2.5.De Braziliaanse rechtbank heeft, voor zover hier van belang, bij beschikking van 18 januari 2022 op gemeenschappelijk verzoek van partijen het volgende bepaald:
“II - GEDEELDE VOOGDIJ EN RECHT OP OMGANGSREGELING VAN DE VADER MET BETREKKING TOT DE KINDEREN [de minderjarige 1] EN [de minderjarige 2]
De voogdij over de kinderen [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2] wordt gedeeld ingevolge artikel 1.583
aanhef en lid 1 Burgerlijk Wetboek waarbij beide verzoekers/biologische ouders gerechtigd zijn volledig de rechten en plichten betreffende de ouderlijke macht over de kinderen uit te oefenen. Het hoofdverblijf van de kinderen wordt echter vastgesteld bij [de moeder] in [plaats] , Noord-Holland, Nederland.
Er wordt hier opgemerkt dat [de vader] tegenwoordig in [plaats] woont, maar omdat het
zijn doel is om de omgang dichtbij de kinderen te houden, gaat hij vanaf 2022 in Nederland wonen.
Dus ongeacht de rechten die voortvloeien uit de gedeelde voogdij in verhouding tot het
omgangsrecht van de vader, komen de partijen overeen dat:
a.
a) [de vader] heeft omgang met de kinderen [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2] om en om in de weekends vanaf het moment waarop de kinderen uit school komen op vrijdag tot 18u op zondag, met
overnachtingen.
b) Gedurende de week en ongeacht het bovengenoemde (alinea "a") mag [de vader] vrij omgang hebben met de kinderen, inclusief overnachten.
c) Op gedenkdagen (Vaderdag, Moederdag, verjaardag van vader, verjaardag van moeder) zijn de kinderen bij de ouder die op die dag wordt geëerd.
d) De feestdagen brengen de kinderen om en om bij de biologische ouders door.
e) Tijdens de feesten aan het eind van het jaar zijn de kinderen om en om met de Kerst bij de ene ouder (van 22/12 tot 28/12) en Nieuwjaar bij de andere ouder (periode van 28/12 tot
03/01). Als dag van overdracht van de kinderen van de ene ouder naar de andere ouder waar de kinderen met de Kerst niet zijn geweest, wordt 28/12 om 12 uur vastgesteld. De partijen stellen vast dat in het jaar 2021 dat de Kerst 22/12 tot 28/12) de kinderen bij vader zijn en Nieuwjaar (28/12 tot 03/01) ze bij de moeder zijn.
f) Elk van de ouders heeft de kinderen om en om gedurende helft van de schoolvakanties, zowel in de zomervakantie als in de winter (waarbij de periode van de feesten aan het
eind van het jaar 22/12 tot 03/01 niet wordt meegerekend). Dit wil zeggen dat de biologische ouder die de eerste helft van de zomervakantie met de kinderen doorbrengt in het volgende jaar de tweede helft de kinderen heeft.
Hetzelfde gebeurt met de vakantie in de winter.
g) Op de verjaardagen van [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2] geldt de regel dat de partijen in onderling overleg besluiten wie omgang heeft.
Ongeacht het bepaalde in de voorgaande alinea's om de volledige omgang tussen de vader en de kinderen te verzekeren, wordt ook verzekerd dat [de vader] vrij bezoekrecht aan de kinderen heeft, na vooraf overleg en overeenstemming met de biologische moeder, waarbij altijd de wens en de belangen van de minderjarigen, de noodzakelijke routine worden gerespecteerd en zodanig dat niet wordt geïnterfereerd in de verplichtingen en schoolse en buitenschoolse activiteiten.
III - ALIMENTATIE
Om alle kosten van de kinderen, met inbegrip van voeding, kleding, vrijetijd en onderwijs, te kunnen betalen, wordt bepaald dat [de vader] wegens alimentatie ten gunste van de kinderen het volgende betaalt:
a.
a) Betaling van 3 minimumsalarissen op dit moment overeenkomstig met 500 Euro voor de kosten van de minderjarigen (vrijetijd, markt, medicijnen, etc.) maandelijks te storten op de
bankrekening van [de moeder] (ABN-AMRO bank, Iban [Iban] ).
b) Betaling van 50% van de uitzonderlijke kosten zoals schoolspullen, uniformen, medische kosten, etc.
c) De alimentatieverplichting van de vader duurt voort tot het moment waarop de kinderen hun universitaire studie hebben afgerond of tot het moment waarop de kinderen 24
(vierentwintig) jaar worden waarbij altijd de gebeurtenis die als eerste voorkomt in acht wordt genomen.”