In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 16 oktober 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die gedurende twintig maanden bedrijfsmatig handelde in valse merkkleding, -schoenen en -accessoires. De verdachte is beschuldigd van het opzettelijk verkopen van valse, vervalste of wederrechtelijk vervaardigde merken, waaronder bekende merken zoals ADIDAS, BALENCIAGA, en GUCCI. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat de officier van justitie ontvankelijk was in de vervolging. De rechtbank heeft het bewijs beoordeeld en kwam tot de conclusie dat het ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen was, met uitzondering van het medeplegen. De verdachte is vrijgesproken van enkele andere tenlasteleggingen.
De rechtbank heeft de overschrijding van de redelijke termijn van meer dan drie jaren in aanmerking genomen bij de strafoplegging. De officier van justitie had een gevangenisstraf van 79 dagen geëist, maar de rechtbank legde uiteindelijk een gevangenisstraf van 19 dagen op, met aftrek van de tijd die de verdachte in voorarrest had doorgebracht, en daarnaast een taakstraf van 100 uren. De rechtbank heeft ook bepaald dat de in beslag genomen telefoons van de verdachte verbeurd worden verklaard, omdat deze zijn gebruikt bij het plegen van het misdrijf. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken op de zitting.