ECLI:NL:RBNHO:2024:5700

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
5 juni 2024
Publicatiedatum
7 juni 2024
Zaaknummer
10403731 \ CV EXPL 23-1636
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Compensatie bij annulering van vlucht en schemawijziging; recht op omboeking of restitutie

In deze zaak heeft AirHelp Germany GmbH, vertegenwoordigd door mr. D.E. Lof, een vordering ingesteld tegen Royal Air Maroc, vertegenwoordigd door mr. T. Teke, wegens compensatie na een annulering van een vlucht. De passagier had een vervoersovereenkomst met de vervoerder voor een vlucht van Amsterdam naar Tanger op 1 september 2022. Door een schemawijziging kon de passagier niet meer met de vlucht mee. AirHelp verzocht om compensatie op basis van de Europese Verordening (EG) nr. 261/2004, die passagiers rechten biedt bij annuleringen en vertragingen. De kantonrechter oordeelde dat de schemawijziging gelijkgesteld moet worden aan een annulering, waardoor de passagier recht had op omboeking of restitutie van de ticketprijs.

De kantonrechter stelde vast dat de handtekening op de akte van cessie overeenkwam met die van de passagier, wat betekende dat de vorderingsrechten aan AirHelp waren overgedragen. De vervoerder kon geen beroep doen op buitengewone omstandigheden en was daarom verplicht om de compensatie van € 400,00 te betalen, vermeerderd met wettelijke rente. De proceskosten werden ook toegewezen aan de vervoerder, die ongelijk kreeg in deze zaak. Het vonnis werd uitgesproken op 5 juni 2024, waarbij de kantonrechter de vordering van AirHelp volledig toewijsde.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 10403731 \ CV EXPL 23-1636
Uitspraakdatum: 5 juni 2024
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de rechtspersoon naar buitenlands recht
AirHelp Germany GmbH
gevestigd te Berlijn (Duitsland)
eiseres
hierna te noemen: Airhelp
gemachtigde: mr. D.E. Lof
tegen
de rechtspersoon naar buitenlands recht
Royal Air Maroc
gevestigd te Casablanca (Marokko)
gedaagde
hierna te noemen: de vervoerder
gemachtigde: mr. T. Teke

1.Het procesverloop

1.1.
Airhelp heeft bij dagvaarding van 7 maart 2023 een vordering tegen de vervoerder ingesteld. De vervoerder heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
Airhelp heeft hierop schriftelijk gereageerd, waarna de vervoerder een schriftelijke reactie heeft gegeven.

2.De feiten

2.1.
[betrokkene] (hierna: de passagier) heeft met de vervoerder een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan de vervoerder hem diende te vervoeren van Amsterdam Schiphol Airport naar Tanger (Marokko) met vlucht AT1643 op 1 september 2022, hierna: de vlucht.
2.2.
Er heeft een schemawijziging plaatsgevonden.
2.3.
De passagier is niet meegevlogen met de gewijzigde vlucht.
2.4.
Airhelp heeft vanwege de schemawijziging c.q. annulering om compensatie van de vervoerder verzocht.
2.5.
De vervoerder heeft niet uitbetaald.

3.De vordering en het verweer

3.1.
Airhelp vordert dat de vervoerder bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis veroordeeld zal worden tot betaling van:
- € 400,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de vluchtdatum tot aan de dag der algehele voldoening;
- de proceskosten, te vermeerderen met wettelijke rente;
- de nakosten.
3.2.
Airhelp heeft aan de vordering ten grondslag gelegd de Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van de verordening (EEG) nr. 295/91 (hierna: de Verordening) en de daarop betrekking hebbende rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof). Airhelp stelt dat de vervoerder vanwege de schemawijziging c.q. annulering van de vlucht gehouden is te compenseren conform artikel 7 van de Verordening tot een bedrag van € 400,00.

4.Het verweer

4.1.
De vervoerder betwist de vordering. Op zijn verweer wordt – voor zover relevant – bij de beoordeling van het geschil ingegaan.

5.De beoordeling

5.1.
De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat de Nederlandse rechter in deze zaak bevoegd is om van de vordering kennis te nemen.
5.2.
De kantonrechter is van oordeel dat de handtekening op de akte van cessie in voldoende mate overeenkomt met de handtekening van de passagier op zijn paspoort. Het is dan ook voldoende aannemelijk dat de passagier zijn eventuele vorderingsrecht aan Airhelp heeft overgedragen. Het niet-ontvankelijkheidsverweer van de vervoerder faalt.
5.3.
De kantonrechter volgt Airhelp in haar betoog dat niet alleen de vertrektijd van de vlucht is gewijzigd, maar ook het vluchtnummer (AT1643 naar AT683). Naar het oordeel van de kantonrechter is de schemawijziging daarmee aan te merken als een omboeking naar een compleet andere vlucht. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de oorspronkelijke vlucht voor de passagier als geannuleerd moet worden beschouwd.
5.4.
In geval van annulering hebben passagiers recht op omboeking naar een alternatieve vlucht of restitutie van de ticketprijs. De kantonrechter is van oordeel dat het bericht van de passagier van 30 augustus 2022 (“
So I have no other choice but to cancel”) in het licht van deze keuze moet worden gelezen. Er is dan ook geen sprake van een ontbinding van de vervoersovereenkomst door de passagier, zoals door de vervoerder is aangevoerd.
5.5.
Gesteld noch gebleken is dat de vervoerder zich kan beroepen op artikel 5, eerste lid, onder c sub i, ii of iii van de Verordening. De vervoerder heeft ook geen beroep op buitengewone omstandigheden gedaan. Dit betekent dat de passagier – naast omboeking of restitutie – ook recht heeft op compensatie. De vordering tot betaling van de hoofdsom zal dan ook worden toegewezen.
5.6.
Ten aanzien van de vraag of de vervoerder rauwelijks is gedagvaard, oordeelt de kantonrechter als volgt. Airhelp heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat de aanmaning van 14 oktober 2022 mede namens Airhelp is verstuurd (“
On behalf of the following passenger, commissioned by Airhelp, I hereby would like to address the following”). Het voorgaande betekent dat de aanmaning door de juiste partij aan de vervoerder is verzonden. Van rauwelijks dagvaarden is dan ook geen sprake. Het enkele feit dat het verzoek om compensatie via de e-mail is verstuurd en niet via het formulier op de website van de vervoerder maakt het oordeel van de kantonrechter niet anders. De proceskosten komen voor rekening van de vervoerder, omdat deze ongelijk krijgt. De gevorderde rente is toewijsbaar met ingang van de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis
5.7.
Ook de nakosten kunnen worden toegewezen, voor zover deze kosten daadwerkelijk door Airhelp worden gemaakt.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
veroordeelt de vervoerder tot betaling aan Airhelp van € 400,00, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 1 september 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
6.2.
veroordeelt de vervoerder tot betaling van de proceskosten die aan de kant van Airhelp tot en met vandaag worden begroot op de bedragen zoals deze hieronder zijn gespecificeerd:
dagvaarding € 125,86;
griffierecht € 128,00;
salaris gemachtigde € 164,00;
vermeerderd met de wettelijke rente over deze bedragen vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot aan de dag van de algehele voldoening;
6.3.
veroordeelt de vervoerder tot betaling van € 41,00 aan nakosten voor zover deze kosten daadwerkelijk door Airhelp worden gemaakt;
6.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
6.5.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.N. Schipper, kantonrechter en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter