Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De beoordeling
Op basis van het voorgaande is de kantonrechter van oordeel dat het beding oneerlijk is. Het beding wordt daarom vernietigd.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de naamloze vennootschap Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V., gevestigd te Utrecht, een vordering ingesteld tegen een gedaagde partij die niet is verschenen. De kantonrechter heeft op 7 februari 2024 verstek verleend aan de eisende partij. De vordering betreft een bedrag van € 246,70, dat Zilveren Kruis vordert als verschuldigde premie, evenals de proceskosten. De kantonrechter heeft ambtshalve de Algemene Voorwaarden van de basis- en aanvullende verzekeringen van 2023 getoetst, met bijzondere aandacht voor artikel 9.2, dat betrekking heeft op buitengerechtelijke incassokosten.
De kantonrechter oordeelt dat het beding in de Algemene Voorwaarden oneerlijk is, omdat het Zilveren Kruis de mogelijkheid biedt om diverse soorten kosten, waaronder administratiekosten en invorderingskosten, bij de consument in rekening te brengen. Dit leidt tot een aanzienlijke verstoring van de rechten en verplichtingen van de consument. Het beding wordt vernietigd, wat betekent dat Zilveren Kruis geen recht heeft op de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter oordeelt echter dat het beding met betrekking tot de wettelijke rente niet oneerlijk is, voor zover deze rente wordt berekend over de verschuldigde premie.
De gedaagde partij wordt in het ongelijk gesteld en veroordeeld tot betaling van € 198,30 aan Zilveren Kruis, vermeerderd met wettelijke rente. Daarnaast wordt de gedaagde partij veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die door de kantonrechter zijn vastgesteld op een totaalbedrag van € 298,49. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders gevorderde is afgewezen.