zou hebben dan andere campers.
3.4.
Op 2 juni 2022 heeft [eiser] de camper op locatie bekeken en er een proefrit mee gemaakt, waarna zij de camper heeft gekocht van [gedaagde] voor een bedrag van € 6.250,00 en met de camper is teruggereden naar haar woonplaats. Op de terugweg begon de camper te schokken en is deze tot stilstand komen te staan, waarna de camper door de ANWB naar garagebedrijf Rekelhof B.V. (hierna: Rekelhof) is gesleept. Die avond heeft [eiser] [gedaagde] over het voorval geïnformeerd.
3.5.
Nadien heeft [eiser] naar eigen zeggen nog een handvol keren in de camper gereden, waarbij zij steeds opnieuw technische problemen ondervond waaronder het vaker moeten bijvullen van koelvloeistof dan gebruikelijk, het schokken van de camper en het feit dat de camper niet reageerde als het gaspedaal werd ingetrapt.
3.6.
Op 6 juli 2022 heeft [eiser] aan Rekelhof opdracht gegeven om de camper te onderzoeken. Rekelhof heeft, na het inspecteren van de camper, aan [eiser] het volgende overzicht overhandigd:
3.7.
[eiser] heeft naar aanleiding van de constateringen van Rekelhof contact opgenomen met [gedaagde] en de constateringen met hem gedeeld. In reactie daarop heeft [gedaagde] laten weten dat hij contact had opgenomen met het bedrijf dat de camper APK heeft gekeurd en dat dit bedrijf heeft aangegeven dat de camper gewoon goed moet zijn omdat hij anders niet APK goedgekeurd had mogen worden. Ook heeft [gedaagde] aangegeven dat [eiser] de camper bij dit bedrijf mocht langsbrengen zodat ze het samen konden doorlopen.
3.8.
Op 27 september 2022 heeft de gemachtigde van [eiser] een brief gestuurd aan [gedaagde] waarin laatstgenoemde gesommeerd is om de gebreken aan de camper binnen een maand kosteloos te herstellen. Ook heeft de gemachtigde van [eiser] aangegeven dat als de gebreken niet tijdig zouden zijn hersteld, zij de koopovereenkomst zou ontbinden. In reactie hierop heeft [gedaagde] meegedeeld dat hij de brief heeft doorgestuurd aan zijn verzekeraar.
3.9.
Op 1 november 2022 heeft de gemachtigde van [eiser], vanwege het uitblijven van een reactie, meegedeeld dat zij de koopovereenkomst per 29 oktober 2022 als ontbonden beschouwt en gevorderd dat [gedaagde] de aankoopsom aan [eiser] terugbetaalt.

4.Het geschil

4.1.
[eiser] vordert – samengevat – een verklaring voor recht dat de koopovereenkomst tussen partijen is ontbonden, althans dat deze overeenkomst ontbonden wordt. Verder vordert [eiser] dat [gedaagde] de aankoopsom van € 6.250,- terugbetaalt met wettelijke rente, hij verplicht wordt om de camper weer terug te nemen en hij de schade van [eiser] vergoedt.
4.2.
[gedaagde] voert verweer. [gedaagde] concludeert tot niet-ontvankelijkheid van [eiser], dan wel tot afwijzing van de vorderingen van [eiser], met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van [eiser] in de kosten van deze procedure.
4.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

5.De beoordeling

5.1.
[eiser] legt, kortgezegd, aan haar vorderingen ten grondslag dat zij de overeenkomst mocht ontbinden omdat [gedaagde] toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de koopovereenkomst nu sprake is van non-conformiteit in de zin van artikel 7:17 van het Burgerlijk Wetboek (BW). De camper bezit namelijk niet de eigenschappen die [eiser] mocht verwachten en voor normaal gebruik van de camper nodig zijn, gelet op de volgende gebreken:
  • de carburateur werkt niet naar behoren;
  • de motor raakt oververhit tijdens het rijden;
  • er is sprake van koelvloeistoflekkage;
  • de accu is niet deugdelijk bevestigd;
  • het stuurhuishoes is defect;
  • de wielremcilinder rechtsachter is (vermoedelijk) lek;
  • diverse slangen en leidingen zijn gebrekkig;
  • de algehele staat van de carrosserie is slecht; de achterklep van de camper, de wielkasten en beide voordeuren zijn doorgeroest; en
  • het onderdeel van de camper aan de voorkant is doorgeroest en is hersteld met duct tape en teer.
5.2.
