Uitspraak
RECHTBANK Noord-Holland
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 28 maart 2024, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt,
- de spreekaantekeningen van [eiser],
- de spreekaantekeningen van [gedaagde].
2.Feiten
Uw broer was de laatste maanden erg ziek.”Verder deelde [gedaagde] mede dat de buren van erflater hem goed hebben geholpen en begeleid en dat erflater gedurende de laatste weken van zijn leven is verzorgd in een hospice, genaamd [betrokkene], in [plaats 3].
Preambule
Cliënt, het enige familielid van erflater, is overigens zeer verbaasd over het feit dat hij uit het testament is weggeschreven. Immers, cliënt was het enige familielid van erflater en met wie erflater een goed contact had.
Ik heb destijds zeer uitvoerig een bespreking gehad met uitsluitend de heer [erflater]op mijn kantoor, vóór zijn opname in een hospice.De heer [erflater] was op dat moment nog prima aanspreekbaar en was zeer duidelijk en stellig in zijn bewoordingen betreffende zijn wensen voor een testament.Er was kortom op dat moment geen enkele reden, conform de huidige richtlijnen, voor toepassing van het stappenplan wilsbekwaamheid.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Ook in de omstandigheden dat erflater ondanks het gestelde contact tussen de broers geen aanleiding heeft gezien om [eiser] in te lichten over zijn gezondheidstoestand, dat de jaarlijkse felicitatie op de verjaardag van de echtgenote van [eiser] uitbleef en dat erflater niet wenste dat [eiser] op zijn uitvaart verscheen, ziet de voorzieningenrechter geen aanwijzing voor het vermoeden dat de erflater ten tijde van het testeren in verwarde toestand verkeerde.