ECLI:NL:RBNHO:2024:9166
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging gezamenlijk gezag en toewijzing alleenstaand gezag aan de moeder in een familiezakenprocedure
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 5 september 2024 uitspraak gedaan in een familiezakenprocedure betreffende het gezag over een minderjarige. De moeder verzocht om alleen met het gezag over de minderjarige te worden belast, omdat de vader psychische problemen vertoont en niet in staat is om op een verantwoorde manier met de moeder en de minderjarige om te gaan. De vader is op verschillende momenten niet bereikbaar en zijn communicatie met de moeder is problematisch, wat leidt tot een onveilige situatie voor de minderjarige. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vader op belangrijke momenten niet bereikbaar was en dat de communicatie tussen de ouders uiterst moeizaam verloopt. De Raad voor de Kinderbescherming heeft geadviseerd om het verzoek van de moeder toe te wijzen, omdat gezamenlijk gezag alleen mogelijk is als beide ouders in staat zijn om afspraken te maken en te overleggen. De rechtbank heeft geconcludeerd dat dit in het geval van de ouders niet mogelijk is en heeft daarom besloten het gezamenlijk gezag te beëindigen. De moeder wordt alleen met het gezag over de minderjarige belast, zodat zij in staat is om de zorg voor de minderjarige goed te regelen. De rechtbank heeft ook geadviseerd dat de ouders hulp zoeken om het contact tussen de minderjarige en de vader te herstellen, maar benadrukt dat de vader moet stoppen met het sturen van berichten die de minderjarige belasten met volwassenenproblematiek.