ECLI:NL:RBNHO:2024:897

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
7 februari 2024
Publicatiedatum
1 februari 2024
Zaaknummer
10769927 \ CV EXPL 23-7110
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Verstek
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verstekvonnis inzake onterecht beding in Algemene Voorwaarden van zorgverzekeraar

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 7 februari 2024 een verstekvonnis gewezen in een geschil tussen Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V. en een gedaagde partij die niet is verschenen. Zilveren Kruis vorderde betaling van € 462,78, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. De vordering was gebaseerd op de Algemene Voorwaarden van de zorgverzekeraar, waarin onder andere buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke rente werden genoemd.

De kantonrechter heeft ambtshalve de voorwaarden van de basis- en aanvullende verzekeringen getoetst. Het beding in artikel 9.2 van de Algemene Voorwaarden, dat Zilveren Kruis de mogelijkheid gaf om diverse kosten bij de consument in rekening te brengen, werd als oneerlijk beoordeeld. De rechter oordeelde dat het beding een aanzienlijke verstoring van de rechten en verplichtingen van de consument met zich meebracht, wat in strijd is met de wet. Het beding werd vernietigd, evenals de nevenvorderingen van Zilveren Kruis met betrekking tot buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke rente.

De kantonrechter heeft de hoofdsom van € 385,00 toegewezen, maar de nevenvorderingen afgewezen. De gedaagde partij werd in de proceskosten veroordeeld, met uitzondering van de kosten voor de extra akte die Zilveren Kruis had ingediend. Dit vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 10769927 \ CV EXPL 23-7110
Uitspraakdatum: 7 februari 2024
Verstekvonnis in de zaak van:
de naamloze vennootschap
Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V.
gevestigd te Utrecht
de eisende partij
verder te noemen: Zilveren Kruis
gemachtigde: GGN Mastering Credit B.V.
tegen
[gedaagde]
wonende te [plaats]
de gedaagde partij
niet verschenen

1.Het procesverloop

1.1.
Zilveren Kruis heeft een vordering tegen de gedaagde partij ingesteld. Tegen de gedaagde partij is verstek verleend.
1.2.
Op 22 november 2023 is een tussenvonnis gewezen. Ter uitvoering van dat tussenvonnis heeft Zilveren Kruis een akte ingediend. Vervolgens is een datum voor vonnis bepaald.

2.De beoordeling

2.1.
Zilveren Kruis vordert veroordeling van de gedaagde partij tot betaling van € 462,78, te vermeerderen met de wettelijke rente over een bedrag van € 385,00. Daarnaast vordert zij veroordeling van de gedaagde partij in de proceskosten.
Hoofdsom
2.2.
De hoofdsom wordt toegewezen, omdat deze de kantonrechter niet onrechtmatig of ongegrond voorkomt.
Ambtshalve toetsing van de Voorwaarden basisverzekeringen en aanvullende verzekeringen2023(hierna: de Algemene Voorwaarden)
Buitengerechtelijke incassokosten en rente
2.3.
Zilveren Kruis maakt aanspraak op vergoeding van de buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke rente. In artikel 9.2 van de Algemene Voorwaarden is daarover het volgende beding opgenomen.
“(…) Als u (verzekeringnemer) niet op tijd betaalt, kunnen wij administratiekosten, invorderingskosten (waaronder incassokosten) en de wettelijke rente aan u (verzekeringnemer) in rekening brengen.”
De kantonrechter moet beoordelen of dit beding in de Algemene Voorwaarden oneerlijk is ten opzichte van de consument.
2.4.
De kantonrechter oordeelt dat het beding oneerlijk is, omdat Zilveren Kruis op grond van het beding diverse soorten kosten (administratiekosten, invorderingskosten (waaronder incassokosten) en wettelijke rente) bij de consument in rekening kan brengen. Het beding heeft een aanzienlijk bredere strekking dan de kosten die op grond van de wet gevorderd kunnen worden. Incassokosten wordt immers als één van de voorbeelden genoemd, naast administratiekosten en invorderingskosten. Omdat Zilveren Kruis zichzelf met het beding de bevoegdheid heeft gegeven om – naast wettelijke rente en incassokosten – bij de consument, onder diverse noemers, meer invorderingskosten in rekening te brengen, is sprake van een aanzienlijke verstoring van de rechten en verplichtingen voortvloeiend uit de overeenkomst, ten nadele van de consument. Bovendien schrijft artikel 6:96 van het Burgerlijk Wetboek voor dat de incassokosten pas ná het verstrijken van de in de veertiendagenbrief genoemde termijn verschuldigd worden. Dit is niet in het beding opgenomen. Voorts laat het beding de mogelijkheid open om meer incassokosten in rekening te brengen dan volgt uit de normering in het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. Ook dat is oneerlijk.
Op basis van het voorgaande is de kantonrechter van oordeel dat het beding oneerlijk is. Het beding wordt daarom vernietigd.
2.5.
De kantonrechter vindt het beding voor wat betreft de wettelijke rente niet oneerlijk, voor zover deze rente wordt berekend over de verschuldigde premie. Uit de overeengekomen betalingstermijn volgt namelijk dat de verzekeringnemer zonder ingebrekestelling in verzuim is als de premie niet op tijd wordt betaald. Echter vordert Zilveren Kruis geen verschuldigde premie, maar een vergoeding voor overige kosten, zoals gespecificeerd in de overgelegde producties. Voor de overige kosten is niet gebleken dat partijen een betalingstermijn zijn overeengekomen. Voor deze kosten is het rentebeding daarom oneerlijk, omdat wettelijke rente pas verschuldigd is nadat de verzekeringnemer met de betaling in verzuim is en niet, zoals in het beding staat, als niet op tijd is betaald. Het rentebeding zal daarom worden vernietigd.
2.6.
De argumenten die Zilveren Kruis heeft aangevoerd voor haar stelling dat het beding niet oneerlijk is, leiden niet tot een ander oordeel.
Conclusie
2.7.
Omdat het beding op grond waarvan de buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke rente bij de consument in rekening kunnen worden gebracht oneerlijk is, heeft Zilveren Kruis ook geen recht op de buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke rente over de overige kosten. Die nevenvorderingen zullen daarom worden afgewezen.
2.8.
De gedaagde partij wordt overwegend in het ongelijk gesteld en zal daarom in de
proceskosten worden veroordeeld. De kosten voor de genomen akte blijven echter voor rekening van Zilveren Kruis, aangezien het aan haarzelf te wijten is dat het nodig was deze extra akte op te stellen.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt de gedaagde partij tot betaling aan Zilveren Kruis van € 385,00;
3.2.
veroordeelt de gedaagde partij tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van de eisende partij tot en met vandaag vaststelt op:
€ 130,49 wegens dagvaardingskosten,
€ 128,00 wegens griffierecht en
€ 135,00 wegens salaris gemachtigde;
3.3.
verklaart de veroordeling(en) in dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
3.4.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.S.J. Thijs en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter