Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
verder te noemen: [eiseres]
Creative Real Estate B.V.
verder gezamenlijk te noemen: CRE c.s., gedaagde sub 2 verder te noemen [gedaagde] .
1.Het procesverloop
2.De feiten
Partijen zijn nader overeengekomen:- dat huurder het gehuurde mag onderverhuren.- gehuurd ‘as is’ omdat er achterstallig onderhoudt i.v.m. nalatigheid vorige huurder.- reparaties mag verrichten, opruimen van de schuur en tuin.- mevrouw [eiseres] trekt de opdracht tot dienstverlening bij de makelaar in.-politie is op de hoogte van de situatie rondom de krakers en pogingen tot inbraak, en huurder mag contact opnemen met de agent die ook op 4 Maart omstreeks 22:25 aanwezig was om de inbrekers/krakers uit de woning te halen.-huurder is toegestaan contact met de energieleverancier om na te gaan hoe de energieleverancier tot een jaarrekening is gekomen, omdat deze erg hoog is.
Als mevrouw [eiseres] de woning gelegen aan de [adres 1] [plaats 1] wil verkopen dan zal zei dit aanbieden aan Creative Real Estate B.V. indien niet binnen 3 jaar na ondertekenen van deze overeenkomst gebruik wenst te maken van de aanbieding, is mevrouw [eiseres] -van Mourik vrij met verkoop om het aan derden.
(…) Ik zal even een inleiding geven hoe [eiseres] (uw moeder) bij mij terecht gekomen is. Ik heb een woning aan de [adres 2] in [plaats 1] waar ze aan het verbouwen zijn, aldaar kwam [eiseres] langs met de vraag wie de aannemer was. (…) Toen hebben we op verzoek van [eiseres] de deur gemaakt (…) [eiseres] gaf aan dat ze het liefst het pand wilde verhuren of verkopen, daar ben ik op ingegaan en uiteindelijk heb ik ervoor gekozen om te huren. We zijn overeengekomen dat ik een optie tot koop heb (mocht [eiseres] beslissen te gaan verkopen) (…) Ook zou ik het niet erg vinden om gewoon door te blijven huren, [eiseres] gaf aan dat ze dat ook niet erg vindt omdat ze dan een aanvulling heeft op haar maandelijkse inkomen. Net als dat ze dat daarvoor altijd verhuurd heeft gehad. En het geld wat ik er de aankomende jaren in ga steken, t.t.z. (Mochten we wel overeenstemming krijgen over de koopprijs, in mindering wordt gebracht)Inmiddels heb ik diverse opknap werkzaamheden laten verrichten, zo zijn we begonnen met schilderen, opruimen, hebben we glas besteld er zit een nieuwe ketel in en noodreparatie uitgevoerd dakkapel. (…)
(…)
Ter zake de reden waarom cliënte zich tot mij als advocaat heeft gewend deel ik u mede dat dit zijn oorzaak vindt in het feit dat cliënte zich volstrekt overrompeld voelt door het gezamenlijk optreden van u en uw vader jegens haar. Zoals u zelf aangeeft (…) is mijn cliënte begin maart 2023 inderdaad gestopt met haar auto omdat zij zag dat aan een woning door bouwvakkers gewerkt werd aan wie zij vroeg: “wie is de aannemer?” en daar reageerde uw vader op, toen hij van mijn cliënte begreep dat zij haar woning in de verkoop had gebracht via haar makelaar doch dat sprake was van vernielingen aan en in de woning door zogenaamde krakers en werklui zocht ter herstel van de vernielingen, met : “oh, ik zoek nog een huis”. Uw vader gaf derhalve aan geïnteresseerd te zijn in aankoop van het huis, gaf aan de woning al te kennen en deed onmiddellijk een bod van € 300.000,00 en zwart daarnaast € 50.0000,00. Cliënte heeft dit afgewezen en haar vraagprijs genoemd ad € 400.000,00. Uw vader vroeg vervolgens of mijn cliënte eventueel geïnteresseerd was in de verhuur, waarop cliënte uitdrukkelijk heeft aangegeven dit niet (meer) te willen gelet op de slechte ervaringen uit het verleden. Uw vader gaf daarop aan dit te begrijpen en vroeg mijn cliënte even met hem mee te rijden naar “het kantoor” van uw vader in [plaats 1] .In dat kantoor van zeer beperkte omvang waren ook juist werkmensen aan het verbouwen en werd getelefoneerd waarbij geen ruimte ontstond voor enig werkelijk overleg, waarop cliënte maar is vertrokken (…) Eén of twee dagen daarna heeft u cliënte gebeld en cliënte uitgenodigd om opnieuw te komen. Ook dat gesprek heeft niet tot enige concrete afspraak geleid, anders dan het voorstel van uw vader de sleutels van de voordeur te vervangen; hetgeen is gebeurd en waarvoor € 300,00 is gerekend en door cliënte is betaald.In voornoemde gesprekken en ook nadien is geen reële bieding door uw vader herhaald en zeer zeker niet door u gedaan. Daarentegen heeft uw vader mijn cliënte voorgesteld de volgens hem noodzakelijke reparaties uit te voeren teneinde de woning weer verkoop klaar te maken waarvan de schatting was dat dit zou kunnen gaan gebeuren voor ongeveer € 20.000,00 zonder BTW en contant te voldoen. In die context voegde uw vader toe dat de verbouwing onder leiding van u zou gaan geschieden en dat het dan handig was dat u daar dan even kwam te wonen tijdens de uitvoering van de werkzaamheden, mede om te verzekeren dat de woning niet opnieuw gekraakt zou worden. Cliënte heeft dit geloofd maar tot een concrete afspraak is opnieuw nog niet gekomen.Uw vader heeft cliënte daarna weer opnieuw gebeld en cliënte is daar weer opnieuw op ingegaan waarvan zij overigens grote spijt heeft. U was daar reeds aanwezig en u beaamde de werkzaamheden uit te zullen gaan voeren en als kraakwacht op te willen gaan treden. Cliënte is daar slechts aarzelend positief tegenover gaan staan, bij gebrek aan reële andere alternatieven en vervolgens werd door u zogenaamd nonchalant wat papieren onder de neus van cliënte gehouden met de opmerking: “even tekenen om te kunnen aantonen zo nodig dat ik in de woning mag verblijven als kraakwacht”.Cliënte voelde zich dermate overrompeld door het geheel dat zij gevolg heeft gegeven aan de druk van u en uw vader om te tekenen, dat zij naar haar gevoel slechts één pagina had getekend waaruit zou dienen te blijken dat u tijdelijk in de woning mag verblijven voor en tijdens de uitvoering van de werkzaamheden, zulks temeer nu u en uw vader aan cliënte aangaven dat voorlopig niet door mijn cliënte al een voorschot betaald diende te worden. (…) Pas door uw mail van 18 maart 2023 aan de zoon van cliënte, [betrokkene] , is gebleken dat u een geheel afwijkende lezing van de werkelijke feiten als hierboven namens cliënte aangegeven, geeft.Die handelwijze kwalificeert zich als een door u bedoelde totstandbrenging van een rechtshandeling door bedrog en/of misbruik van omstandigheden door mijn cliënte tot het verrichten van de rechtshandeling van verhuurovereenkomst en/of optieovereenkomst te bewegen door enige of meerdere opzettelijke daartoe gedane onjuiste mededelingen en daarbij tevens het opzettelijke daartoe verzwijgen van enig feit dat de verzwijger verplicht was mede te delen of door een andere kunstgreep.Het misbruik van omstandigheden is ook hier aanwezig doordat u en uw vader weten of moeten begrijpen dat mijn cliënte door bijzondere omstandigheden zoals noodtoestand door de kraakincidenten, afhankelijk van u wegens de onbruikbaarheid van de woning en/of onverkoopbaarheid van de woning op zodanig moment en/of leek op vastgoed terrein door u en uw vader bewogen wordt tot het verrichten van een rechtshandeling en het totstandkomen van die rechtshandeling bevordert ofschoon hetgeen hij weet of moet begrijpen u en uw vader daarvan zou behoren te weerhouden. Uw gedragingen en die van uw vader kwalificeren zich ook als onrechtmatig handelen in de zin van art. 6:162 BW en als strijdig met de richtlijn 93/13/EEG van de Raad van 5 april 1993 betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten (…)Namens cliënte vernietig ik uitdrukkelijk, zo sprake zou zijn van totstandgekomen overeenkomsten, wat ik eveneens namens cliënte uitdrukkelijk betwist, de door u opgestelde huurovereenkomst, voor cliënte onbekende allonge huurovereenkomst en optie overeenkomst. (…)
3.De vordering
CRE en [gedaagde] zich ieder voor zich (en [gedaagde] in het bijzonder als onbehoorlijk middellijk bestuurder) onrechtmatig jegens [eiseres] hebben gedragen en/of haar middels bedrog en/of door misbruik van omstandigheden en/of wegens dwaling hebben bewogen de rechtshandeling van het sluiten van een huurovereenkomst met koopoptieovereenkomst en allonge overeenkomst tot stand te brengen met CRE zonder dat daartoe sprake is geweest van een eigen wil van [eiseres] ”;
4.Het verweer en de tegenvordering
- terugbetaling van alle betaalde huurpenningen, te vermeerderen met wettelijke rente;
- betaling van € 51.656,74 aan door CRI in/aan het pand gepleegde investeringen, te vermeerderen met wettelijke rente.
5.De beoordeling
noodtoestand door kraakincidenten, afhankelijkheid van derden wegens de onbruikbaarheid van de woning en/of onverkoopbaarheid van de woning op zodanig moment en/of haar onervarenheid als leek op vastgoed terrein en huurovereenkomsten”.Dat [eiseres] door de kraakincidenten of andere bijzondere omstandigheden niet in staat was om een weloverwogen beslissing te nemen is niet gebleken, laat staan dat CRE c.s. daar rekening mee had moeten houden. [eiseres] heeft evenmin aangetoond dat zij door CRE c.s. is bewogen iets te doen dat zij (op dat moment) niet wilde. Vast staat dat partijen voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomsten elkaar op meerdere momenten hebben gesproken en dat meermaals overleg is gevoerd. Dit blijkt niet alleen uit de door CRE c.s. in haar verweer geschetste tijdlijn, maar volgt ook uit de brief van de gemachtigde van [eiseres] van 29 maart 2023. Dat [eiseres] niet in staat is gesteld om de overeenkomsten te bestuderen voordat zij deze ondertekende is niet gebleken. Daarbij komt dat de koopoptie pas een aantal dagen na de huurovereenkomst tot stand is gekomen. Van een overrompeling door CRE c.s. waarbij [eiseres] zich gedwongen heeft gevoeld akkoord te gaan met de overeenkomsten, is naar het oordeel van de kantonrechter dan ook geen sprake. Ook heeft [eiseres] niet duidelijk toegelicht dat CRE c.s. had moeten begrijpen dat het sluiten van de overeenkomst [eiseres] zodanig nadeel zou opleveren dat dit CRE c.s. ervan had moeten weerhouden om de overeenkomsten met [eiseres] aan te gaan. Dat betekent dat het beroep op misbruik van omstandigheden niet slaagt. Van bedrog is naar het oordeel van de kantonrechter evenmin sprake. Niet is gebleken dat CRE c.s. opzettelijk onjuiste mededelingen heeft gedaan of opzettelijk informatie heeft verzwegen. Evenmin kan het handelen van CRE c.s. als onrechtmatig worden gekwalificeerd.
ongeldig zal worden verklaard. Volgens artikel 9.1 en 4.2. van de huurovereenkomst dient betaling van de borg van € 1.000,00 te geschieden op het in de overeenkomst vermelde bankrekening van [eiseres] . Dat is volgens [eiseres] niet gebeurd.
Conclusie