Uitspraak
STICHTING ELAN WONEN,
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft Stichting Elan Wonen, vertegenwoordigd door mr. O.J. Boeder, de gedaagde gedagvaard wegens een huurachterstand van € 135,70 en griffierecht van € 340,00. De gedaagde heeft de huur voor de maand augustus 2024 niet betaald, ondanks dat hij eerder een opzegging van de huurovereenkomst heeft ingediend. De procedure begon met een dagvaarding op 12 juni 2025, gevolgd door een mondelinge behandeling op 11 september 2025. Tijdens deze behandeling heeft Elan Wonen haar eis verminderd. De kantonrechter heeft de huurovereenkomst en de algemene voorwaarden ambtshalve getoetst op oneerlijke bedingen, maar heeft vastgesteld dat de bedingen niet oneerlijk zijn. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde de huur tot en met 30 augustus 2024 verschuldigd is, omdat de opzegging niet op de juiste wijze was gedaan. De kantonrechter heeft de gedaagde veroordeeld tot betaling van € 116,97 aan huurachterstand en de proceskosten van € 340,00. Het vonnis is uitgesproken op 8 oktober 2025.