ECLI:NL:RBNHO:2024:5619

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
19 juni 2024
Publicatiedatum
6 juni 2024
Zaaknummer
9427940 \ CV EXPL 21-6062
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Compensatie voor vertraging van luchtvaartmaatschappij en de rol van buitengewone omstandigheden

In deze zaak heeft Flightright GmbH, een Duitse rechtspersoon, een vordering ingesteld tegen KLM Cityhopper B.V. wegens compensatie voor vertraging van een vlucht. De vordering is gebaseerd op de Verordening (EG) nr. 261/2004, die regels vaststelt voor compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij annulering of langdurige vertraging van vluchten. De passagiers, die op 3 september 2019 van Bremen naar Faro via Amsterdam-Schiphol moesten vliegen, hebben hun aansluitende vlucht gemist door een vertraging van de eerste vlucht (KL1756). Flightright vorderde compensatie van €800,00 plus rente en kosten, maar de vervoerder betwistte de vordering en voerde aan dat de vertraging het gevolg was van buitengewone omstandigheden.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is en dat de passagiers met meer dan drie uur vertraging op de eindbestemming zijn aangekomen. De vervoerder moest in beginsel compenseren, tenzij hij kon aantonen dat de vertraging het gevolg was van buitengewone omstandigheden. De vervoerder heeft verschillende vertragingsoorzaken aangevoerd, waaronder beperkingen door de luchtverkeersleiding en de doorwerking van vertragingen van eerdere vluchten. De kantonrechter oordeelde dat de vervoerder voldoende aannemelijk had gemaakt dat de vertragingen het gevolg waren van buitengewone omstandigheden.

Uiteindelijk heeft de kantonrechter de vordering van Flightright afgewezen, omdat de vervoerder alle redelijke maatregelen had genomen om de vertraging te voorkomen. De proceskosten werden toegewezen aan Flightright, die in het ongelijk werd gesteld. Dit vonnis benadrukt de complexiteit van luchtvaartcompensatiezaken en de rol van buitengewone omstandigheden in de beoordeling van vorderingen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 9427940 \ CV EXPL 21-6062
Uitspraakdatum: 19 juni 2024
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de rechtspersoon naar het recht van Duitsland
Flightright GmbH,
gevestigd te Hamburg, Duitsland,
eiser
hierna te noemen: Flightright
gemachtigde: mr. H Yildiz (Weiss Legal)
tegen
de besloten vennootschap
KLM Cityhopper B.V.,
gevestigd te Schiphol
gedaagde
hierna te noemen: de vervoerder
gemachtigde: mr. R.L.S.M. Pessers en [gemachtigde] (Van Traa Advocaten N.V.)

1.Het procesverloop

1.1.
Flightright heeft bij dagvaarding van 1 september 2021 een vordering tegen de vervoerder ingesteld. De vervoerder heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
De passagier heeft hierop schriftelijk gereageerd, waarna de vervoerder een schriftelijke reactie heeft gegeven.

2.De feiten

2.1.
[betrokkene 1] en [betrokkene 2] (hierna: de passagiers) hebben met de vervoerder een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan de vervoerder hen op 3 september 2019 moest vervoeren van Bremen, Duitsland, via Amsterdam-Schiphol Airport naar Faro, Portugal, met de vluchtcombinatie KL1756 en KL2669.
2.2.
De vervoerder heeft KL1756 van Bremen naar Amsterdam (hierna: de vlucht) vertraagd uitgevoerd. De passagiers hebben de aansluitende vlucht gemist. De passagiers zijn omgeboekt naar een alternatieve vlucht, waarmee zij met een vertraging van meer dan drie uur op de eindbestemming zijn aangekomen.
2.3.
De passagiers hebben hun vermeende vorderingsrecht overgedragen aan Flightright.
2.4.
Flightright heeft daarom compensatie van de vervoerder gevorderd.
2.5.
De vervoerder heeft niet uitbetaald.

3.De vordering

3.1.
Flightright vordert dat de vervoerder bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis veroordeeld zal worden tot betaling van:
- € 800,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de datum van de vlucht tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 120,00 aan buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met wettelijke rente;
- de proceskosten.
3.2.
Flightright heeft aan de vordering ten grondslag gelegd de Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van de verordening (EEG) nr. 295/91 (hierna: de Verordening) en de daarop betrekking hebbende rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof). Flightright stelt dat de vervoerder vanwege de vertraging van de vlucht gehouden is compensatie te voldoen van een bedrag van € 400,00 per passagier (artikel 7 van de Verordening)

4.Het verweer

4.1.
De vervoerder betwist de vordering. Hij voert aan dat de annulering van de vlucht het gevolg is geweest van (de doorwerking van) buitengewone omstandigheden. Deze konden ondanks het treffen van redelijke maatregelen niet voorkomen worden.

5.De beoordeling

5.1.
De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat de Nederlandse rechter in deze zaak bevoegd is om van de vordering kennis te nemen.
5.2.
Vast staat dat de passagiers met een vertraging van meer dan drie uur op de eindbestemming zijn aangekomen. In beginsel moet de vervoerder dan compenseren. Dit is anders als de vervoerder kan aantonen dat de annulering het gevolg is geweest van buitengewone omstandigheden als bedoeld in artikel 5, lid 3, van de Verordening.
5.3.
Volgens de vervoerder maakte de vlucht in kwestie onderdeel uit van een rotatievlucht. De vlucht is met een vertraging van 42 minuten uitgevoerd vanwege de doorwerking van de vertraging van eerdere vluchten. De verschillende vluchten van de rotatievlucht kregen te maken met verschillende vertragingsoorzaken (zie de overgelegde vluchtrapporten). Het een en ander is hieronder schematisch samengevat:
Vluchtnummer
Van
Naar
Geplande vertrektijd
(lokale tijd)
Geplande aankomsttijd
(lokale tijd)
Vertraging
KL1854
Düsseldorf
Amsterdam
08:15
09:15
Code 83:
28 minuten
KL1765
Amsterdam
Frankfurt
09:50
11:00
Code 93:
32 min
Code 89:
5 minuten
KL1766
Frankfurt
Amsterdam
11:45
13:00
Code 93:
26 min
Code 81:
11 min
KL1755
Amsterdam
Bremen
13:35
14:35
Code 93:
35 min
Code 19:
13 min
KL1756
Bremen
Amsterdam
15:05
16:00
Code 93:
40 min
5.4.
Hierbij staat vertragingscode 83 volgens de vervoerder voor:
“AFTM DUE TO RESTRICTION AT DESTINATION AIRPORT: STRIKE: CLOSE RUNWAY”.Code 93 staat volgens de vervoerder voor
“AIRCRAFT ROTATION, LATE ARRIVAL OF AIRCRAFT FROM ANOTHER FLIGHT OR PREVIOUS SECTOR”. Code 81 staat volgens de vervoerder voor
“ATFM DUE TO ENROUTE DEMAND/CAPACITY”. De kantonrechter begrijpt dat de vervoerder voor de vertraging als gevolg van code 89 geen beroep doet op buitengewone omstandigheden.
5.5.
De vervoerder heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat vlucht KL1854 met een vertraging van 28 minuten is uitgevoerd vanwege beperkingen van de luchtverkeersleiding. Wanneer een vlucht een beperking door de luchtverkeersleiding krijgt opgelegd, heeft deze niet de mogelijkheid om toch eerder te vertrekken. De instructies van de luchtverkeersleiding moeten immers altijd worden opgevolgd. Daarom is de vertraging van vlucht KL1854 het gevolg van buitengewone omstandigheden.
5.6.
De vervoerder heeft eveneens voldoende onderbouwd dat vlucht KL1765 vertraagd is uitgevoerd vanwege de vertraging van vlucht KL1784. Daarom werkt de vertraging van vlucht KL1784 voor de duur van 28 minuten door op vlucht KL1765. De vertraging van vlucht KL1765 is daarmee voor de duur van 28 minuten het gevolg van buitengewone omstandigheden.
5.7.
Verder heeft de vervoerder voldoende aannemelijk gemaakt dat vlucht KL1766 voor de duur van 26 minuten is vertraagd vanwege de vertraging van vlucht KL1765. Daarom werkt de vertraging van vlucht KL1765 voor de duur van 26 minuten door op vlucht KL1766. Daarnaast heeft de vervoerder voldoende onderbouwd dat vlucht KL1766 met nog 11 minuten vertraging is aangevangen vanwege beperkingen door de luchtverkeersleiding. Zoals onder 5.6. overwogen, gelden deze als buitengewone omstandigheden. Daarom is de gehele vertraging van vlucht KL1766 het gevolg van buitengewone omstandigheden.
5.8.
Ten slotte heeft de vervoerder voldoende aannemelijk gemaakt dat vlucht KL1755 met een vertraging van 35 minuten is uitgevoerd vanwege de vertraging van vlucht KL1766. Daarom werkt de vertraging van vlucht KL1766 voor de duur van 35 minuten door op vlucht KL1755. In ieder geval 35 minuten van de vertraging van vlucht KL1755 is het gevolg van buitengewone omstandigheden.
5.9.
Gelet op het voorgaande behoeft de andere vertragingsoorzaak geen bespreking meer. De vervoerder heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat de vlucht in kwestie met een vertraging van 40 minuten is uitgevoerd vanwege de vertraging van vlucht KL1755. Daarom zijn, ook als vast zou komen te staan dat de 13 minuten vertraging van vlucht KL1755 vanwege een andere oorzaak, niet zouden gelden als het gevolg van een buitengewone omstandigheid, ten minste 27 minuten van de vertraging van de vlucht in kwestie wel het gevolg van buitengewone omstandigheden. De vervoerder heeft aangevoerd dat de minimale overstaptijd te Schiphol 40 minuten bedraagt, waarbij hij een buffer van 20 minuten bovenop deze overstaptijd heeft aangehouden. Daarom hadden de passagiers, als er geen buitengewone omstandigheden waren opgetreden, hun overstap hoe dan ook kunnen halen. De vertraging van de passagiers op de eindbestemming is daarmee het gevolg van buitengewone omstandigheden.
5.10.
Resteert de vraag of de vervoerder alle redelijke maatregelen heeft genomen om de vertraging van de passagiers te voorkomen of te beperken. Flighright heeft aangevoerd dat er bij het uitvoeren van de vluchten te weinig rekening is gehouden met een redelijke omdraaitijd. Dit betoog slaagt niet. De kantonrechter is van oordeel dat de vervoerder niet gehouden is om een bepaalde omdraaitijd in acht te nemen. Ook is er tijdens de rotatievluchten wel enige vertraging ingelopen.
5.11.
Daarnaast heeft Flightright aangevoerd dat de vervoerder een reservetoestel had moeten inzetten om de vlucht in kwestie uit te voeren. De vervoerder heeft daartegen betoogd dat dit niet van hem kon worden gevergd, nu dit zou vereisen dat hij een dubbele vloot zou aanhouden. Dit zou een onaanvaardbaar financieel offer vergen. De passagiers zijn omgeboekt naar de eerst beschikbare alternatieve vlucht.
5.12.
Het betoog van de vervoerder slaagt. Van luchtvaartmaatschappijen kan niet worden gevergd dat zij voor elke relatief kleine vertraging een reservetoestel inzetten. Flightright heeft de stelling van de vervoerder dat de passagiers zijn omgeboekt naar het eerst mogelijke alternatief, niet weersproken. De vervoerder heeft daarmee alle redelijke maatregelen getroffen om de vertraging van de passagiers te voorkomen of te beperken. De vordering tot compensatie zal daarom worden afgewezen.
5.13.
De proceskosten komen voor rekening van Flightright, omdat deze in het ongelijk wordt gesteld. Ook de nakosten komen voor rekening van Flightright, voor zover deze kosten daadwerkelijk door de vervoerder worden gemaakt, te vermeerderen, indien betekening plaatsvindt, met de kosten van betekening van dit vonnis.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
wijst de vordering af;
6.2.
veroordeelt Flightright tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor de vervoerder worden vastgesteld op een bedrag van € 270,00 aan salaris van de gemachtigde van de vervoerder
en veroordeelt Flightright tot betaling van € 67,50 aan nakosten voor zover deze kosten daadwerkelijk door de vervoerder worden gemaakt
,te vermeerderen, indien betekening plaatsvindt, met de kosten van betekening van dit vonnis.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.N. Schipper, kantonrechter, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter