Uitspraak
RECHTBANK Noord-Holland
1.De procedure
2.De feiten
[wethouder] heeft in zijn brief van 7 mei 2024 aan de gemeenteraad eenzelfde interpretatie gegeven van de planregels als weergegeven in de brief van 16 januari 2024 van [beleidsmedewerker] .
3.Het verzoek en het verweer
Daarnaast heeft de gemeente bewust de beslissing op de door de camping ingediende aanvraag voor de aanlegvergunning vertraagd door (onder meer) pas na het verstrijken van de beslistermijn een Bibob-onderzoek te starten en vervolgens nog het Landelijk Bureau Bibob om advies te vragen. Als gevolg van dit alles is de verdere ontwikkeling van het terrein en de verdere verkoop van de villa’s tot stilstand gekomen. Ook hebben verschillende kopers de koop van de villa inmiddels geannuleerd. De camping c.s. lijden daardoor schade, waarvoor zij de gemeente aansprakelijk achten.
4.De beoordeling
Overigens is niet weersproken dat de camping c.s. drie verzoeken om informatie op grond van de wet open overheid heeft gedaan en dat de gemeente in dat kader ook openheid zal (moeten) geven. De gemeente heeft ter zitting verklaard dat zij in dat kader ook de nodige stukken zal verstrekken aan de camping c.s. die volgens haar inzicht zullen geven in het proces van de totstandkoming van de beide uitleggen en wellicht al leiden tot de in dit verzoek verzochte informatie.