[gedaagde] voert hiertegen aan dat hij de camper niet zelf heeft kunnen inspecteren en dus niet kan vaststellen of de camper deze gebreken daadwerkelijk vertoont. Hij betwist daarom het bestaan van deze gebreken. Daarnaast voert [gedaagde] aan dat [eiser] de camper uitdrukkelijk zonder garantie heeft gekocht en dat het gaat om een
old timercamper die (vanwege haar leeftijd) nooit vrij is van technische mankementen. [eiser] heeft daarom niet voldaan aan de op haar rustende onderzoeksplicht. De camper beantwoordt ook aan de overeenkomst omdat deze, na de nodige herstelwerkzaamheden, door de APK is gekomen. Tot slot betwist [gedaagde] dat een causaal verband bestaat tussen de non-conformiteit en de door [eiser] geleden schade.
5.3.
De kantonrechter dient als eerste te beoordelen of de camper beantwoordt aan de koopovereenkomst die partijen gesloten hebben. Daarbij staat voorop dat deze overeenkomst is aangegaan tussen [eiser] als consument en [gedaagde] als professionele verkoper en dus sprake is van een consumentenkoop. Voor een dergelijke koop bepaalt artikel 7:17 lid 1 BW dat de afgeleverde zaak moet beantwoorden aan de overeenkomst. Lid 2 van ditzelfde artikel bepaalt dat de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt als de zaak, mede gelet op de aard van de zaak en de mededelingen van de verkoper over de zaak, niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten.
5.4.
In dit verband hecht de kantonrechter veel waarde toe aan de uitdrukkelijke mededelingen die [gedaagde] als professioneel verkoper over de camper heeft gedaan voorafgaand aan de koop. Vast staat dat hij, in ieder geval in het telefonisch contact en in de advertentie, heeft meegedeeld dat de camper technisch helemaal was opgeknapt, door de APK is gekomen en het nog benodigde onderhoud vooral zag op optische verbeteringen. Daarnaast heeft [gedaagde] uitdrukkelijk meegedeeld dat de verroeste onderdelen (aan de onderkant) van de camper zouden zijn verwijderd en daarvoor in de plaats nieuwe onderdelen zouden zijn ingelast.
5.5.
De kantonrechter is van oordeel dat [eiser] op basis van deze mededelingen mocht verwachten dat de camper in ieder geval technisch zodanig in orde zou zijn dat daarmee normaal gereden kon worden. Dat is echter niet het geval gebleken, aangezien de camper soms spontaan begon met schokken tijdens het rijden en de camper niet reageerde als het gaspedaal wordt ingetrapt. Dat er het nodige mankeert aan de camper blijkt daarnaast uit de constateringen van Rekelhof en het feit dat de camper nu al ruim anderhalf jaar stilstaat.
5.6.
Hoewel de kantonrechter het met [gedaagde] eens is dat de door Rekelhof geconstateerde gebreken slechts beperkt op papier zijn uitgewerkt, heeft [gedaagde] ten onrechte nagelaten om zelf (kosteloos) onderzoek te (laten) verrichten aan de camper. Dit had wel op zijn weg gelegen als professionele verkoper van campers, omdat hij dan zelf zou kunnen verifiëren wat er aan de camper mankeerde. In dit licht is de enkele betwisting van de stellingen van [eiser], omdat [gedaagde] zelf de gebreken niet heeft kunnen controleren, onvoldoende.
5.7.
Dat [gedaagde] heeft aangeboden de camper kosteloos te zullen (laten) ophalen, onderzoeken en repareren is de kantonrechter niet gebleken. Dit volgt ook niet uit de schriftelijke verklaring van [gedaagde]. Sterker nog, hij heeft op zitting aangegeven dat hij niet inziet waarom hij de camper kosteloos zou moeten ophalen en onderzoeken, ondanks dat [eiser] heeft aangegeven niet meer in de camper te kunnen rijden. De kantonrechter gaat dan ook voorbij aan de stellingen van [gedaagde] dat hij meerdere oplossingen heeft aangeboden om de camper kosteloos te onderzoeken en herstellen.
5.8.
Bovendien blijkt in ieder geval uit de door [eiser] overgelegde foto’s, zoals ook door Rekelhof is geconstateerd, dat (de voorkant van) het onderstel van de camper in verregaande mate is doorgeroest. Dit terwijl [eiser] op basis van de uitdrukkelijke mededelingen van [gedaagde] mocht verwachten dat alle verroeste onderdelen waren verwijderd en dat er nieuwe onderdelen waren ingelast en het benodigde onderhoud beperkt was tot optische elementen. Het komt de kantonrechter aannemelijk voor dat de onderkant dusdanig verroest is dat dit het normale gebruik van de camper in de weg staat.
5.9.
Het verweer van [gedaagde] dat de camper conform is, omdat deze door de APK is gekomen slaagt niet. [gedaagde] heeft namelijk, zoals hiervoor overwogen, uitdrukkelijke mededelingen gedaan over de toestand van de camper die verder los staan van het feit dat de camper door de APK is gekomen. Voor zover [gedaagde] zich op het standpunt stelt dat hij erop mocht vertrouwen dat de camper in goede staat verkeerde omdat de camper door de APK is gekomen, raakt dat de relatie tussen [gedaagde] en degene die de APK keuring heeft uitgevoerd. Dit bevrijdt [gedaagde] niet van zijn verplichtingen jegens [eiser].
5.10.
Ook het verweer van [gedaagde] dat [eiser] niet aan haar onderzoeksplicht heeft voldaan of deze gebreken kon verwachten bij een oldtimer camper slagen niet, gelet op de uitdrukkelijke mededelingen van [gedaagde] over de technische staat van de camper. [eiser] mocht in beginsel uitgaan van de juistheid van de mededelingen van [gedaagde] als professioneel camperverkoper, als gevolg waarvan zij niet gehouden was om nader onderzoek te doen naar de toestand van de camper op deze punten.
5.11.
Alles bij elkaar is de kantonrechter van oordeel dat er serieuze gebreken aan de camper kleven als gevolg waarvan de camper non-conform in de zin van artikel 7:17 BW is in het licht van de uitdrukkelijke mededelingen van [gedaagde] over de technische staat van de camper. Dat betekent dat de camper niet voldoet aan wat [eiser] ervan mocht verwachten. Aangezien [eiser] aan [gedaagde] de kans heeft geboden de camper kosteloos te repareren en hiervan geen gebruik is gemaakt door [gedaagde], was [eiser] gerechtigd om de koopovereenkomst te ontbinden overeenkomstig artikel 7:22 lid 1 BW. De kantonrechter zal daarom voor recht verklaren dat de koopovereenkomst ten aanzien van de camper is ontbonden en zal [gedaagde] veroordelen tot terugbetaling van de aankoopsom van € 6.250,00. Over dit bedrag zal de wettelijke rente vanaf 29 oktober 2022 worden toegewezen, aangezien [gedaagde] vanaf dat moment in verzuim verkeerde.
5.12.
Gelet op het voorgaande en de omstandigheid dat [gedaagde] geen nader verweer heeft gevoerd tegen de veroordeling om de camper terug te moeten nemen en het vrijwaringsbewijs af te geven, wordt deze vordering eveneens toegewezen.
5.13.
Ten aanzien van de door [eiser] gevorderde gevolgschade, bestaande uit de motorrijtuigenbelasting, de verzekeringspremie in combinatie met het lidmaatschap van de Nederlandse Kampeerauto Club (NKC) en de gemaakte onderzoeks- en reparatiekosten, overweegt de kantonrechter als volgt.
5.14.
[gedaagde] betwist dat het noodzakelijk was om een lidmaatschap af te sluiten bij de NKC, als gevolg waarvan deze kosten voor rekening van [eiser] dienen te blijven. De kantonrechter gaat hier niet in mee, aangezien [eiser] voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat dit lidmaatschap benodigd was om een voordelige verzekering voor de camper te kunnen afsluiten via de NKC.
5.15.
[gedaagde] heeft voorts betwist dat causaal verband bestaat tussen de non-conformiteit en de schade, omdat [eiser] deze kosten ook gemaakt zou hebben als een conforme zaak was geleverd. Of sprake is van causaal verband tussen de tekortkoming in de nakoming en de schade, kan beoordeeld worden op basis van een vergelijking van twee scenario’s, namelijk het scenario waarin een conforme zaak geleverd zou zijn en het scenario waarin een non-conforme zaak geleverd is. De kantonrechter is het met [gedaagde] eens dat [eiser] in het scenario waarin een conforme zaak geleverd zou zijn geweest, ook de motorrijtuigenbelasting en de verzekeringspremies in combinatie met het lidmaatschap van de NKC had moeten betalen. In zoverre ontbreekt het causaal verband tussen de non-conformiteit en deze kosten.
5.16.
Het causaal verband ontbreekt echter niet ten aanzien van alle door [eiser] geleden gevolgschade. Er is namelijk ook een periode geweest waarin [eiser] de ontbinding van de koopovereenkomst heeft ingeroepen, maar [gedaagde] deze niet heeft nageleefd door de camper niet terug te nemen van [eiser]. Ook in die periode bleef [eiser] verplicht om de camper te verzekeren en wegenbelasting te betalen, terwijl zij dit niet had hoeven doen als [gedaagde] de camper had teruggenomen. Vanaf het moment van ontbinding zijn de door [eiser] gemaakte kosten met betrekking tot de camper onnodig gemaakt, althans het rechtstreekse gevolg van de weigering van [gedaagde] om gehoor te geven aan de ontbinding. Deze kosten staan zodoende wel in causaal verband tot het handelen van [gedaagde]. Uitgaande van de ontbindingsdatum van 1 november 2022 dient [gedaagde] tot 1 maart 2024 aan [eiser] te vergoeden:
  • € 368,46 (€ 138 per 6 maanden x 2,67 voor 16 maanden) aan motorvoertuigenbelasting
  • € 1.099,26 (€ 64,86 x 16 maanden + € 61,50 aan contributie) aan verzekeringspremies en lidmaatschapskosten NKC
Totaal: € 1.467,72
5.17.
De kantonrechter wijst ook de door [eiser] gevorderde onderzoeks- en reparatiekosten toe. De hoogte van deze kosten zijn niet door [gedaagde] betwist. Hij betwist enkel het causaal verband tussen deze kosten en de non-conformiteit. Dit verweer gaat echter niet op, omdat deze kosten niet gemaakt zouden zijn als de camper wel aan de overeenkomst zou voldoen. De kantonrechter neemt daarom aan dat causaal verband bestaat tussen de schade en de non-conformiteit en wijst de kosten toe. Daarbij komt dat de onderzoekskosten vallen onder redelijke kosten ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid en derhalve reeds toewijsbaar zijn op grond van artikel 6:96 lid 2 sub b BW.
5.18.
[eiser] vordert ook vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. De hoofdvordering valt onder het toepassingsbereik van het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit). Aangezien het door [eiser] gevorderde bedrag van € 831,88 niet meer is dan het maximum bedrag dat volgens het Besluit kan worden toegewezen, wijst de kantonrechter het bedrag van € 831,88 inclusief btw toe.
5.19.
[gedaagde] is de partij die grotendeels ongelijk krijgt en hij zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. [eiser] heeft geprocedeerd op basis van een toevoeging. Eisende partijen met een toevoeging betalen een lager griffierecht. Verder worden in dat geval de kosten van de deurwaarder voor het uitbrengen van het exploot en/of advertentiekosten van rijkswege vergoed. Die kosten zijn dus niet voor rekening van [eiser]. [eiser] heeft aan de deurwaarder slechts de in het exploot opgenomen kosten voor verschotten hoeven voldoen (artikel 40 lid 1 van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000). Gelet op het voorgaande wordt [gedaagde] veroordeeld tot betaling aan [eiser] van het lagere griffierecht, de verschotten en ten slotte tot vergoeding van het hierna vast te stellen salaris van de gemachtigde. Deze vergoeding voor het salaris moet door de gemachtigde worden verrekend met de op grond van de Wet op de rechtsbijstand aan de gemachtigde toegekende vergoeding.
5.20.
Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van [eiser] als volgt vastgesteld:
- griffierecht
86,00
- salaris gemachtigde
678,00
(2,00 punten × € 339,00)
Totaal
764,00
5.21.
Daarbij wordt [gedaagde] ook veroordeeld tot betaling van € 135,00 aan nasalaris, voor zover daadwerkelijk nakosten door [eiser] worden gemaakt.

6.De beslissing

De kantonrechter
6.1.
verklaart voor recht dat de tussen [eiser] en [gedaagde] gesloten koopovereenkomst van 2 juni 2022 zoals beschreven in het lichaam van de dagvaarding is ontbonden,
6.2.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan [eiser] van een bedrag van € 6.250,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over het toegewezen bedrag, met ingang van 29 oktober 2022 tot de dag van volledige betaling,
6.3.
veroordeelt [gedaagde] de camper binnen 2 weken na dagtekening van het vonnis terug te nemen en ter gelegenheid van de teruglevering van de camper het vrijwaringsbewijs af te geven aan [eiser],
6.4.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan [eiser] van € 831,88 voor de vergoeding van de buitengerechtelijke kosten,
6.5.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van [eiser] van een bedrag van € 1.467,72 aan schade als gevolg van de toerekenbare tekortkoming van [gedaagde] tot 1 maart 2024 te vermeerderen met wettelijke rente vanaf de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
6.6.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van [eiser] tot dit vonnis vastgesteld op € 764,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
6.7.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van € 135,00 aan nasalaris, voor zover daadwerkelijk nakosten door [eiser] worden gemaakt;
5.8.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.9.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.P.E. Oomens en in het openbaar uitgesproken op 21 februari 2024 in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter